Van Boekhoven-complex: oude drukkerij aan de Breedstraat opnieuw gerenoveerd | De Utrechtse Internet Courant Van Boekhoven-complex: oude drukkerij aan de Breedstraat opnieuw gerenoveerd | De Utrechtse Internet Courant

Van Boekhoven-complex: oude drukkerij aan de Breedstraat opnieuw gerenoveerd

Van Boekhoven-complex: oude drukkerij aan de Breedstraat opnieuw gerenoveerd
Van Boekhoven-complex vóór de laatste renovatie (foto Mitros)
“Wonen in een ‘kasteel’ in het hart van de stad. Dat sprookje wordt binnenkort waar in Utrecht,” zo schreef de Telegraaf in 1976 over de voormalige drukkerij Van Boekhoven aan de Breedstraat en Begijnehof. De benaming ‘kasteel’ sloeg op de omvang en de kantelen bovenop. Het was de eerste keer dat industrieel erfgoed werd herbestemd tot woonruimte. 40 jaar later was het complex echter enigszins verloederd. Mitros dacht aan sloop maar koos gelukkig voor renovatie. Als gemeentelijk monument blijft de geschiedenis behouden van het bedrijf waar onder meer spoorboekjes werden gedrukt.

“Wonen in een ‘kasteel’ in het hart van de stad. Dat sprookje wordt binnenkort waar in Utrecht,” zo schreef de Telegraaf in 1976 over de voormalige drukkerij Van Boekhoven aan de Breedstraat en Begijnehof. De benaming ‘kasteel’ sloeg op de omvang en de kantelen bovenop. Het was de eerste keer dat industrieel erfgoed werd herbestemd tot woonruimte. 40 jaar later was het complex echter enigszins verloederd. Mitros dacht aan sloop maar koos gelukkig voor renovatie. Als gemeentelijk monument blijft de geschiedenis behouden van het bedrijf waar onder meer spoorboekjes werden gedrukt.

Drukkerij J. van Boekhoven

In 1844 vestigde de kleine drukker Jacobus van Boekhoven zich aan de Begijnehof. Het bedrijf groeide gestaag en kocht naburige panden op de hoek van de Breedstraat aan. Ook de techniek veranderde in de loop van de 19e eeuw: van handpers naar grote stoompersen. Van Boekhoven wist twee belangrijke Utrechtse klanten aan zich te binden: de Universiteit en de Staatsspoorwegen, later de NS. In 1897 overleed de oprichter; het bedrijf werd uiteindelijk voortgezet door zijn schoonzoon, Hendrik Gerlings.

De drukkerij aan de Begijnehof in 1915; dit pand is in 1975 gesloopt (Het Utrechts Archief)

Begin 20e eeuw was Van Boekhoven de op één na grootste drukkerij van Utrecht, bekend van onder meer spoorboekjes, proefschriften, boeken, huis-aan-huisbladen en reclamemateriaal. Het was een van de grootste bedrijven in de binnenstad waar tientallen zetters, drukkers en boekbinders werkten — en als leerling werden opgeleid. Er werkten ook veel meisjes op de administratie en als typistes op de zetmachines.

Zetterij van Van Boekhoven, ca. 1955 (Het Utrechts Archief)

Nieuwbouw

Het aantal medewerkers liep in de jaren dertig op tot 350. Van Boekhoven kocht de overbodig geworden gereformeerde Begijnekerk aan de Breedstraat. De sloop daarvan was de eerste stap naar een grote uitbreiding in 1939.

Op de hoek Begijnehof-Breedstraat verrees een langwerpig pand met drie bouwlagen, een betonskelet met bakstenen gevels. Grote boogramen voorzagen de ruimtes met drukpersen van daglicht. Op de verdiepingen lagen de kantoren, kantine, tekenzaal en het fotografisch atelier. De directiekamer was boven de ingang op de hoek. In de kelder konden de werknemers douchen, waarbij waarschijnlijk veel inkt door het afvoerputje vloeide.

