Nationale Ombudsman: ‘Beleid woonwagenbewoners is discriminerend’ | De Utrechtse Internet Courant Nationale Ombudsman: ‘Beleid woonwagenbewoners is discriminerend’ | De Utrechtse Internet Courant

Nationale Ombudsman: ‘Beleid woonwagenbewoners is discriminerend’

Nationale Ombudsman: ‘Beleid woonwagenbewoners is discriminerend’
Woonwagenbewoners twee jaar geleden in actie bij het stadskantoor. Foto: Robert Oosterbroek
De Nationale Ombudsman noemt het standplaatsenbeleid voor woonwagens dat veel gemeenten in Nederland voeren discriminerend. Hij oordeelt dat gemeente een onderscheid moeten maken voor inwoners die woonwagenbewoners zijn, iets wat de gemeente Utrecht op dit moment ook niet doet.

De Nationale Ombudsman noemt het standplaatsenbeleid voor woonwagens dat veel gemeenten in Nederland voeren discriminerend. Hij oordeelt dat gemeente een onderscheid moeten maken voor inwoners die woonwagenbewoners zijn, iets wat de gemeente Utrecht op dit moment ook niet doet.

Volgens de Nationale Ombudsman Reinier van Zutphen zijn niet alle gemeenten zich voldoende bewust van de bijzondere positie van de woonwagencultuur. Die cultuur staat sinds augustus 2014 namelijk op de Unesco-lijst voor immaterieel cultureel erfgoed Nederland. Het kabinet moet volgens hem daarom gemeenten aansporen voldoende standplaatsen te waarborgen om de woonwagencultuur te beschermen.

“Gemeenten maken beleid vanuit het gelijkheidsbeginsel”, aldus Reinier van Zutphen. “Dat wil zeggen dat alle inwoners van een gemeente gelijke rechten en plichten hebben. Zij maken daarin geen onderscheid voor inwoners die woonwagenbewoners zijn. Maar in het geval van woonwagenbewoners is er nu juist geen sprake van gelijke gevallen ten opzichte van andere inwoners. De door internationale verdragen erkende en beschermde (woonwagen)cultuur maakt het noodzakelijk met een andere bril naar standplaatsenbeleid te kijken. Aandacht voor de behoeften van woonwagenbewoners is niet vrijblijvend, maar heeft een mensenrechtelijke basis. Daarom zouden gemeenten ongelijke gevallen, ongelijk moeten behandelen.”

Beleid gemeente Utrecht

DUIC schreef eerder over de woonwagencultuur als immaterieel erfgoed in relatie tot het tekort aan woonwagenstandplaatsen in Utrecht. Paulus Jansen, wethouder Wonen en Ruimtelijke Ordening van de gemeente Utrecht, liet toen een woonwagen niet perse nodig te vinden om de cultuur in stand te houden: “Ik denk dat de woonwagencultuur niet zo erg afhangt van zo’n wagen. Je kunt met je familie ook bij elkaar in woningen gaan wonen.” Hij vindt het bijzonder dat de woonwagenbewoners een cultuur hebben, maar die zit volgens hem niet alleen in de woning. In 2013 besloot de gemeenteraad geen verdere uitbreiding van woonwagenstandplaatsen te doen.

Leonie Huijbers, promovenda bij de Universiteit Utrecht, onderzocht het woonwagenbeleid van gemeenten. De gemeente Utrecht zegt geen uitsterfbeleid te voeren: ‘Niet bijbouwen is juridisch iets anders dan uitsterven’. Huijbers noemt het woonwagenbeleid van de gemeente Utrecht een soort verkapt afbouwbeleid. “Ze bouwen niet direct af, maar het komt er in feite op neer dat het ook niet mogelijk is om als bevolkingsgroep te groeien. Dat is discriminerend, omdat dit bij andere bevolkingsgroepen niet aan de orde is.”

Advies

De Nationale Ombudsman adviseert om in het college van B&W een portefeuillehouder voor woonwagenbewoners en hun mensenrechten te benoemen. Ook raadt hij gemeentes aan om een standplaatsenbeleid op te stellen waarin de standplaatsbehoefte van de woonwagenbewoners wordt vastgesteld.

Gekoppelde berichten

9 Reacties

Reageren
  1. Ben

    Haha, ja inderdaad, kom maar ff cultuur snuiven en de authentieke wagens bewonderen. Meer open dagen zeg ik!

  2. JdV

    Ik dacht dat de politie, fiod en andere diensten al zeer regelmatig open dagen organiseren op de diverse kampen. En elke keer komen ze met leuke verhalen in het nieuws. Dus dat zit wel goed, Ben.

  3. Beestje

    En sinds wanneer zijn woonwagens nog echt woonwagens? Ik zie soms complete villa’s staan waar een normaal huis niet aan kan tippen. En soms meer ruimte op een afgeschermd terrein. Kom daar in een gemiddelde woonwijk eens om.

