Aan de randen van de stad bij Fort Blauwkapel: Op een bewoond eiland | De Utrechtse Internet Courant Aan de randen van de stad bij Fort Blauwkapel: Op een bewoond eiland | De Utrechtse Internet Courant

Aan de randen van de stad bij Fort Blauwkapel: Op een bewoond eiland

Aan de randen van de stad bij Fort Blauwkapel: Op een bewoond eiland
De naam Blauwkapel is afkomstig van het eeuwenoude kerkje
De grenzen opzoeken, maar dan letterlijk: in deze DUIC-serie gaan we op bezoek bij plekken langs de grenzen van de gemeente. In deze tour langs de gemeentegrenzen komen we uit bij een van de vele forten uit de regio: Fort Blauwkapel.

De grenzen opzoeken, maar dan letterlijk: in deze DUIC-serie gaan we op bezoek bij plekken langs de grenzen van de gemeente. In deze tour langs de gemeentegrenzen komen we uit bij een van de vele forten uit de regio: Fort Blauwkapel.

Als een klein dorpje dat dapper weerstand biedt aan de groeizucht van Utrecht, zo voelt het een beetje in Fort Blauwkapel. Hier, verscholen achter een flinke gracht, vinden we een van de meest bijzondere forten in de Nieuwe Hollandse Waterlinie en vanaf volgend jaar misschien wel onderdeel van de Werelderfgoedlijst van Unesco.

Komend vanuit de drukke Eykmanlaan is de serene rust in Fort Blauwkapel in eerste instantie vooral wat onwennig. Kort na het bruggetje en over de straat van kinderkopjes krijg je het gevoel ineens in een klein dorp te zijn aangekomen. Een bijzonder eiland met in het centrum een eeuwenoud kerkje, wat arbeidershuisjes en daaromheen vrijstaande villa’s. Allemaal beschermd door een gracht, als onderdeel van een fort. Ooit gezien als een onneembare vesting, maar tegenwoordig jaloersmakend dorps.

Het fort even voorbij Tuindorp is onderdeel van het grootste rijksmonument van Nederland: de Nieuwe Hollandse Waterlinie, met 46 forten strekte de linie zich uit van het eiland Pampus in de Zuiderzee tot aan de Biesbosch. De forten rond Utrecht kregen de naam Stelling van Utrecht, die bestaat uit zestien forten en uit ‘inundatiekommen’: laaggelegen land dat onder water kon worden gezet. Bij dreiging van vijanden uit het oosten konden deze gebieden tot kniehoogte onder water worden gezet over een breedte van zo’n drie tot vijf kilometer. De vijand liep zo met z’n paarden en kanonnen hopeloos vast in de modder, was het ingenieuze idee. Op hooggelegen punten, die niet onder water gezet konden worden en bij belangrijke wegen en spoorlijnen werden forten gebouwd. De gemeente Utrecht is tegenwoordig eigenaar van acht forten: Fort aan de Klop, Fort de Gagel, Fort Blauwkapel, Fort De Bilt en de vier Lunetten op de Houtense Vlakte.

‘We staan in de enige verdedigingslinie ter wereld gebaseerd op water’

Anton van Emst, bestuurslid van Stichting Stelling van Utrecht, vertelt met aanstekelijk enthousiasme over de forten aan de randen van de stad. Van 2003 tot 2015 was hij als projectleider van de gemeente betrokken bij de restauratie en herbestemming van de rijksmonumenten. Ook na zijn pensioen blijft hij zich inzetten voor de toekomst van deze bijzondere plekken. We treffen hem in Blauwkapel een van de grootste forten van de Waterlinie én uniek omdat het om een bestaand dorpje heen is gebouwd. “We staan in de enige verdedigingslinie ter wereld die echt gebaseerd is op water”, vertelt hij trots. Waarna hij met een glimlach toevoegt: “Maar eigenlijk is het verhaal dat er nooit een schot is gelost.” Drie keer werd de Stelling van Utrecht, als onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie, daadwerkelijk in stelling gebracht, maar gevochten werd er niet.

