In de rubriek Utrecht door kinderogen geven basisschoolkinderen hun blik op de ‘volwassen’ thema’s die in de stad spelen. Deze toekomstige generatie Utrechters mag officieel nog niet naar de stembus, maar krijgt in deze rubriek wél de kans om haar verhaal te vertellen. Hoe kijken zij naar de grote onderwerpen in de stad?
Utrecht krijgt steeds meer klachten over parkeeroverlast. Waar in 2023 nog 12.215 meldingen binnenkwamen, liep dat in 2024 op tot 17.696. Ook dit jaar blijft het aantal stijgen: in de eerste vijf maanden van 2025 stond de teller al op 7.715 meldingen, ruim tweeduizend meer dan in dezelfde periode een jaar eerder. Hoewel deze overlast misschien geen probleem lijkt voor kinderen – zij hebben tenslotte nog geen rijbewijs – heeft het wel degelijk invloed op hun leefwereld. Hoe kijken Fenna (8), Matilde (9) en Levi (9) van de Julianaweg in Hoograven naar deze parkeeroverlast?
Het is een veelvoorkomend scenario: je hebt haast en bent op zoek naar een parkeerplaats. De hele straat staat al vol, en je wilt je auto liever niet in een betaalde parkeerzone neerzetten. Wat doe je dan? Je zet je auto op de grasstrook. Aan de Julianaweg in Hoograven is dit dagelijkse kost.
Het lijkt een onschuldige daad, want de hele rij auto’s voor je heeft precies hetzelfde gedaan. Klopt, het is niet ideaal voor het gras, maar ach… wie heeft er nu écht last van? Er kan tenslotte nog prima een auto tussen de aan beide kanten geparkeerde auto’s door.
Toch is er een groep die hier wel degelijk hinder van ondervindt: de buitenspelende kinderen in de straat, onder wie Fenna, Matilde en Levi. Volgens deze drie moet het eens klaar zijn met al die geparkeerde auto’s. Naast de praktische ‘volwassen’ nadelen – zoals het niet goed kwijt kunnen van vuilcontainers en de beperkte doorgang voor vuilniswagens, brandweerauto’s en campers – heeft de “parkeergekte”, zoals Fenna het noemt, ook een ander belangrijk nadeel: de speelveiligheid in de straat staat onder druk.
Oversteekgevaar
De drie leggen uit dat de belangrijkste reden dat spelen op straat minder veilig is, te maken heeft met het oversteken. Fenna benoemt dat je door alle geparkeerde auto’s minder zicht hebt als kind en daardoor soms lastig kunt inschatten of je de straat veilig kunt oversteken. “De broer van mijn beste vriend wilde een keer oversteken”, vult Levi vervolgens aan. “En omdat hij tussen twee auto’s doorging en niet goed kon kijken, heeft iemand hem in zijn rug aangereden.” Gelukkig liep dit goed af, vertelt Levi.
Om dit soort gevaarlijke situaties in de toekomst te voorkomen – en ook verdere schade aan de grasstrook tegen te gaan – besloot Fenna een brief te sturen aan burgemeester Dijksma. In de brief legt zij uit dat de kinderen van de Julianaweg het vervelend vinden dat er in de grasstrook wordt geparkeerd.
Om haar brief extra kracht bij te zetten, ging Fenna langs de deuren. “Om de namen van de kinderen uit de straat te verzamelen die het ook niet fijn vinden dat de auto’s in het gras parkeren”, vult ze enthousiast aan. Het resultaat: “een heel blad vol”. Fenna hoopt dat het parkeerprobleem zo onder de aandacht van de gemeente komt en dat er voortaan strenger wordt gehandhaafd op de fout geparkeerde auto’s in de straat.
Tekst loopt door onder afbeeldingen.


Gesloten schoolplein
Een goed alternatief om alsnog veilig buiten te spelen zou het schoolplein kunnen zijn: een plek waar geen auto’s komen en waar speeltoestellen staan. “Maar dat mag niet”, zegt Matilde direct. “Buiten schooltijd mogen we daar niet spelen, dan zit het hek op slot.”
Best zonde, vinden alle drie. Volgens Fenna, Matilde en Levi zou het schoolplein namelijk een prima optie zijn voor kinderen die in een drukke straat wonen. “Want daar kun je wel gewoon veilig spelen”, benadrukt Matilde. In hun geval is dit alleen geen optie, omdat het schoolplein na schooltijd wordt gebruikt door de buitenschoolse opvang en uit veiligheid voor de kinderen gesloten blijft.
“Op de groenstrook in onze straat staan aan alle kanten auto’s, waardoor je er niet goed kunt spelen; anders trap je per ongeluk de bal tegen een auto.”
Omdat spelen buiten schooltijd op het schoolplein dus niet kan, en de groenstrook van de Julianaweg zelf ook geen veilige plek biedt, gaan Fenna, Matilde en Levi liever naar het Hamersplantsoen: een groot speelveld iets verderop. “Hier heb je duikelrekken, een voetbalveld, een speeltuin voor kleinere kinderen en een bosje waar je hutten kunt bouwen”, omschrijft Fenna.