Architect

Ontwerper van de nieuwe drukkerij was de Aalsmeerse architect Johannes Berghoef. Hij studeerde in Delft bij Granpré Molière en werkte dan ook in de stijl van de Delftse School, die zich laat samenvatten als ‘traditionalisme in baksteen’. In 1930 reisde Berghoef met Granpré Molière naar Italië om daar de bouwkunst te bestuderen. Siena, de baksteenstad, maakte grote indruk op hem.

De Delftse School bracht vooral woningen, kerken en gemeentehuizen voort en maar weinig industriële gebouwen. Dat maakt drukkerij Van Boekhoven bijzonder. Ritme en harmonie waren voor Berghoef de belangrijkste principes, wat goed terug te zien is aan de langgerekte gevel aan de Breedstraat. De bakstenen bogen, natuurstenen aanzetten, de kantelen en enkele pilaren laten zien dat de architect geïnspireerd was door de Romaanse bouwkunst.

Straatgevel met bogen (Arjan den Boer)

Doordat Berghoef het tijdens zijn studie al zo druk had met opdrachten en nevenfuncties studeerde hij pas in 1946 af, terwijl hij allang een gevestigd architect was. Zo gezien is de drukkerij door een verlate student ontworpen!

Na de oorlog droeg Berghoef veel bij aan de Wederopbouw en ging steeds minder traditionalistisch werken. Het ANWB-hoofdkantoor in Wassenaar is een van z’n bekendste gebouwen, net als z’n stadhuis van Hengelo tegenwoordig een rijksmonument.

Uitbreiding uit 1951 met Franse balkonnetjes (Arjan den Boer)

Uitbreiding

In 1951 was drukkerij Van Boekhoven al weer te klein. Door het naastgelegen oude Diaconieweeshuis en een pand van het Leger des Heils te kopen en te slopen kon het pand langs de Breedstraat worden doorgetrokken. Berghoef liet het nieuwe deel naadloos aansluiten op zijn ontwerp uit 1939, inclusief de diagonale lijnen in het metselwerk. De enige verschillen zijn de grotere ramen, de ontbrekende muurankers en een lichte knik in de gevel. Tegelijkertijd werden de ingang en de gevel om de hoek vernieuwd. Het nog aanwezige baldakijn met de letters J. van Boekhoven boven het raam van het trappenhuis stamt ook uit die tijd.

Baldakijn met letters letters J. van Boekhoven (Arjan den Boer)

In 1968 fuseerde Van Boekhoven met drukkerij Bosch, die gevestigd was aan de Oudegracht (tegenwoordig Aboriginal Art Museum). Van Boekhoven-Bosch verhuisde naar de Europalaan in Kanaleneiland. In de jaren 90 ging het bedrijf op in Roto Smeets, waarvan de Utrechtse vestiging in 2010 sloot.

Druk van het laatste spoorboekje aan de Breedstraat/Begijnehof, 1970 (NS/HUA)

Herbestemming

Begin jaren 70 kocht de gemeente de oude drukkerij voor 2,8 miljoen gulden. Stadsvernieuwing, bedoeld om de trek uit de binnenstad te keren en verpaupering tegen te gaan, betekende destijds meestal sloop en nieuwbouw. Herbestemming van industrieel erfgoed was iets nieuws, en Utrecht werd met Van Boekhoven een voorloper. Het complex werd verbouwd tot 34 wooneenheden voor alleenstaanden en tweepersoonshuishoudens. Het Rijk droeg er 2,6 miljoen gulden ‘reconstructiegeld’ aan bij.

Gemeente-architect An Hulshoff Pol gaf de woonruimtes sober en doelmatig vorm. Binnen herinnerde weinig meer aan de drukkerij. In de hoge ruimtes op de begane grond kwamen entresols. Conform de tijdgeest van de jaren 70 kreeg het complex gemeenschappelijke ruimtes en een publieke binnentuin, ontstaan door de sloop van de andere panden op het drukkerijterrein. Er was veel interesse: 130 intekenaars voor 34 woningen. In april 1976 namen de eerste bewoners hun intrek.

