75 jaar bevrijding in Utrecht: het verhaal over de onderduikers op de Spaarnestraat 61 in Rivierenwijk | De Utrechtse Internet Courant 75 jaar bevrijding in Utrecht: het verhaal over de onderduikers op de Spaarnestraat 61 in Rivierenwijk | De Utrechtse Internet Courant

75 jaar bevrijding in Utrecht: het verhaal over de onderduikers op de Spaarnestraat 61 in Rivierenwijk

75 jaar bevrijding in Utrecht: het verhaal over de onderduikers op de Spaarnestraat 61 in Rivierenwijk
Rietje de Haan-Kooistra vertelt het bijzondere verhaal over haar geboortehuis.
Op 4 mei 2020 staan we ook in Utrecht weer stil bij Nederlandse en Utrechtse oorlogsslachtoffers sinds het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Net als de afgelopen jaren was er een programma samengesteld voor Open Joodse Huizen – Huizen van Verzet. De geschiedenis van het huis en de levensverhalen van verzetsstrijders, Joden en anderen zouden worden verteld, maar de coronacrisis zette een streep door het evenement. DUIC tekent daarom drie Utrechtse verhalen op die te horen zouden zijn geweest met het thema ‘Verhalen van bevrijding en terugkeer’. Van Wijk C tot Rivierenwijk, de oorlog bleef nog lang doorwerken in de stad.

Op 4 mei 2020 staan we ook in Utrecht weer stil bij Nederlandse en Utrechtse oorlogsslachtoffers sinds het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Net als de afgelopen jaren was er een programma samengesteld voor Open Joodse Huizen – Huizen van Verzet. De geschiedenis van het huis en de levensverhalen van verzetsstrijders, Joden en anderen zouden worden verteld, maar de coronacrisis zette een streep door het evenement. DUIC tekent daarom drie Utrechtse verhalen op die te horen zouden zijn geweest met het thema ‘Verhalen van bevrijding en terugkeer’. Van Wijk C tot Rivierenwijk, de oorlog bleef nog lang doorwerken in de stad.

Rietje de Haan-Kooistra vertelt het bijzondere verhaal over haar geboortehuis, op Spaarnestraat 61 in Rivierenwijk. Zij werd hier geboren op eerste kerstdag 1940 en woonde er met haar ouders en twee zusjes. Pas na de bevrijding bleek, ook voor de kinderen, dat de familie Kooistra in de oorlog onderdak had geboden aan maar liefst acht onderduikers, die de oorlog allemaal overleefden.

De vader van Rietje was een Rivierenwijker en verzetsstrijder van het eerste uur. Toen tijdens de eerste oorlogsjaren bleek dat Joden niet meer veilig waren in Nederland ging hij op zoek naar plekken voor onderduikers. Hij doorkruiste het land om onderduikers te vervoeren, maar vond dat hij ook zelf de plicht had om een veilig onderkomen te bieden aan zo veel mogelijk mensen. “In begin ‘42 heeft mijn vader overlegd met mijn moeder en ze hebben toen besloten om acht Joodse mensen bij ons in huis op te vangen. Alleen mochten mijn zusjes en ik het niet weten. Dat was geen makkelijke situatie in het kleine huis”, vertelt Rietje, “maar we hebben het allemaal overleefd.”

IJzeren regime

De zussen van Rietje waren drie en negen jaar ouder en de angst was dat de kinderen het grote geheim van het huis in Rivierenwijk per ongeluk aan een vriendinnetje zouden vertellen. Hoe minder mensen het weten hoe groter de kans om te overleven – was de gedachte. Om in een rijtjeshuis in Utrecht ongezien een huishouden uit te breiden met acht personen moest er nogal wat gebeuren. Alles in het huis zat achter slot en grendel en werd geschikt gemaakt voor onderduikers. De woon- en eetkamer waren gescheiden en overdag zaten de onderduikers in de eetkamer.

“Als de kinderen in een van de kamers gingen spelen werd het afgesloten en konden we er alleen maar uit als we riepen.” Alles om te voorkomen dat de kinderen een van de onderduikers tegen het lijf liepen. Boven werden twee van de vier kamers gebruikt voor de onderduikers en ’s avonds als de kinderen naar bed gingen werd ook daar de deur op slot gedraaid. “Er ging een po mee en een kan water, want het was niet de bedoeling dat we na 18.00 uur nog de slaapkamer verlieten.” Dat was het moment dat de rest van de mensen in het huis vrij konden bewegen. “Het was een zeer strakke organisatie, een soort ijzeren regime waar de controle van een grote perfectie was. Bizarre toestanden natuurlijk.”

