Allemaal Utrechters – Mary Loboka: ‘In Overvecht heb ik mijn kinderen van school gehaald’ | De Utrechtse Internet Courant Allemaal Utrechters – Mary Loboka: ‘In Overvecht heb ik mijn kinderen van school gehaald’ | De Utrechtse Internet Courant

Allemaal Utrechters – Mary Loboka: ‘In Overvecht heb ik mijn kinderen van school gehaald’

Allemaal Utrechters – Mary Loboka: ‘In Overvecht heb ik mijn kinderen van school gehaald’
Allemaal Utrechters is een reeks interviews met in het buitenland geboren Utrechters. We vragen ze naar hun achtergrond en hun ideeën over Utrecht en tonen zo de diversiteit van onze stad. We streven ernaar alle Utrechtse nationaliteiten te portretteren. Deze keer: Mary Loboka (55) uit Zuid-Soedan.

Allemaal Utrechters is een reeks interviews met in het buitenland geboren Utrechters. We vragen ze naar hun achtergrond en hun ideeën over Utrecht en tonen zo de diversiteit van onze stad. We streven ernaar alle Utrechtse nationaliteiten te portretteren. Deze keer: Mary Loboka (55) uit Zuid-Soedan.

Paspoort

Naam: Mary Loboka
Land: Zuid-Soedan
Plaats: Kajo Keji
Geboortedatum: 01-01-1962
Levensmotto: ‘Altijd jezelf zijn, heb vertrouwen in jezelf’

Aantal mensen met een Soedanees paspoort in Utrecht in 2017: 20 (bron: Basisregistratie Personen/BRP)

“Er klopte iemand op de voordeur”, vertelt Mary Loboka. Ze was sinds één dag met haar dochtertje in Nederland en ingetrokken bij haar man die al aan de Biltstraat in Utrecht woonde. “Mij was verteld niet open te doen voor vreemden en ik kende niemand in dit land, dus bleef op de bank zitten.” Later vond Loboka een bos bloemen voor de deur. Het bleek het buurmeisje te zijn geweest dat had aangeklopt. “’s Avonds ben ik met mijn man bij de buren langsgegaan om hen te bedanken. Sinds die dag beschouw ik ze als mijn Nederlandse familie.”

Loboka kwam 55 jaar geleden ter wereld in Kajo Keji, zo’n honderd kilometer van de hoofdstad van Zuid-Soedan. Haar moeder wilde dat haar vijf dochters net als haar enige zoon naar school gingen. Toen Loboka zeven was, vluchtte ze vanwege de oorlog met haar familie naar Noord-Uganda. “’s Nachts braken de schietingen uit”, zegt Loboka. “Ik was heel bang. Mijn oma rende het dorp uit met mij en mijn zusje op haar rug.”

Na drie jaar was het veilig genoeg om terug te gaan naar Zuid-Soedan. Loboka maakte daar de basisschool af, waarna ze naar de hoofdstad Juba vertrok voor de middelbare school. In de zomermaanden leerden ze haar man kennen, die vrijwillig lesgaf op haar middelbare school omdat de universiteit tijdens de zomer dichtging. Hij vertrok naar Nederland, Hilversum om precies te zijn, om daar een technische studie te volgen. In 1986 reisde Loboka hem met haar dochter achterna.

Helpen en swingen
Het leven in Nederland oppakken was in die tijd anders dan nu, meent Loboka. “Als een blanke een gekleurd iemand zoals ik tegenkwam, was er interesse. Er werd me vaak gevraagd waar ik vandaan kwam. Nu gebeurt dat minder.” Ze verhuisden van de Biltstraat naar Overvecht, waar de andere drie kinderen geboren werden. ‘Zonder school ben je nergens’, leerde Loboka van haar moeder. Ze stuurde haar kinderen naar een basisschool in Overvecht, maar dat bekoorde Loboka niet.

“In Overvecht zijn vaak conflicten doordat er zoveel verschillende nationaliteiten wonen. Mijn kinderen groeiden op tussen de ruzies in de klas. Bovendien was het onderwijs van slechte kwaliteit, ze leerden niet genoeg en de docent kon geen orde houden.” Ze besloot haar kinderen daarom van school te halen. Maar een andere, geschikte school was niet snel gevonden. Overal belandden haar kinderen op een wachtlijst. Ze gooide het over een andere boeg en schreef een brief naar de Utrechtse wethouder van onderwijs. Die gaf toe dat thuiszitten inderdaad geen optie was en adviseerde haar basisschool De Beiaard in Tuindorp. Zo gezegd, zo gedaan.

Inmiddels zijn de kinderen, op één na, het huis uit en kan Loboka haar aandacht op andere dingen richten. Ze bezoekt en helpt Afrikaanse vluchtelingen in Utrecht, gaat naar de Lapjesmarkt en houdt ervan om af te toe te ‘swingen’ in TivoliVredenburg. Voor haar geboorteland maakt ze zich ook nog steeds hard, zo richtte ze samen met haar ‘Nederlandse familie’ een school en verschillende vrouwenprojecten op in Kajo Keji. Nu is ze bezig met het starten van een naaiateliercentrum. “Ik wil mijn hersencellen niet laten slapen.”

De reeks is een samenwerking van DUIC en Culturele Zondagen, mogelijk gemaakt door Stichting Dialoog en Gemeente Utrecht. Jezelf of iemand anders aanmelden voor deze rubriek? Dat kan! Mail naar redactie@duic.nl

Deze landen zijn de revue gepasseerd:
Polen, Rusland, Iran, Colombia, Macedonië, Peru, Venezuela, Syrië, Indonesië, Denemarken, Zuid-Afrika, Spanje, Ethiopië, Taiwan, Duitsland, Antillen, Bolivia, Zweden, Irak, Liberia, Noord-Ierland, Oostenrijk, Verenigde Staten, Turkije, Engeland, Hongarije, Chili, Italië, Ecuador, India, Roemenië, Bangladesh, Frankrijk, Suriname, Ierland, Brazilië, Australië, Nicaragua, Griekenland, Litouwen, Estland, Tadzjikistan en Zuid-Soedan.

1 Reactie

Reageren
  1. de medicijnman

    Misschien leuk om de baas van Het paradijs Chinees restaurant aan het Vredenburg te eren in uw rubriek. Zoals wij Utrechters weten is dat het paradijs stopt met bestaan..Een absolute aderlating voor de stad en Bourgondiër als ik. Wij hebben voor as zondag nog eenmaal gereserveerd om nog een keer fantastisch te gaan eten en om het personeel te bedanken voor vele jaren lekker eten.

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).