Dit verhaal is onderdeel van onze serie: Het spoor begrenst; Het spoor verbindt. Een journalistieke reis over de impact van het spoor op Utrecht. De verschillende verhalen worden ook gepubliceerd op deze interactieve kaart, die nog verder aangevuld wordt. Deze serie is mede mogelijk gemaakt door een bijdrage van het Mediafonds Utrecht.
Het spoorwegennetwerk van Utrecht loopt als een ijzeren ader recht door de stad. Handig voor reizigers, maar het brengt ook de nodige uitdagingen met zich mee voor Utrechters die zich te voet of met de fiets willen verplaatsen. Tunnels onder het spoor zijn daarbij een handige uitkomst, maar hoe sociaal veilig zijn die en wordt daar wel aandacht aan besteed?
Tunnels, viaducten en andere onderdoorgangen: we hebben er de nodige liggen in de stad en er staan er nog meer op de planning. Niet gek, want met het grootste station van Nederland, en ruim 250.000 reizigers per dag die passeren, is het een komen en gaan van treinen. Om Utrechters geen kilometerslange omwegen op te leggen, zijn er daarom flink wat tunnels onder het spoor aangelegd. Handig, dat zeker, maar met name in de avond, als het donker is, kunnen ze onveilig aanvoelen. Hoogste tijd om eens uit te zoeken hoe deze ‘enge’ plekjes onder handen worden genomen.
Stationstunnels
Met name de drie tunnels onder het station zijn logischerwijs veel in gebruik. Veel bestemmingsfietsers van en naar het station vinden hun weg naar huis via de Daalsetunnel, de Leidseveertunnel en de Van Sijpesteijntunnel. De tunnels stammen respectievelijk uit de jaren zeventig en negentig van de vorige eeuw, en sindsdien is er het een en ander veranderd in wat wij als mens wel en niet als prettig en veilig ervaren in ondergrondse tunnels.
Tekst gaat verder onder afbeelding
In de afgelopen jaren is er daarom het een en ander veranderd aan de tunnels, al dan niet vanwege een opknapbeurt na enkele decennia van erosie. Maar in 2020 besluit de gemeente Utrecht de creatieve handen uit de mouwen te steken en schuift ze aan tafel bij een lokale ontwerpstudio. Hoe kunnen de tunnels onder het spoor gevoelsmatig nou veiliger gemaakt worden voor de passanten? Daar zijn plannen voor gemaakt, met een knipoog genaamd ‘tunnelvisie’, maar die zijn uiteindelijk niet uitgevoerd.
Wél zijn er in de afgelopen jaren, of in het nieuwe jaar, renovaties en maatregelen voor deze tunnels geweest. De hoofdzakelijke reden voor de herziening van deze passages heeft te maken met de verkeersveiligheid vanwege bijvoorbeeld vrachtwagens. De aandacht voor sociale veiligheid van voetgangers en fietsers is niet expliciet genoemd.
Tekst gaat verder onder afbeelding
Andere tunnels
De wereld stopt echter niet bij de binnenstad, want ook buiten het centrum loopt het spoor door. Bekendere tunnels zijn hier bijvoorbeeld die bij de Gasthuismolenbrug of de Meester Tripkade. Juist op de plekken waar minder fietsers en voetgangers komen, kan het gevoel van sociale veiligheid afnemen. Zo werd in 2014 de tunnel van de Gasthuismolenbrug nog vernoemd tot een van de engste tunneltjes van Nederland. Geen titel om trots op te zijn, en dat heeft de bewoners aan het werk gezet. Inmiddels zijn er bij die specifieke brug de nodige maatregelen getroffen, waardoor deze een stuk veiliger aanvoelt.
Tekst gaat verder onder afbeelding
Hoewel de wedstrijd van het engste tunneltje al een tijdje niet meer bestaat, betekent dat niet dat het gevoel bij sommige doorgangen afneemt. Bij andere tunnels zijn noemenswaardige acties zoals bij de Gasthuismolenbrug simpelweg minder effectief. Zo zijn sommige doorloopjes erg smal, ben je uit het zicht van auto’s of voetgangers of is de aanloop naar de tunnel zelf erg eenzaam – kenmerken waar je zonder grote verbouwing weinig aan kan doen. Dat dat als onveilig wordt ervaren, is niet voor niets, en heeft alles te maken met psychologie.