Anton van Emst, bestuurslid van Stichting Stelling van Utrecht, voor de bomvrije kazerne

Ondernemers

Zoals bij zo veel dorpjes is in het centrum een oude kerk te vinden. “De naam Blauwkapel is afkomstig van de kerk”, begint Van Emst zijn verhaal. De oorspronkelijk rooms-katholieke familiekapel werd tijdens de Reformatie namelijk toegewezen aan de protestanten. “Als protest liet de eigenaar de wanden van de kapel blauw schilderen. Blauw is de kleur van Maria en zo kreeg de kerk dus een rooms sausje. Kort daarna werd de kapel de Blaucapel genoemd.”

‘Het zullen zeker geen bussen vol met toeristen worden’

Vanuit de kerk loop je tussen een rijtje moderne woningen door tegen de bomvrije kazerne aan. Een breed gemetseld gebouw, bedekt met een dikke laag grond, overgroeid met gras en met een mooi gerestaureerde gevel. Achter de verschillende deuren schuilen tegenwoordig kleine bedrijfjes in plaats van militairen. “Er zitten hier enkele kleine ondernemers en één van de ruimtes is te huur als bijvoorbeeld vergaderruimte. Kijk daar hebben we Ada!” Van Emst loopt naar binnen, waar één van de huurders een grote luchtontvochtiger controleert. Door werkzaamheden op het dak is er grond verschoven. Na de natte periode loopt het water nu langs de muren naar beneden – het blijven monumenten.

Op het plein voor de kazerne licht hij toe: “Het unieke is dat de sfeer zo bijzonder is. Het voelt alsof je de negentiende eeuw binnenstapt.” Achter de bomvrije kazerne op een klein weiland tussen de bunkers, lijkt het inderdaad wel honderd jaar geleden. De betonnen groepsschuilplaatsen (ook wel bunkers genoemd) zijn gerenoveerd en uitgegraven en liggen erbij alsof ze zo kunnen worden gebruikt en het vrij rondlopende paard zie je ook niet vaak meer in de stad.

De moderne woningen in Fort Blauwkapel

“De gemeente Utrecht was relatief vroeg bij de les en wist dat we iets met al die forten moesten doen, maar het was geen optie om er allemaal musea of pannenkoekenhuizen van te maken”, vertelt Van Emst. Doordat de historische waarde goed werd ingeschat en er ruimte was voor nieuwe plannen en nieuwe huurders zijn de forten nu bijna allemaal in gebruik. “Er is er een enorme variatie in de huidige Stelling van Utrecht te vinden. Van brasserie en camping tot educatief centrum, maar ook botanische tuinen en een Waterliniemuseum.”

Restauratie

De verdedigingswerken op Blauwkapel bestaan naast de fortgracht en de wallen uit de groepsschuilplaatsen, kazematten, de bomvrije kazerne en het wachthuis op het ‘reduit’ – een laatste verdedigingspunt op het fort. Het wachthuis ligt op een eigen eiland, een afslag eerder, en is tegenwoordig de thuisbasis van scoutingvereniging Willem de Zwijger. Het fort kreeg van de gemeente de bestemming wonen, werken en recreëren en het bestaande dorpje werd aangevuld met nieuwbouw. Het zorgt voor leven in de brouwerij en een zeer goed onderhouden fort: van de aangeharkte tuintjes tot de door vrijwilligers uitgegraven bunkers.

Het hele westelijke deel van het fort is een openbaar toegankelijk recreatieterrein geworden. In het 15e-eeuwse kerkje, de Blaucapel, houdt de Onderwegkerk Blauwkapel haar diensten, maar zijn ook regelmatig concerten. De groepsschuilplaatsen en de mitrailleurkazemat zijn alleen bij open dagen te bezoeken.

