De stad Utrecht telt naar schatting 239 zwerfjongeren tussen de 18 en 25 jaar. Dat blijkt uit een brief van wethouder Victor Everhardt aan de commissie Mens en Samenleving van de gemeente Utrecht. Het gaat bij deze groep om jongeren die naast het feit dat ze dak- of thuisloos zijn dikwijls meervoudige problemen hebben. De verantwoordelijkheid voor deze jongeren ligt bij de gemeente.

Zwerfjongeren zijn een zogeheten verborgen populatie. De omvang van de groep wordt dan ook geraamd. De gemeente heeft UMC Radboud een dergelijke raming (een combinatie van telling en schatting) laten verrichten. Dat leidde tot 34 daadwerkelijk getelde zwerfjongeren. Gebruik makend van statistische omvangschatters werd de totale groep geraamd op 94 feitelijk thuisloze zwerfjongeren. Vermeerderd met 143 jongeren die verblijven in residentiële voorzieningen (inclusief crisisopvang en ambulante begeleiding) kwam het totaal op 239 zwerfjongeren. Het beleidskader voor het gemeentelijk beleid is vastgelegd in de door de gemeenteraad in 2008 vastgestelde nota zwerfjongeren 2008-2013. Uitgangspunt van deze nota is enerzijds de preventie van de problematiek (bijvoorbeeld meer inzet op schuldhulpverlening) en anderzijds het stimuleren van de doorstroom en het herstel van zwerfjongeren. Het huidige aanbod bestaat uit crisisopvang, 24-uurs voorzieningen, begeleid wonen, ambulante woonbegeleiding en ambulante hulpverlening. Afhankelijk van de zwaarte van de problematiek wordt dit aanbod betaald uit de AWBZ, dan wel gemeentelijk gefinancierd.

De regie en aansluiting in de ketenaanpak ligt bij de gemeente. Daarvoor is al enige jaren een ketenpartneroverleg actief waar de hulpverlening, Jeugdzorg en gemeente de begeleiding en opvang van zwerfjongeren vorm geven, knelpunten benoemen en zoeken naar oplossingen. Naast regie door de gemeente is vanaf 2008 afgesproken om trajectmanagement uit te voeren waardoor elke zwerfjongere zijn eigen trajectmanager heeft die verantwoordelijkheid is over de regie van het traject van de jongere. Naar blijkt is het aanbod in 2011 en 2012 gelijk gebleven, mede omdat de toestroom zich heeft gestabiliseerd.