In Utrecht werd gisteren gestaakt bij basisscholen voor een betere CAO. Op de Dr Bosschool in Tuinwijk was er een overleg tussen leraren en vertegenwoordigers uit het onderwijs. De school wilde kijken hoe het basisonderwijs weer aantrekkelijk gemaakt kan worden.

In drie groepjes werd naar oplossingen gezocht voor een aantal problemen waar het basisonderwijs mee kampt. Het lerarentekort (op korte en lange termijn) en het verlagen van de werkdruk waren de thema’s.

Werkdruk

De werkdruk is veel te hoog, daar is iedereen het wel over eens. De Volkskrant schreef eerder dat maar liefst 1 op de 4 van de basisschoolleraren kampt met burn-out klachten. Bovendien kunnen leraren zich moeilijk ziek melden. Ze zijn verantwoordelijk voor hun eigen klas en vaak is er geen vervanging. Lerares op de Dr Bosschool, Dorine Fennema, zegt: “Als je je twee dagen eerder af zou melden, ben je uiteindelijk korter ziek. Nu blijf je vaak op paracetamol doorwerken.” De overtuiging op deze middag is dat administratieve lasten omlaag moeten en er meer ondersteunend personeel moet komen.

Lerarentekort

Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap verwacht aan het einde van de kabinetsperiode een tekort van 4000 voltijdsbanen in het basisonderwijs. In 2027 zou dit tekort oplopen tot 11.000 banen.

Lerares Hermileen van Dijk denkt dat het benaderen van voormalige werknemers kan helpen tegen het lerarentekort. Anneloes Bons, docent van groep 3, vindt het vooral belangrijk om het huidige personeel binnen het onderwijs te houden. “Er is veel uitstroom. Soms zie je dat iemand die net van het pabo komt, meteen voor een hele moeilijke klas komt te staan.” Ze ziet het geregeld gebeuren dat deze jonge leraren dit niet trekken en stoppen.

Paula Siegmund, van groep 1/2, stelt voor om eventueel ook ouders in te zetten als oppas om tekorten op te vangen, maar voegt eraan toe dat niet elke ouder daarvoor geschikt zou zijn.

Een beter salaris

De inzet van de stakingen in Utrecht is dat de basisschoolleraren evenveel gaan verdienen als hun collega’s in het middelbaar onderwijs. In september werd al toegezegd dat er 270 miljoen euro extra geld beschikbaar is gesteld door de overheid aan salarissen, dit bedrag moet volgens de leraren nog omhoog naar 900 miljoen euro om de loonkloof met het voortgezet onderwijs te dichten.

De Dokter Bosschool krijgt nu 70.000 euro extra. Maar dit vinden ze niet genoeg. Leraar Guus Heemstra benadrukt dat het grootse deel van de 70.000 euro naar extra personeel zou moeten gaan. “Kinderen met extra problemen kun je nu niet alle tijd geven die eigenlijk zou willen geven.”