De komst van de Nigeriaanse VN-soldaat die is besmet met het ebolavirus heeft nauwelijks tot bezorgdheid geleid van Utrechters. Volgens het RIVM is er bij de speciaal geopende ebola-informatielijn bijna geen vraag binnengekomen. De man is opgenomen in het UMC.
De zieke soldaat kwam zaterdag aan op Schiphol en wordt verder behandeld in het UMC Utrecht. Hij is de eerste patiënt met het virus in Nederland. Hij zal hier waarschijnlijk worden behandeld met experimentele medicijnen. Op dit moment zijn er nog geen geregistreerde medicijnen. Dat betekent dat er nog geen medicijnen zijn die bewezen effectief en veilig zijn.
In het UMC wordt de man in isolatie door een speciaal opgeleid en getraind team behandeld. Het Calamiteitenhospitaal heeft plek voor vier patiënten die in het buitenland besmet zijn geraakt met de ziekte. Het hospitaal, een samenwerkingsverband tussen de ministeries van Defensie en VWS met het UMC Utrecht, biedt bij noodsituaties opvang van slachtoffers die niet in reguliere ziekenhuizen opgenomen kunnen worden.
Gescheiden
De afdeling met de besmette patiënt is volledig afgesloten van de rest van het ziekenhuis. Het hospitaal heeft een eigen ingang, gescheiden luchtbehandeling, goederengebruik en afvalverwerking. Gebruikte materialen worden direct vernietigd of apart gezet. Hoe het met de patiënt gaat wordt om privacy-redenen niet bekendgemaakt.
Besmetting
Ebola is alleen besmettelijk via direct lichamelijk contact met een patiënt of zijn lichaamsvloeistoffen. Alleen medisch personeel dat direct werkzaam is met de patiënt, kan een risico lopen op besmetting. Daarom neemt het medisch personeel uitgebreide beschermende maatregelen. Ook wordt het personeel gecontroleerd om na te gaan of ze geen ziekteverschijnselen ontwikkelen.
3 Reacties
ReagerenBlijkbaar verbaast het de mensen, mij niet.
Je gaat er toch niet gelijk vanuit dat ze een ebolapatient los laten lopen?
Duic creëert hier haar eigen nieuws. Net als die amerikanen die gek gemaakt werden door de media en een paar weken later hoor je niemand er nog over.
Beterschap, zou ik zeggen.