Onderdoorgang naar de binnentuin in 1976 (UN/HUA)

Sloopplannen

In de jaren 80 pakten de idealistische elementen anders uit dan voorzien. De gemeenschapsruimtes verwerden tot rommelhokken en de binnentuin werd afgesloten wegens overlast. Daklozen sliepen in de berging en de ingesprongen portiekjes, bedoeld als een ‘zitje’ aan de straat, gingen naar urine stinken.

Nadat het gemeentelijk woningbedrijf opging in woningcorporatie Mitros werd het achterstallig onderhoud aan het Boekhoven-complex steeds nijpender. In 2006 kondigde Mitros de sloop aan. Bewoners protesteerden en spraken zich uit voor renovatie, gesteund door de Wijkraad. Ook werd het pand voorgedragen als gemeentelijk monument. Mitros besloot uiteindelijk tot een grote renovatie. Deze ging in 2013 van start naar ontwerp van architect Peter Versseput, in overleg met de gemeentelijke Afdeling Erfgoed.

Hal met trap (Arjan den Boer)

Geslaagde renovatie

De verbouwing, een jaar vertraagd door tegenslagen als de vondst van asbest, is dit voorjaar afgerond. Alleen de binnentuin rest nog een opknapbeurt. De appartementen zijn vergroot door de muren aan de tuinzijde en de kozijnen aan de straatzijde naar voren te plaatsen, en door een eigentijdse dakopbouw. In de voormalige gemeenschapsruimtes zijn vier extra woningen gerealiseerd. Op het dak van de korte vleugel, waar sinds 1976 al een ‘keetachtige’ dakwoning was, verrees een ovaal ‘penthouse’. Een kwart van de 38 appartementen wordt nu in de vrije sector verhuurd en van de oorspronkelijk bewoners is ruim de helft teruggekeerd.

‘Het kasteel’ staat er weer prachtig bij. De kozijnen in de bogen aan de straat zijn nu van dun, donker staal en sluiten goed aan bij de originele onderdelen, net als de grote ramen met ruiten aan de tuinkant. Het trappenhuis en de gangen zijn strak afgewerkt in grijs en wit, een groot verschil met de oude, rommelige situatie.

Kantelen en de nieuwe dakopbouw (Arjan den Boer)

Er zijn mensen die de moderne dakopbouw niet mooi vinden, maar ik vind het goed kunnen bovenop zo’n industrieel en massief gebouw. Wat mij betreft is het complex een geslaagd voorbeeld van een ‘renovatie van een renovatie’. Het is gelukt om de afgeleefde sociale woningbouw om te vormen tot appartementen die kwaliteit uitstralen en toch nog (grotendeels) betaalbaar zijn.

Utrecht staat vol met vergeten gebouwen: markante panden uit een ver of recent verleden waar iedereen zomaar aan voorbij loopt. Rondleider, publicist en monumentenfreak Arjan den Boer vestigt elke maand in tekst en beeld de aandacht op zo’n gebouw. Het liefst kijkt hij er ook binnen.

Arjan den Boer

Arjan den Boer

Arjan den Boer is publicist over geschiedenis, design, monumenten en architectuur. Voor DUIC schrijft hij dit jaar over verdwenen villa's in Utrecht.

Profiel

17 Reacties

Reageren
  1. Pieter

    Supercool stuk! Prachtig gebouw ook. Wist niet wat ik hoorde toen ze wilden slopen. Goddank was ik niet de enige.

  2. Gas

    Wat een fijn gedetailleerd artikel weer, met fijne doorklik linkjes om de hele avond onder de pannen mee te zijn, wederom dank daarvoor

  3. Marcel Gieling

    Mooi geschreven en beschreven Arjan. Weer iets geleerd over Utrecht.