Veiligheid
Een tunnel kan op twee manieren als veilig worden ervaren, en dat heeft alles te maken met zogenaamde omgevingspsychologie. In vakjargon gaat het dan om objectieve en subjectieve veiligheid. Met objectieve veiligheid wordt er gekeken naar cijfers over bijvoorbeeld criminaliteit en overlast – zaken die cijfermatig in Utrecht harder groeien ten opzichte van de andere drie grote steden. Subjectieve veiligheid is wat complexer, en heeft te maken met het gevoel dat mensen kunnen hebben.
Uit bewonersonderzoek blijkt dat ruim drie op de tien Utrechters zich wel eens onveilig voelt. In de eigen buurt ligt dat gevoel van onveiligheid iets lager dan in algemene zin. Het gaat hierbij dus om cijfers die gaan over het gevoel, niet feitelijk, dat men heeft in een algemene, niet gespecificeerde zin; twee factoren die ervoor zorgen dat er weinig is te zeggen over hoe tunnels in de wijken buiten het centrum worden ervaren.
Overigens ligt dat percentage van veiligheidsgevoel in de afgelopen tien jaar om en nabij gelijk. Hetzelfde geldt voor het percentage Utrechters dat overlast ervaart van jongeren, dat rond de 20 procent hangt. Niet onbelangrijk is dat het gevoel van onveiligheid erg verschilt per wijk. Zo worden de binnenstad, Zuid en West statistisch op meerdere vlakken ervaren als bovengemiddeld onveilig, terwijl het aangrenzende Oost juist op elk vlak onder het Utrechts gemiddelde scoort.
Tekst gaat verder onder afbeelding
Factoren
Omgevingspsychologie is overal om ons heen. Hoe een tunnel, onderdoorgang of ondergrondse ruimte wordt ervaren, is deels afhankelijk van kleur, licht en ruimte. Denk er bijvoorbeeld aan dat de kleur blauw in Nederland algemeen genomen wordt geassocieerd met veiligheid – logischerwijs een van de redenen dat de politie en overheid blauw laten terugkomen in hun vormgeving.
Maar kleur en de associatie daarvan zijn onderhevig aan factoren zoals cultuur en leeftijd. Volledig hierop inzetten om het gevoel van veiligheid toe te laten nemen, is dus geen garantie op succes – in feite zelfs verre van. Dat is de reden dat tunneltjes geen pimpelpaarse discolampen hebben, maar zich limiteren tot sober geel of wit licht.
Wat wél een verschil maakt voor het gevoel van veiligheid, is de sterkte van licht. Hoe helderder het licht is, hoe groter het gevoel van veiligheid. Verouderde tunnels hebben soms nog geen vormgeving waar hier aandacht aan is besteed, wat het veiligheidsgevoel van passanten wel degelijk tegen kan zitten.
Gemeentelijke visie
In de praktijk zijn er geen extreem hoge cijfers die wijzen op een groeiend probleem rond onveilige tunnels. Het is daarom maar de vraag in hoeverre er actie wordt ondernomen om de doorgangen onder het spoor onder handen te nemen. Het percentage van criminele meldingen is het afgelopen jaar weliswaar toegenomen, maar tegelijkertijd is er een nieuw veiligheidsplan ingegaan waarin ‘veiliger wijken’ een van de prioriteiten is. Het moet dus blijken wat dit voor invulling gaat krijgen op de sociale veiligheid van tunnels die zowel in het centrum als daarbuiten zijn.
Voorlopig lijkt er nog geen plafond in zicht te komen voor het aanleggen van nieuwe tunnels en andere infrastructuur. Zo werd eerder dit jaar nog bekend dat er voor het astronomische bedrag van 40 miljoen een fietstunnel tussen de nieuwe woonwijk Wisselspoor en de Boorstraat moet komen. Vele malen hoger dan verwacht, maar in een snelgroeiende stad waarbij je niet om het spoor heen kan, worden kosten noch moeite gespaard.
Terug naar de interactieve kaart?
geen Reacties
ReagerenEr zijn nog geen reacties geplaatst.