Het jaar van Mark van der Maarel: Speler van het Jaar raakte basisplek weer kwijt | De Utrechtse Internet Courant Het jaar van Mark van der Maarel: Speler van het Jaar raakte basisplek weer kwijt | De Utrechtse Internet Courant

Het jaar van Mark van der Maarel: Speler van het Jaar raakte basisplek weer kwijt

Het jaar van Mark van der Maarel: Speler van het Jaar raakte basisplek weer kwijt
Mark van der Maarel op trainingscomplex Zoudenbalch. Foto: DUIC / Hidde Zwiers
Voor Mark van der Maarel was 2018 een jaar met twee gezichten. In de eerste maanden van zijn tiende jaar bij FC Utrecht groeide de voetballer uit tot steunpilaar – en boegbeeld – van de ploeg, scoorde ‘De Utrechtse Parel’ belangrijke goals en werd hij door de supporters uitgeroepen tot Speler van het Jaar. Na de zomer raakte Van der Maarel zijn basisplaats kwijt. DUIC blikt met hem terug op afgelopen jaar.

Voor Mark van der Maarel was 2018 een jaar met twee gezichten. In de eerste maanden van zijn tiende jaar bij FC Utrecht groeide de voetballer uit tot steunpilaar – en boegbeeld – van de ploeg, scoorde ‘De Utrechtse Parel’ belangrijke goals en werd hij door de supporters uitgeroepen tot Speler van het Jaar. Na de zomer raakte Van der Maarel zijn basisplaats kwijt. DUIC blikt met hem terug op afgelopen jaar.

Hoe zou je jouw 2018 samenvatten?

“Een jaar van uitersten. Niet eerder was het contrast in één jaar zo groot. In voetbal is niks zeker, dat weet ik inmiddels wel. Ik had eigenlijk verwacht dat mijn prestaties van vorig seizoen genoeg waren voor een basisplaats. Maar na de verloren openingswedstrijd tegen PSV zat ik tegen PEC Zwolle weer op het bankie.”

Kun je nu beter met die teleurstelling omgaan dan drie, vier jaar geleden?

“Natuurlijk ben ik niet blij met de situatie, alleen weet ik dat de kansen vanzelf weer komen. Ik heb ieder seizoen wel een periode dat ik ernaast sta. Ik heb geleerd deze situatie te accepteren.”

Al is accepteren niet hetzelfde als je erbij neerleggen…

“Nee, natuurlijk niet. In het verleden liet ik me door zo’n situatie teveel van de wijs brengen. Dan wilde ik té graag, of kon ik het emotioneel niet opbrengen. Daarin ben ik een stuk stabieler geworden. Ik moet geduldig wachten op mijn kansjes.”

Praat je daar ook over met mensen, over die teleurstelling?

“Ik heb het er wel over met mijn vriendin, familie en vrienden, maar bijvoorbeeld ook met Willem Janssen. Uiteindelijk moet je het zelf doen, je bent zelf verantwoordelijk voor je prestaties. Ik kan wel met een beschuldigende vinger wijzen, dat heeft geen nut. Jij moet het voor elkaar boksen, niet iemand anders.”

Al na vier wedstrijden moesten jullie afscheid nemen van Jean-Paul de Jong. Heb je hem sinds zijn ontslag nog gesproken?

“Nee, dat niet. Het was ook niet zo dat we privé met elkaar omgingen. Het was natuurlijk heel vervelend voor het individu Jean-Paul de Jong dat hij moest vertrekken. Tegelijkertijd weet je dat wanneer prestaties achterblijven, een club zo’n beslissing kan nemen. Vervelend dat het niet gelukt is.”

Jij hebt het ook niet altijd makkelijk gehad. Waren er momenten dat jouw gevoelens voor de club zijn gekwetst?

“Er zijn zeker periodes geweest dat ik niet de waardering voelde zoals vorig jaar. Toen mijn relatie met het publiek moeizaam was, heb ik wel eens getwijfeld. Dat ik dacht: ‘hier werk ik toch niet dag in dag uit kneiterhard voor?’.”

Hoe heb je dat publiek dan toch achter je gekregen?

“In de kern ben ik natuurlijk een speler waar de fans van FC Utrecht voor naar het stadion komen. Iemand die hard werkt, veel strijd in zijn spel heeft…”

En die af en toe op het randje speelt…

“Haha. Ja, dat ook. Daarom heb ik nooit goed begrepen waarom er periodes waren dat ik weinig waardering vanuit het publiek kreeg. Misschien dat ik emotioneel niet, of niet voldoende, in balans was. Ik erken dat ik ook heel slechte wedstrijden heb gespeeld, waarin ik veel fouten maakte.”

Waarom lukte het vorig seizoen ineens allemaal wel?

“Ik heb het altijd in me gehad, maar het bleek lastig de vertaalslag van de training naar wedstrijden te maken. Vorig jaar heb ik er een studie naast gedaan, waardoor ik iets beter kon relativeren dan voorheen. Af en toe een beetje afstand van het voetbal nemen. Zodat je dingen niet te graag wilt en daardoor verkrampt.”

Heeft de steun van het publiek ook bijgedragen aan jouw prestaties?

“Ja, natuurlijk! Ik ben daar best wel gevoelig voor. Ben me er ook zeker bewust van dat ik een bepaalde cultstatus heb onder de supporters met alter ego’s zoals MOB en natuurlijk mijn eigen fanclub.”