  4. ari doeser

    prachtig werk van Peter Versseput en Mitros. complimenten !
    ik woon er 50m vandaan. stap voor stap wordt de Breedstraatbuurt mooier en beter. EYE-hotel ook al aanwinst.

    Nu nog de City-bioscoop en de panden in de Hardebollenstraat.

    mag dit informatieve artikel op http://www.leefbarebreedstraatbuurt.nl ?

  5. Michael Kroonbergs

    Beste Ari,
    Dat mag.
    Met vriendelijke groet,
    Redactie DUIC

  6. Cees van Heemert

    Heb daar gewerkt eind 60 tiger jaren. Met Willem de Graaf uit Spakenburg in de automatisering wel tabeleer machine voor de loon administratie! Het hoertje aan de overkant sloot nooit de gordijnen dus de jongens hadden plezier! Bedankt voor de mooie foto’s!

  7. Cees van Heemert

    Als Jos Stelling dit leest een vraagje: Ik wil graag zijn film Rembandt nog eens zien, hoe?
    Ik woon in Nieuw Zeeland.

  8. Keesje

    Wat zijn dat toch altijd interessante en goed onderbouwde stukken van Arjen den Boer. Mooi! Ga nog lang zo door svp.

  9. Utrecht Cultuur stad

    Complimenten mooi artikel. Ongelofelijk dat Mitros dit wilde slopen ! Moet je toch een cultuur barbaar zijn.. Helaas is er veel gesloopt waardoor de historie van de stad verarmt. Bijvoorbeeld het Rietveld College in tuindorp, een heel goed bewaart voorbeeld in NL van modernisme. Juist daar waar oud en nieuw zich mengt ontstaan mooi contrasten.
    Niet alle oud bouw is behouden waard.. dat moet ook gezegd worden. Er bestaat overigens ook een boek ” Ooit gesloopt Utrecht” met daarin bijvoorbeeld het Hojel Complex, Oude Jaarbeurs gebouw op vredenburg,Beurs gebouw Vredenburg.

  10. Van Dijk

    Was dit het eerste industrieel gebouw in Nederland dat verandert werd in een woon complex ?

  11. Arjan den Boer

    @ Van Dijk: dat is niet makkelijk na te gaan, maar in ieder geval het eerste in Utrecht en één van de eerste van Nederland, dat jarenlang als uniek voorbeeld gold.

  12. Vibeke

    Arjen, je stukken zijn altijd een plezier om te lezen, dank je wel. Ik verheug me al op het volgende!

  13. Fab

    Leuk stuk met een fraai binnenkijkje van toen naar nu. Gelukkig dat dit niet gesloopt is. Het is zo smaakmakend voor de Breedstraat!

  14. Ed

    Lees voor hergebruik van gebouwen uit de jaren 70-80 het boek “Sloop of HERgebruik” (1987) of het in 1994 verschenen Herbestemming Industrieel Erfgoed in Nederland 😉

  15. Nelleke Poorthuis

    Wat een fijn artikel weer Arjan. Dank je wel, ik lees ze altijd met heel veel plezier. Ik sport bij de Workout, gevestigd naast dit gebouw en nam me altijd al voor eens uit te zoeken wat de geschiedenis. En nu heb jij dat al voor me gedaan! 🙂

  16. Marloes

    De meeste foto’s zijn niet meer zichtbaar. Is het mogelijk dat te herstellen?
    Bedankt alvast. Leuk artikel! Struinend op koningsdag in deze straat, zag ik ineens wat een fantastisch gebouw het is nu.

  17. Dineke van Lieshout

    Wat ben ik blij dat t gebouw behouden is. Heb er in de jaren zestig zes jaar op de boekhouding gewerkt.
    We stonden tijdens de middagpauze ook altijd voor de ramen te kijken. De slager in de Breedstraat stond altijd dubbel geparkeerd wat veel bezoek van agenten opleverde. Ook de vrouwtjes van plezier waren duidelijk aanwezig

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).