“Hier kun je bijvoorbeeld wél gewoon voetballen”, voegt Levi toe. “Op de groenstrook in onze straat staan aan alle kanten auto’s, waardoor je er niet goed kunt spelen; anders trap je per ongeluk de bal tegen een auto.” De drie zijn dan ook blij dat zij het Hamersplantsoen dichtbij hebben, maar vinden het tegelijkertijd vervelend voor andere kinderen die het wel alleen met een drukke straat vol geparkeerde auto’s moeten doen.
Parkeerplekken in de lucht
Eigenlijk zijn Fenna, Matilde en Levi van mening dat er überhaupt veel minder auto’s zouden moeten zijn en dat mensen meer gebruik zouden moeten maken van de fiets en het openbaar vervoer. Maar ze realiseren zich dat dit soms tot lastige situaties kan leiden. “Je kunt bijvoorbeeld een auto delen met je buren”, bedenkt Fenna. “Maar als ik bijvoorbeeld naar België moet en mijn buren ook, dan werkt dat niet.”
Betaald parkeren, met een vergunning voor bewoners, zou volgens Fenna een goede optie kunnen zijn. “Maar dan verplaatsen de auto’s zich naar een andere straat waar het nog gratis is”, reageert Levi kritisch. “Om het probleem echt op te lossen, moet er een grote parkeerplaats komen.” Ondanks zijn jonge leeftijd beseft Levi dat het niet eenvoudig is om op korte termijn te realiseren. Toch ziet hij mogelijkheden. Hij wijst op bedrijven die een eigen parkeerterrein hebben, waar volgens hem nog regelmatig plekken onbenut blijven. “Je zou bijvoorbeeld kunnen invoeren dat mensen die daar niet werken na 11.00 uur ‘s ochtends de lege plekken mogen opvullen”, stelt Levi voor. “Zo hebben de werkende mensen eerst voorrang, en daarna mogen anderen er ook parkeren.”
“Dan heb je speciale laarzen waarmee je omhoog naar je auto kunt vliegen.”
Matilde en Fenna zien ondergrondse parkeerplaatsen als een goede oplossing voor het parkeerprobleem. Zo blijft de straat vrij én kun je je auto kwijt, vertellen de twee. En als écht alles mogelijk zou zijn, is een parkeerplek in de lucht volgens hen dé perfecte oplossing. “Dan heb je speciale laarzen waarmee je omhoog naar je auto kunt vliegen”, fantaseert Fenna verder.
‘Kinderen spelen hier, kijk uit!’
Zolang dit soort parkeerplekken nog niet gerealiseerd kunnen worden en de straat volstaat met auto’s, vinden de drie het belangrijk dat er in de tussentijd meer aandacht komt voor spelende kinderen op straat. Matilde vertelt over de gele verkeerspoppen, die mensen waarschuwen dat er kinderen in de straat kunnen spelen, maar volgens haar niet echt effectief zijn. “Mensen rijden vaak alsnog te snel, waardoor niet iedereen ze ziet.” Een andere mogelijkheid zouden volgens haar letters op straat kunnen zijn, zoals je die soms dichtbij een school ziet. “Dat er dan speelzone staat in plaats van schoolzone”, licht Matilde toe.
Toch denkt Fenna dat er meer nodig is om bestuurders alert te maken. “Als je in een auto rijdt, zie je het verkeersmannetje of de letters niet goed”, merkt ze op. Volgens haar zou een hoog bord of een poort aan het begin van de straat beter werken. “Met daarop de tekst: ‘Kinderen spelen hier, kijk uit!’”
Voor één dag burgemeester van Utrecht
Ondanks de verschillende meningen over de perfecte oplossing voor het parkeerprobleem zijn Fenna, Matilde en Levi het over één ding in ieder geval eens: er moet meer aan kinderen gedacht worden. Op de vraag ‘Wat zou je aan Utrecht veranderen als je voor één dag de burgemeester zou zijn?’ is het antwoord dan ook unaniem: meer veilige speelplekken voor kinderen.
“Nou ja, eigenlijk zou ik het liefst een wet willen invoeren waardoor ik oneindig veel wetten mag verzinnen”, voegt Levi lachend toe. Daar zijn Fenna en Matilde het stiekem ook wel mee eens.
“Want als jullie alleen maar blijven discussiëren, hebben we straks maar één speeltuintje in heel Utrecht… Lekker is dat.”
De drie hopen dat hier in de toekomst beter naar geluisterd wordt – en vooral dat er ook meer mee wordt gedaan. “Ik vind namelijk dat de politici wel wat minder ruzie moeten maken en meer moeten doen”, zegt Fenna kritisch. Dat gevoel wordt gedeeld: als partijen weten dat ze het land niet in hun eentje kunnen besturen, zouden ze het volgens Levi ook wel wat vaker eens mogen zijn met de ander. “Want als jullie alleen maar blijven discussiëren, hebben we straks maar één speeltuintje in heel Utrecht… Lekker is dat.”
Tot slot heeft Levi ook nog iets te zeggen tegen de Utrechters zelf. In plaats van alleen te focussen op wat niet goed gaat, mag er volgens hem best wat vaker gekeken worden naar wat er wél goed gaat. “Je kunt wel heel veel zeuren”, zegt hij, “maar volgens mij wonen we alsnog in een hele mooie stad.”
Ben jij tussen de 7 en 12 jaar oud en lijkt het je leuk om jouw mening te geven over grote thema’s in de stad? Mail dan naar nella@duic.nl.
geen Reacties
ReagerenEr zijn nog geen reacties geplaatst.