In je tiende seizoen viel alles op z’n plek. Je werd uitgeroepen tot Speler van het Jaar, scoorde aan de lopende band en speelde je 200e competitiewedstrijd voor de club. Was het jouw mooiste seizoen tot nu toe?

“Ik denk het wel. We begonnen natuurlijk met die fantastische Europese campagne, de thuiswedstrijd tegen Zenit en vervolgens een soort aaneenrijging van hoogtepunten. Voor mij persoonlijk was de eerste helft van 2018 natuurlijk fantastisch. Mijn jubileum, zes doelpunten en een enorme blijk van waardering van de supporters met de David di Tommaso Trofee.”

Kun je ook meer genieten nu, of denk je na een wedstrijd toch vooral aan wat er allemaal mis ging?

“Toch wel dat laatste, dat is ook de aard van het beestje. Ik heb de neiging om het negatieve uit te lichten. Dat heeft er ook aan bijgedragen dat ik nog steeds bij de club zit, anders was ik waarschijnlijk te gemakzuchtig geworden. Maar ik heb wel geleerd rooskleuriger naar een prestatie te kijken. Dus óók dingen benoemen die goed gingen.”

Dat zit toch ook in het karakter van ‘de Utrechter’, lekker zeiken?

“Ik wil natuurlijk niet iedereen over één kam scheren, maar hier in Utrecht en in het stadion hebben we het hart wel op de tong. We zeggen graag wat we vinden, zijn ook vaak emotioneel. Dat maakt deze club juist zo mooi. Alleen in negatieve tijden kan dat dan wel extra hard aankomen.”

Lees je alles wat over je geschreven wordt op sociale media als Facebook en Instagram?

“Ik heb op dit moment gelukkig niet zoveel meer te maken met heel negatieve reacties. Maar één reactie onder een post op Instagram zal ik niet snel vergeten. Die jongen schold me helemaal verrot. Dus ik bekeek zijn profiel, bleek het een mannetje van een jaar of dertien te zijn die ergens in een achtste jeugdteam voetbalde. Toen dacht ik wel: ‘Kom op Mark, als jij je laat beïnvloeden door zulke meningen, waar ben je dan mee bezig?’. Nu ik eraan terugdenk is dat moment ook wel een omslag geweest.”

Had jij ooit gedacht onder een trainer van het kaliber Dick Advocaat te trainen?

“Nee, dat heb ik oprecht nooit gedacht. Zo realistisch ben ik wel.”

Toch staat hij nu iedere dag voor de groep. In hoeverre is het zijn verdienste dat het nu sportief weer zo goed gaat?

“Ik kan natuurlijk alleen voor mezelf spreken, maar ik zie wel dat Advocaat een bepaalde druk uitoefent op spelers om niet te verzaken. Het blijft altijd een wisselwerking, in hoeverre raakt een trainer een groep. Bij een trainer met het cv en de statuur van Advocaat gaat dat sneller dan bij een beginnend trainer, je neemt toch sneller iets van hem aan. Hij doet het bovendien met een bepaalde charme en humor, maar ook met directheid. En dat vertaalt zich naar de resultaten.”

Moet hij niet nog gewoon een seizoen blijven?

“Dat is natuurlijk aan de trainer zelf. Hij weet ongetwijfeld zelf wat hij wil.”

Je hebt Advocaat nog niet gevraagd of hij al een afspraak met directeur voetbalzaken Jordy Zuidam heeft?

“Ik voel mezelf nou niet echt in de positie om dat tegen hem te zeggen, haha.”

Wat is jouw goede voornemen voor 2019?

“Persoonlijk wil ik in 2019 onomstreden basisspeler worden en van daaruit nog belangrijker zijn voor het team.”

Ben je ooit onomstreden geweest?

“De tweede seizoenshelft vorig jaar was ik wel onomstreden denk ik. Maar dat is ook zo weer vervlogen, zoveel is wel gebleken.”

Vind je jezelf goed genoeg voor een basisplaats bij het huidige FC Utrecht?

“Ja, anders had ik nooit de prestaties van vorig jaar kunnen leveren.”

Ben je niet eerder een soort ideale twaalfde man?

“Dat heb ik vaker gehoord en van dat stempel wil ik eigenlijk wel een beetje af. Wanneer je de afgelopen seizoenen analyseert snap ik overigens wel waarom mensen dat zeggen.”

Je bent vaak de speler waar een trainer een beroep op doet wanneer iemand wegvalt door een schorsing of blessure…

“Ik zeg zelf liever dat ik een echte teamspeler ben, ook omdat ik op meerdere posities uit de voeten kan. Twaalfde man impliceert een beetje dat ik in eerste instantie toch vooral wisselspeler ben.”

Had je op meer krediet gerekend, gezien jouw status als clubicoon?

“Niet vanwege dat laatste, maar wel op basis van mijn prestaties in de eerste helft van dit jaar. Nogmaals, ik kijk niet naar anderen. Ik heb zelf ook gewoon niet voldoende laten zien. Dan kan het gebeuren dat de trainer voor iemand anders kiest. Nu ben ik weer aan zet.”

DUIC Sport

DUIC Sport

Like www.facebook.nl/duicsport om op de hoogte te blijven van al het sportnieuws uit Utrecht

Profiel

1 Reactie

Reageren
  1. Vingervlug

    Ik hou van je Mark!

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).