‘Een ingenieus systeem van kanalen, sluizen en inundatiekommen. Uniek en werelderfgoedwaardig’

De Nieuwe Hollandse Waterlinie is uiteindelijk in gebruik geweest tot aan de Tweede Wereldoorlog, maar in 1960 verloor het fort definitief de functie van verdedigingswerk. De gemeente kocht Fort Blauwkapel in 1997 van Defensie. Zo’n vijftien jaar geleden is de fortgracht hersteld en werden het wachthuis, de militaire loods en de bomvrije kazerne gerestaureerd. En er staat meer te gebeuren. In 2020 moet de gehele Nieuwe Hollandse Waterlinie namelijk op de Unesco werelderfgoedlijst komen als uitbreiding van de Stelling van Amsterdam – sinds 1996 op de lijst. De status is goed voor het behoud en de ontwikkeling van het monument, maar moet ook meer toerisme opleveren.

“Het zullen zeker geen bussen vol met toeristen worden denk ik hoor”, vertelt Van Emst. “Daar zijn de mensen hier ook niet bang voor, maar het is wel leuk als er evenementen in de Waterlinie en de Stelling van Utrecht georganiseerd worden die dit bijzonder cultureel erfgoed beter bekend maken bij een breed publiek. Deze maand hadden we voor het eerst een Utrechtse Waterlinie Wandeltocht. Met zo’n tweeduizend deelnemers gingen we langs vijftien forten van de Stelling van Utrecht met onderweg van alles te doen. Het was een groot succes en zo komt er meer aandacht voor de forten en het tussenliggende Waterlinielandschap. Want de hele stelling is fantastisch.” Van Emst staat bovenop een van de groepsschuilplaatsen en wijst over de gracht richting de weilanden. “En eigenlijk waren niet de forten maar die weilanden, die onder water werden gezet, de belangrijkste verdediging van het westen van ons land. Een ingenieus systeem van kanalen, sluizen en inundatiekommen. Uniek en werelderfgoedwaardig.”

6 Reacties

Reageren
  1. Steve

    Vroeger zat er zelfs ook een voetbalclub in het fort.
    VVO’65.
    Dat stond voor Voetbal Vereniging Overvecht (opgericht in 1965)
    Leuke voetbalclub met een unieke sfeer en perfecte velden.
    Ik heb er zelf ook een paar jaar gespeeld.

  2. Kadoendra

    @Steve

    Ik kan het me ook herinneren, maar het kan wel + – 40 jaar geleden zijn geweest.

    Uiteraard wil ik jou van een kwaad betichten want ik weet zeker dat jij en jouw familie zeer nette mensen zijn, maar in mijn jeugd fietste ik over het fort toen er daar een voetbalwedstrijd gaande was en plots hoorde ik een toeschouwer hard schreeuwen, “Schup ze voor hun poten!”

    Deze markante Neanderthaler spreektaal zit bij mij nu compleet vast aan de beeldtaal van dat zeer mooie Utrechts pareltje.

  3. Kadoendra

    @Steve

    Herstel Schrijffout, een moet uiteraard geen (kwaad) zijn.

  4. Frans Borgers

    Als oud “Biltenees” fietste ik oh zo vaak via de Blauwkapelseweg of via de Groenekanseweg aan het eind naar links, naar het ford Blauwkapel.En was ik als kind al vol bewondering over dit dorpje en zijn prachtige kerk, al was ie wat kleiner dan menig anderen.
    Ik ben nu 83 jaar, dus lang geleden maar in mijn herinnering nog heel fris.

  5. Gert v Es

    VVo65, unieke club, dat klopt. Mijn hele familie was VVO65, vader moeder broer zwagers zussen en ik. Zie ook Facebook VVO65.

  6. John keja

    Ik heb ook op VVO 65 gevoetbald eind jaren zestig

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).