De 18-jarige verdachte van een steekpartij moet volgens het OM vooral worden behandeld, bleek vandaag in de rechtszaal. Het steekincident was op het Janskerkhof in Utrecht tijdens Koningsnacht dit jaar.
Agenten zagen om 23.15 uur een vechtpartij. Er bleek een jongeman te zijn gestoken door een 18-jarige Utrechter. De officier van justitie zei vandaag dat het een poging tot doodslag was, maar eiste een taakstraf en een grotendeels voorwaardelijke gevangenisstraf. De verdachte moet namelijk behandeld worden voor zijn problematiek.
Aanleiding voor het incident was de vraag van de verdachte om een ballon. De drie jongens die met lachgasballonnen op het Janskerkhof stonden, wilden die niet geven omdat ze zojuist waren gewaarschuwd door de politie en geen problemen wilden.
Twee verhalen
Over wat er daarna gebeurde zijn er twee versies. De verdachte verklaarde dat er een gevecht ontstond, dat hij daarbij op de grond terecht kwam, werd geslagen en zich bedreigd voelde. Daarop trok hij het mes, klapte het uit en zwaaide ermee in het rond. Hij wilde dat het geweld stopte en had niet de bedoeling om iemand te raken.
Maar volgens het slachtoffer en andere getuigen ging de verdachte ‘drammen’ toen hem de ballon werd geweigerd. Hij werd agressief, trok een mes en stak het slachtoffer ‘uit het niets’. De aangever pakte het mes af, gooide het weg en daarna vond het gevecht plaats. De verdachte wist weg te komen en werd kort daarop aangehouden door de politie.
Eén aannemelijk
De officier van justitie legde beide scenario’s langs het bewijs en kwam tot de conclusie dat de verklaring van de aangever aannemelijk is en die van verdachte niet. Daarmee vond ze poging doodslag bewezen.
De jongen werd geraakt in de hals, vlakbij de halsslagader. “Dit had zo anders af kunnen lopen en dan had ik gesprekken gevoerd met nabestaanden”, aldus de officier.
Problemen verdachte
Gezien de problematiek van de verdachte werd het jeugdstrafrecht toegepast. De officier van justitie eiste werkstraf van 200 uur en een grotendeels voorwaardelijke celstraf, 245 dagen waarvan 200 dagen voorwaardelijk.
De verdachte is in het verleden slachtoffer geworden van openlijk geweld waarbij hij ernstig gewond raakte; dit speelde een rol bij het incident op 26 april. Ook heeft hij sinds jonge leeftijd te kampen met fysieke en psychische klachten wat zijn leven nadelig heeft beïnvloed.
Al met al zou hij verminderd toerekeningsvatbaar zijn. De officier vroeg daarom als bijzondere voorwaarden een ambulante behandeling, een meldplicht en een contactverbod met de aangever. De rechtbank doet over twee weken uitspraak.
geen Reacties
ReagerenEr zijn nog geen reacties geplaatst.