Tekst gaat verder onder afbeelding

Een groepsfoto waar ook de onderduikers opstaan, gemaakt kort na de bevrijding.

Rietje was in de oorlog te klein om te begrijpen wat er gebeurde, maar haar oudste zus snapte meer van de oorlog. Ook kwamen de meisjes, hoe goed het ook allemaal geregeld was, toch wel eens iemand tegen in het huis. De vader van het gezin praatte zich er met prachtige verhalen tussenuit. “Het was niet altijd doodstil in die achterkamer en mijn zusjes hebben wel vragen gehad, maar doorzeuren was er in die tijd niet bij: dan kreeg je een draai om de oren. Bovendien had iedereen wel iets te verbergen in de oorlog dus vroegen andere mensen er ook niet naar. Mijn ouders hebben alsnog heel wat afgelogen. Mijn moeder noemde het na de oorlog overigens geen leugen maar een krijgslist.

Huiszoekingen

Er zijn momenten geweest in het huis aan de Spaarnestraat waarop het allemaal maar nét goed ging. Rietje vertelt over de huiszoekingen die het gezin heeft doorstaan in de oorlog. “Met de eerste onderduiker heeft mijn vader de hele fundering en kruipruimte uitgegraven en bij een razzia verborgen de onderduikers zich daar. Bij de huiszoekingen hadden we geluk dat een gezin in de straat bij de NSB zat, maar tijdens de oorlog informatie doorgaf aan de rest van de wijk. Zij vertelden wanneer er een huiszoeking aankwam en mijn ouders konden dan op tijd alle onderduikers de grond in krijgen. Ook mijn vader moest zich daar verstoppen nadat hij geen gehoor gaf aan de oproep om te werken in Duitsland voor de bezetter.”

“Eén keer was het heel erg spannend tijdens zo’n huiszoeking. Onder de vloer van het huis verstopten zich negen mensen en een van de militairen liep op enkele centimeters hoger over die vloer. Het getik van zijn wapen op de vloer en zijn laarzen zorgde voor enorm angstige momenten. Eén van de onderduikers onder de vloer kreeg bijna een paniekaanval, maar gelukkig kon hij net op tijd worden gekalmeerd.” Rietje pauzeert even: “Gevaarlijk was het allemaal zeker.”

De verantwoording voor elf mensen in het huis lag voor een groot deel bij de moeder van het gezin. Zo moest er ineens veel meer eten komen, hing er bijna altijd was te drogen en was er maar weinig aandacht voor de kinderen van het gezin. “Het is een hele toestand geweest. Toen ik nog een baby was gaf ze mij wel eens aan de mensen in de achterkamers, want veel aandacht van mijn moeder kreeg ik niet. Toen ik begon te brabbelen als kind en tegen mijn zusjes riep dat er allemaal ooms en tantes achter de eetkamerdeur zaten, was dat over. Ik heb nog wel met mijn vuistjes op die deur staan timmeren, maar dan bleef het doodstil aan de andere kant.”

Klem in het huis

“Mijn zusjes hadden nog wel enige vrijheid om buiten te spelen met vriendinnetjes, maar ik zat klem in het huis”, vertelt Rietje. “We hebben er allemaal een tik aan overgehouden na de oorlog. We zijn allemaal groot geworden met hele rare patronen en vreemde angsten. Er zijn jaren aan therapie nodig geweest om te begrijpen waar die patronen vandaan zijn gekomen. Je kan dit niet ongestraft doen voor je kinderen.” De oorlogsjaren eisten ook hun tol van de ouders van het gezin. “Mijn vader heeft er een ontzettende tik aan overgehouden en is heel erg overspannen geweest in de jaren ’50, maar ook mijn moeder heeft er veel last van gehad. Eigenlijk heeft mijn oudste zus de minste schade opgelopen, waarschijnlijk omdat zij begreep wat er aan de hand was. We zijn allemaal goed terecht gekomen, maar het heeft een wissel getrokken op de rest van ons leven. Het is een soort knokpartij geweest.”

