De Nieuwe Dikke Dries: een bruin café in een modern jasje, zo luidt de omschrijving van familie De Winter. De kroeg op het Oudkerkhof bestaat 50 jaar en dat wordt het hele jaar door gevierd. Iedere maand is er wel een festiviteit. Jos de Winter is nu 25 jaar de uitbater. Sinds een paar jaar zijn ook zijn zoons Julius en Bonne achter de bar te vinden.
Het begon ooit in het hartje van Wijk C met Ouwe Dikke Dries. Dat café bestaat als sinds 1937. Marinus de Winter, die bekendstond als ‘Dikke Dries’, opende op de hoek van Waterstraat en Willemstraat de deuren. Hij vernoemde het café naar zichzelf.
Dries overleed in 1952 en zijn zoon Joop nam het over. Hij stond ruim 45 jaar achter de tap, schrijft de familie op hun site. “Ook de zonen van Joop, Ries en Tonnie, bleken meer dan geschikt voor het kasteleinschap.” In het pand op het Oudkerkhof is overigens nog steeds een aandenken van Joop te zien: in een van de spiegels is een afbeelding van hem gegraveerd.
Tekst loopt door onder de foto
In 1975 openden Ries en zijn vrouw Nieuwe Dikke aan het Oudkerkhof. Dit café wordt nog altijd gerund door de familie De Winter. In 2000 nam Jos, de zoon van Ries, het stokje van zijn vader over. De Ouwe Dikke Dries was inmiddels verkocht, maar dat gold niet voor de kroeg op het Oudkerkhof. In 2017 opende Jos zelfs een tweede locatie aan de Willem de Zwijgerstraat in Oost.
Dubbeltje van de week
“We zijn zeker trots op ons 50-jarig bestaan”, zegt Jos vanaf een van de barkrukken. In de zaak hangt dan ook het getal op verschillende plekken in grote gouden letters. “Daarom vieren we ook het hele jaar door.” In februari is er bijvoorbeeld een evenement voor alle mensen die elkaar in het café hebben ontmoet. “Dat kan een stel zijn, maar ook gewoon vrienden.”
“Er komen hier vriendengroepen, jaarclubjes en studentenhuizen, sommigen inmiddels al vijftig jaar lang”, zegt Jos. Laatst bezocht hij nog de begrafenis van een van de klanten van het eerste uur. Verder zijn allerlei bedrijven en disputen van het Utrechts Studenten Corps (USC) regelmatig van de partij. De “twee oude dames” die op dinsdag altijd langskomen voor twee glazen wijn en vlammetjes zijn ook graag geziene gasten. “Vroeger vochten we om het dubbeltje fooi dat ze gaven”, vertelt Jos lachend. “Dat was het meest waardevolle dubbeltje van de week.”
Bijbaantje
Jos wist al toen hij jong was dat hij het café van zijn vader wilde overnemen. Ze woonden boven de zaak en hij groeide op in het café. De zoons van Jos zijn er daarentegen per ongeluk ingerold. Voor Bonne is het een bijbaantje, maar voor Julius inmiddels niet meer. Hij werkt fulltime samen met zijn vader. De vrijdag is Julius zijn favoriete moment: als de middag overloopt in de avond. “Iedereen is dan vrolijk, omdat het bijna weekend is”, zegt Julius. “Dan ben ik er altijd tot laat te vinden.”
Jos geniet ook van de naborrels met zijn team. De komende vijf jaar is hij nog niet van plan om ermee te stoppen. “Dan ben ik zeker nog betrokken. Misschien hebben we dan nog wel een derde plek geopend.” Hij benadrukt dat hij het zonder zijn vrouw allemaal niet zou redden. “Zij is mijn back-up. Ook zonder personeel en klanten zou Nieuwe Dikke Dries niet bestaan. Wij faciliteren alleen.”
Julius hoopt dat Nieuwe Dikke Dries een plek blijft die altijd vol zit met leuke mensen, waar iedereen welkom is en waar ze verkopen wat ze zelf lekker vinden. “Dat is het leukste”, zegt Julius. “Wat mij betreft mogen de fluitjes en de flessen wijn door de lucht vliegen.” Zijn omschrijving van Nieuwe Dikke Dries luidt als volgt: “We zijn net als ABBA: herkenbaar en tijdloos.”
Corpsballen
Dikke Dries heeft al zo’n tachtig jaar een nauwe band met het USC. “Toen in 1937 Dikke Dries zijn deuren opende, waren deze elitaire studenten geen graag geziene gasten in de Utrechtse cafés. Laat staan in een volksbuurt als Wijk C”, is te lezen op de site.
De overgrootvader van Jos, Dikke Dries, heette de studenten juist van harte welkom. “Dries nodigde de ‘Corpsballen’ uit voor zijn feesten en de USC’ers betrokken de kastelein en zijn café bij hun festiviteiten, zoals de welbekende lustrums.”
Ook nu wordt er meerdere keren per jaar gefeest met het USC. Daarnaast waren Jos en zijn zonen op het lustrumfeest van UVSV, de Utrechtsche Vrouwelijke Studenten Vereeniging, nog te zien als dj’s. “We traden op in de Jaarbeurs”, zegt Jos. “Ook tijdens de Utrechtse Introductietijd hebben we samen gedraaid. Dat was super om te doen. Het leuke is dat die studenten over dertig jaar nog in ons café zullen komen.”
10 Reacties
ReagerenMooie kroeg met te veel studenten en een onsympathieke eigenaar.
Ik ga liever naar de Oude Dikke Dries waar je nog echte Utregters tegen komt!
Opmerkelijk én veelzeggend dat ze nog steeds zo trots zijn op hun relatie met het USC. Kwestie van commercieel wegkijken?
Oude dikke dries had in vroeger tijden ook een keuken waar je een prima barhap kon bestellen voor een redelijke prijs. Maar helaas.
Het 2e cafe is Dikke Dries Oost nabij het Wilhelminapark.
Wel goed formulieren DUIC.
De Nieuwe Dikkie Dries is een toptent. 7 jaar geleden ontdekt (ik was toen 54) en kom er nog steeds met veel plezier. Regelmatig een hapje eten met mijn vrouw op terras, soms alleen voor een bakje koffie en heel af en toe voor een mooi feestje op vrijdag- of zaterdagavond. Een mooie mix van alle leeftijden.
Net als Abbah! Mij dus niet gezien daar! Totaal niet mijn smaak.
@steve, dat staat er toch?!
“In 2017 opende Jos zelfs een tweede locatie aan de Willem de Zwijgerstraat in Oost.“
Leuk om te zien waar mijn vrouw vroeger gewerkt heb in de keuken Coby dat was haar domein van maandag t/m vrijdag op de dag
Zit Dikke Dries niet meer bij het Paardenveld?
@Abbah Het is wat ambigueus gezegd, zodat het makkelijk verkeerd geïnterpreteerd kan worden. Ze zijn niet als ABBA, maar delen de genoemde eigenschappen (herkenbaar en tijdloos) en mss ook populariteit, waarbij dan niet vermeld is onder welke groepen die populariteit overeind blijft.