  4. Toine Goossens

    Ook Sterrenwijk en Ondiep hebben een cultuur die we dienen te waarderen. Ook daar is van oudsher veel sociale samenhang en – controle. Komt er nu een advies van de ombudsman om ook exclusief voor deze bewoners nieuwe huizen te bouwen?
    Kunnen straks alle Nederlanders die innig contact met de buren hebben van de overheid verlangen om exclusief voor hen te bouwen? Dacht het niet.

  5. Scherpschutter

    Zucht. Van Zutphen weer…. De man die al vanaf dag 1 van zijn aanstelling onder vuur ligt en door velen intussen wordt genoemd als de meest incapabele Nationale Ombudsman aller tijden. Nu dit ‘juweeltje’ weer.

    Het is ‘discriminerend’ (iemand achterstellen op basis van PERSOONLIJKE kenmerken) dat woonwagenbewoners (in een woonwagen wonen is GEEN persoonlijke eigenschap!!) uitgerekend GEEN speciale priviliges krijgen en dus behandeld worden voor de wet zoals iedereen anders, zoals beschreven in artikel 1 van de Grondwet…?!

    Het wordt steeds gekker in dit toch al compleet doorgedraaide kikkerlandje. Als dit soort figuren door de overheid worden aangesteld om burgers tegen diezelfde overheid te beschermen, dan weet je dat je als burger in de aap gelogeerd bent.

  6. Een mens zoals iedereen.

    @Toine Goossens 18/5/2017 – 13:31,

    Best wel een kinderachtige reactie Toine, van jou zou je juist wat meer begrip verwachten voor deze groep mensen, je bent toch ook zo begaan met vluchtelingen.
    Juist meer begrip omdat deze mensen dit land mee hebben bouwen groot te worden, je weet wel van stad naar stad voor seizoenswerk o.i.d., dat de overheid er een potje van heeft gemaakt kun je deze mensen niet verwijten.
    En o ja criminaliteit zit in iedere laag van de bevolking, geschoold en ongeschoold.

    Dag beste Toine.

  7. Toine Goossens

    @ Dag mens,

    Het is inderdaad kernachtig om positieve discriminatie tegen het licht te houden. Zeker als dat betrekking op huisvesting heeft. Er bestaat in Nederland geen huisvestingsbeleid op grond van afkomst of cultuur. Wel op grond van omstandigheden en inkomen. Daar moeten we het mee doen. Begrip hebben is overigens essentieel anders dan uitvoering. Uitvoering heeft altijd binnen het staande beleid plaats.

    De rest van het commentaar slaat als een tang op een varken. Dat is een vreemde interpretatie van mijn post.

  8. andre utrecht

    altijd commentaar op ons maar in de zomer massaal gaan trekken met de caravan of gezellig naar de camping lekker barbecueën