Tekst gaat verder onder afbeelding

Herinneringsbordje bij de woning in Rivierenwijk

De dankbaarheid en de liefde van de mensen die zijn gered door de familie Kooistra is groot geweest. De ouders van Rietje zijn van alle kanten geëerd en de onderduikers zijn altijd familie gebleven. “Mijn ouders gingen na de oorlog de hele wereld over om iedereen op te zoeken en ook ik heb altijd contact gehouden.” Het verhaal blijft dan ook voortleven. Onder meer door de gastlessen die Rietje geeft. Op vele scholen deelt ze met kinderen het verhaal van de oorlog en hun huishouden. “Het is heel belangrijk voor kinderen, want soms denk je dat je niet veel kan betekenen voor mensen in nood. Maar je kunt meer dan je denkt.” Dat bewijst het verhaal van de familie Kooistra aan de Spaarnestraat.

Over het leven van een van de acht Joodse onderduikers verscheen het boek ‘De dagboeken van Bernie & Ellis’ (Uitgeverij Balans).


Open Joodse Huizen zijn herdenkingen waarbij vertellers, bezoekers en bewoners verhalen delen in huizen waar mensen woonden en werkten tijdens en vlak na de Tweede Wereldoorlog. In het hele land worden huizen opengesteld, waaronder in Utrecht. Dit jaar is het thema Verhalen van bevrijding en terugkeer. Door de coronacrisis is het echter niet mogelijk om op bezoek te gaan bij alle huizen in de stad, maar zal er wel een livestream te bekijken zijn van één van die Utrechtse verhalen. Op 3 mei om 14.00 uur vertelt Corrie Huiding uit Wijk C via een livestream over de Joodse arts Bram Querido. Te volgen via facebook.com/openjoodsehuizen. Ook zijn op 3 en 4 mei via deze pagina andere livestreams te volgen uit het hele land.

 

8 Reacties

Reageren
  1. Bayerwald

    Ook deze mensen zijn oorlogshelden. Wat goed dat dochter Rietje de boodschap doorgeeft aan jonge mensen. Het kan niet vaak genoeg verteld worden.

  2. Arjan Ploeg

    Wat een verhaal. Dat is “Blijf Binnen” 2.0
    Ik ben wel eens bij Rietje binnen geweest op de Spaarnestaat maar ongelooflijk dat ze daar 8 mensen verborgen hielden! Chapeau!

  3. Scherpschutter

    Een prachtig verhaal! Van begin tot eind met belangstelling gelezen. Het soort moed dat hiervoor nodig zal zijn geweest en alle bijkomende spanningen zijn vrijwel onvoorstelbaar…Inspirerend.

    Dit zijn helden in de ware zin van het woord. De mensen die eigenlijk de standbeelden in Utrecht verdienen en nog wel meer omdat ze er in geen 1000 jaar om zouden vragen.

  4. Maggy

    Rietje, je mag trots zijn op je ouders, wat een moedige mensen, en op jezelf dat je dit buitengewoon bijzondere verhaal en ervaringen doorgeeft aan de nieuwe generatie.
    Een dikke virtuele zoen.

  5. MrX

    Prachtverhaal – dank fam. Kooistra

  6. N. Bos

    Indrukwekkend en inspirerend verhaal! Veel dank en bewondering voor de moed van uw ouders en u voor uw inzet voor de nieuwe generaties. Een mooie (aangepaste) herdenking en viering gewenst op 4 en 5 mei a.s.

  7. Teun Korver

    Mijn vader Teunis Korver was ook ondergedoken. Met mijn moeder hebben zij ook Joden doorgevoerd/gehuisd te 37 Kenaustraat Zuilen. Zij hadden ook n dieren/poppen handwerkgroepje, om wat te verdienen en vertelde, dat sommig handwerk niet al te precies was.Hy kwam ook veel op de boerderyen, voor voedselruil en verbleef op hun schuursolders, waar het open of dicht zijn van raamluiken aangaf of het veilig was of niet! Na de oorlog merkten ooms of tantes wel op dat hij n humanist was. Rond 1952/3 toen hij n versterking aanbracht onder de sitkamervloer voor n aquarium, zag ik de uigebroke doorgangen in de fondatiemuren om te vluchten met razias.

  8. Michel Tigchelaar

    Wat een mooi verhaal en heel goed dat het verteld word . Ik zou heel graag contact de rietje willen hebben om dat ik in 2014 een onderzoek ben begonnen over mijn grootvader die ook aktief was bij de ondergrondse in de rivierenwijk en hebben ook 2 joodse meisjes ondergedoken gehad. Ik heb ook wat foto’s
    Misschien kan zij mij een beetje verder helpen.
    Groeten Michel Tigchelaar

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).