Affiches uit het verleden vertellen meerdere verhalen. In de eerste plaats over het bedrijf, product of evenement waar reclame voor werd gemaakt. Maar ook over de ontwerper, of het nu een bekende kunstenaar was of een anonieme graficus. Daarnaast laten affiches zien welke stijlen in de mode waren. Deze keer: de affiche van Eppo Doeve, voor Demka Staal.
De Nederlandsche Staalfabrieken v/h J.M. de Muinck Keizer – later bekend als DEMKA – kwamen in 1915 naar Zuilen, toen nog een eigen gemeente. Het van oorspong Groningse bedrijf was in 1902 de eerste staalgieterij van het land. Het vestigde zich aan het Merwedekanaal naast z’n grootste klant: Werkspoor. In Zuilen ontstond een eigen buurt voor het Demka-personeel, er werkte al snel zo’n 2.500 man.
Demka leverde grote gietstukken zoals scheepsstevens, schroefassen en stalen wielen en later ook staaldraad, betonvlechtwerk en staalplaten. In de Wederopbouwperiode kort na de oorlog werd Demka, gestimuleerd door de overheid, uitgebreid met een speciaalstaalsmederij, koudwalserij, draadtrekkerij en laboratorium. In deze periode van groei verscheen ook het enige reclame-affiche dat van Demka bekend is.
De letters ‘DEMKA’ gloeien als heet staal, terwijl die van ‘STAAL’ lichtblauw zijn als het afgekoelde eindproduct
De ontwerper was Eppo Doeve (1907-1981), geboren in Bandoeng in het toenmalige Nederlands-Indië. Hij kon als jongen al goed tekenen en kreeg opdrachten van de lokale bioscoop. Doeve volgde echter geen kunstopleiding, maar ging in 1927 aan de Landbouwhoogeschool in Wageningen studeren met als doel theeplanter te worden. Toen de theemarkt instortte, besloot hij in Nederland te blijven en zijn tekentalent te gebruiken. Doeve begon bij het Amsterdamse reclamebureau De la Mar en maakte illustraties voor De Groene Amsterdammer, Haagsche Post en AVRO’s Radiobode.
(tekst gaat verder onder de foto)
Duizendpoot
Na de oorlog brak Eppo Doeve echt door. Rond 1950 kende bijna iedereen de Heineken-ober en Artis-pinguïn van zijn affiches. Hij ontwierp ook de eerste van een langlopende serie affiches voor het Holland Festival, waaraan veel bekende ontwerpers zouden werken. Voor Elseviers Weekblad maakte Doeve politieke prenten. Ook ontwierp hij het bankbiljet van tien gulden.
In 1951 en 1952 verzorgde Doeve de affiches van de Jaarbeurs. Enkele jaren eerder kreeg hij de opdracht van Demka. Het lijkt erop dat de drukbezette duizendpoot zelf nooit in de fabriek in Zuilen is geweest. Zijn affiche-ontwerp uit 1949 lijkt namelijk op een schilderij van Willem de Wijn (1902-1983), dat voorop een brochure stond ter gelegenheid van Demka’s 40-jarig jubileum in 1942. Wellicht heeft Doeve dit beeld als uitgangspunt gebruikt, al zijn er zeker verschillen. Waar De Wijn veel details schilderde, beeldde Doeve de gietpan met vloeibaar staal veel gestroomlijnder af. Ook liet hij de achtergrond donker zonder details. Een mooi effect is dat de letters ‘DEMKA’ gloeien als heet staal, terwijl die van ‘STAAL’ lichtblauw zijn als het afgekoelde eindproduct.
Het reclamevakblad Ariadne besprak dit affiche begin 1950 in de korte recensierubriek Pluimen en prikken. Het kreeg een pluim: men vond het een ‘krachtige poster’ en ook een ‘prima stuk werk, waar we geen woord kwaad van zouden kunnen zeggen.’ In een ander vaktijdschrift klaagde een lezer in een ingezonden brief over de kwaliteit van reclameposters, ‘mijn dagelijkse ergernis’. Het affiche van Doeve voor Demka werd door deze vakgenoot genoemd als één van de weinige positieve uitzonderingen.
Het is de vraag waarom Demka reclame maakte bij het grote publiek; de affiches hingen onder andere op de stations. Het bedrijf leverde uiteraard niet aan consumenten – alleen aan grote bedrijven. Men meende blijkbaar dat een goede naamsbekendheid uiteindelijk opdrachten opleverde, of nieuwe personeelsleden. Zo waren er ook voorlichtingsbrochures voor het algemene publiek, werden er vertoningen van de fabrieksfilm Staal georganiseerd en zou Demka in 1958 present zijn op de Wereldexpo in Brussel. Specifieke advertenties plaatste het bedrijf wel in technische vakbladen: ‘Uw staalgieters: DEMKA! Maar ook: Uw Staaladviseurs.’
Neergang
De sterke groei van Demka in de jaren vijftig, een economische bloeiperiode, leidde tot een tekort aan ongeschoolde krachten. Dit werd opgelost door ‘gastarbeiders’ te werven, eerst Spanjaarden, Italianen, Joegoslaven en Grieken en later Turken en Marokkanen. In 1964 werd het familiebedrijf overgenomen door Hoogovens, dat al veel aandelen bezat.
De omslag kwam in 1966, toen bij een reorganisatie 1.100 ontslagen vielen. De neergang lag aan het verouderde machinepark, maar ook aan de Europese staalpolitiek. In 1968 fuseerde de staalgieterij met een Frans bedrijf tot SMDK, dat in 1977 sloot. De plaatwalserij, die nog wel van Hoogovens was, hield het tot 1983 vol.
geen Reacties
ReagerenEr zijn nog geen reacties geplaatst.