  9. Jean Corvers

    Van vrijheid beroofd!
    Als kind al kreeg ik op hele jonge leeftijd veel de vraag gesteld van mijn vriendjes of de ouders ervan: “Waarom woon jij in een woonwagen”?
    Ik zei dan zoiets als: “gewoon omdat ik er woon”!
    Het was voor mij ook gewoon mijn thuis. Ja ik wist ook wel, anders dan een stenen woonhuis. Maar het was wel gewoon mijn thuis!
    Bij het avondeten vroeg ik dezelfde vraag als mijn vriendje aan mijn moeder: “Mam waarom wonen wij in een woonwagen”?
    Verbaasd vroeg ze dan waarom ik die vraag stelde.
    Ik zei dat mijn vriendje die vraag gesteld had en ze zei tegen mij: “Heb je je vriendje ook gevraagd waarom hij in een huis woont”? En dat antwoord vond ik zowel raar als geniaal. Er zat heel veel wijsheid in haar reply.
    Doelde ze erop dat het omhulsel van je thuis slechts een vorm van onderdak is. De Eskimo woont in een iglo, de indiaan in een tipi en in Mongolië wonen ze in een yurt enz.…
    We blijven allemaal mensen die veilig een onderdak nodig hebben tegen weer en wind. Onze voorouders waren rondtrekkende handelaren, stoelenmatters, ketellappers, scharensliep of orgelman. Hun ambacht namen ze mee op reis net als hun paarden en handel in klein waren.
    Het waren mensen “gewone burgers”, Nederlanders die door armoede of andere omstandigheden een reizend bestaand leiden. Soms moest men zelfs bedelen om te overleven. En als men verjaagd werd van het afgelegen plaatsje aan de bosrand, in het open veld of naast een vuilnisbelt was de menselijke barmhartigheid ver te zoek. Op zoek naar een nieuw plaatsje voor de nacht waar het kampvuurtje enig geluk en warmte gaf.
    Van handel naar ambacht!
    De eerste ambulante handelaren werden Marskramers genoemd. Hun mars (korf) waar hun klein en kort waar in zat werd te klein en daarom bood eerst een hondenkar en later een huifkar meer mogelijkheid om de handel aan de man te brengen. Tussendoor vond men tijdelijk seizoenswerk bij de boer op het land of in de wegenbouw of het graven van kanalen.
    Veel muzikanten speelden op marktpleinen en in straten voor de kost. Men bracht vreugd en vrolijkheid. De woonwagenbewoner was nuttig en dienstbaar.
    Veel wat we heden ten dage recycling (oud ijzer, lompen, karton enz.) noemen werd in het verleden door de woonwagenbewoner ontzorgd. Vele gezinnen hadden hier werk en levensonderhoud in. Nu betalen we ons blauw aan opgelegde belastingen.
    In tegenstelling tot de burgers in een huis heeft de overheid onze woonwagencultuur van de vrijheid beroofd door o.a. het rondreisverbod in 1968. Ambulant werd permanent gebonden. Beroofd en berooid van brood, vrijheid, en lust past misschien wel goed in de beschrijving.
    Ze zagen en zien ons nog steeds als afvalligen in “hun ideale” maatschappelijke samenleving. Maar het zijn juist de lokale overheden geweest die ondanks wetgeving “ons recht op standplaats met basisvoorziening” het beleid bewust ter ontmoediging weigerden goed uit te voeren.
    Discriminerende ambtenaren met vooringenomen houding van afkeer jegens mensen op het kamp. Zij misbruikten vaak zonder enig inleven hun geletterde machtspositie. Zelfs heden ten dage worden er domweg beslissingen door zogenoemde wetshandhavers, beleidsmakers gemaakt over en niet met de woonwagenbewoners. Dat vraag om frictie en misverstanden. Het roer dient sedert 2012 omgezet te worden daar Nederland, behorend tot de Staten die bij UNESCO zijn aangesloten het immaterieel erfgoed “woonwagencultuur” in een getekend verdrag zich verplicht met hulp en respect onze cultuur te beschermen.
    Wij waren een zelfvoorzienende groepering, cultuur, volk net als de mensen in het Circus en op de Kermis. Een sterke hechte familieband en wederzijdse afhankelijkheid gaf ons de trots en energie te vechten en te overleven om ons bestaan te eren.
    Helaas!
    De overheid wilde ons altijd al wegduwen, verbannen.
    Volgens de hoogmoed van de “Burgemeesters en Wethouders” moesten de woonwagenbewoners verbannen worden want ze pasten niet in het aanzien van dorp of stad.
    Maar woonwagenbewoners laten zich niet afschaffen.
    Ook niet nadat in 1968 de wetgever verbood om rond te trekken. De hoge heren stopten in Eindhoven 140 woonwagens op een locatie waar plaats was voor 90 standplaatsen.
    Dat daar spanningen van komen dat kan iedere “onbenul” zich toch zeker wel voorstellen, behalve de Burgemeesters en Wethouders.
    Bewust werd het welzijn van de woonwagenbewoners tot op het bod afgebroken en de media greep iedere gelegenheid aan om opgefokte verhalen, stigmatiserend en goedverkopend in de krant te zetten.
    In tijden dat openbaar de communicatie niet zo voor de hand lag als heden met bijvoorbeeld alle sociale media en doordat er door het reizende bestaan veel analfabetisme bestond bij de woonwagenbewoners konden mijn voorouders en ouders zich moeilijk verweren.
    Daarmee ontken ik niet dat er hier en daar een ondeugend iemand de wet overtrad maar het waren daarom toch ook niet meteen allemaal criminelen.
    En dit soort ondeugende mensen wonen overal in Nederland. Misschien is de Nederlandse serie Undercover serie met de Brabantse Ferry Bouman (Frank Lammers) op Netflix een mooi voorbeeld.
    Tijd voor een vriendschappelijke houding en reële zienswijze!
    Wij zijn Nederlanders! Trots op Nederland. Trots op ons verleden. Trots op onze landelijke bekende woonwagenartiesten die hun muziek velen verblijden. Onze kinderen doen het goed op school en zij die dat niet kunnen hebben dringend hulp nodig.
    Er zijn reeds vele woonwagenbewoners die ook nu keihard werken zelfstandig of in de zorg, het kappersvak in de bouw of elders!
    Dus is mijn droom dat een woonwagencentrum gezien wordt als een woonwijk, een woonerf waar mijn kinderen en medeburgers deelnemen aan alle lokale sociale activiteiten in hun regionale leefgemeenschap op ieder gebied, geheel en volwaardig geïntegreerd in onze maatschappij en een stem hebben waarnaar geluisterd wordt i.p.v. weggedrukt en gekleineerd.
    De volgende generatie zal zich hopelijk niet zoals ik mij mijn leven al een “vreemde in eigen dorp of land” voel omdat ik geboren ben in een woonwagen. Vechtend door het leven, vallen en opstaan met een hunkering naar erkenning voor het “zijn”.
    Gun ons het geluk bij de mensen van de reis! Gun ze het geluk in hun huisje op wielen/ “Tiny House”, chalet of waar dan ook! Wij verdienen de status Immaterieel Cultureel erfgoed om het gedachtegoed van onze voorouders uit te dragen en te waarborgen.
    Niet alleen White, Yellow, Red or Black Lives Maters maar All lives matters in Nederland!
    Daar behoren ook woonwagenbewoners, circus en kermisreizigers bij, evenals Sinti en Roma zigeuners.
    Het zijn kanjers mensen van de reis!
    Jean Cörvers
    Zie ook: https://www.immaterieelerfgoed.nl/nl/woonwagencultuur

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).