De rechtbank Midden-Nederland veroordeelt een 33-jarige agent uit Utrecht tot een voorwaardelijke taakstraf van 120 uur met een proeftijd van één jaar. De politieman schoot op 31 augustus 2011 in IJsselstein op een rijdende auto met drie inzittenden.

De agent maakte deel uit van een politieteam dat bezig was met een drugsactie. Het team wilde de bestuurder van een auto aanhouden. De bestuurder reed bij de actie in op de agent. De politieman kon net op tijd opzij springen om te voorkomen dat hij zou worden geraakt. Toen de auto wegreed, schoot de agent richting de auto. De kogel ging door de achterruit.

De rechtbank oordeelt dat er sprake is van een drievoudige poging tot doodslag. De agent heeft de bewuste kans aanvaard dat iemand kon komen te overlijden door de politiekogel. Het afvuren van het dienstwapen was niet conform de ambtsinstructie vuurwapengeweld. De rechtbank overweegt dat verdachte heeft gehandeld vanuit een hevige gemoedsbeweging (ontstaan door de aanrijding) en van daaruit heeft geschoten. Gelet op het beroep van verdachte ziet de rechtbank het schieten echter als disproportioneel. Een politieman is getraind om adequaat te handelen in gewelddadige situaties, ook als hij kort daarvoor (bijna) is aangereden.

De rechtbank vindt een voorwaardelijke taakstraf passend en geboden. Met een schuldigverklaring zonder oplegging van straf, zoals geëist door de officier van justitie, kan volgens de rechtbank niet worden volstaan. Het is slechts aan gelukkig toeval te wijten dat er geen gewonden zijn gevallen. Daarnaast veroorzaakt het schieten in een woonwijk onrust en gevoelens van onveiligheid.