Twee mannen van 41 en 21 jaar oud, die in Hoevelaken drieënhalve maand Freya Svasek in een woning gegijzeld hielden, verkrachtten en mishandelden, zijn donderdag door de rechtbank in Utrecht veroordeeld tot negen en zeven jaar gevangenisstraf en tbs met dwangverpleging.
De rechtbank achtte bewezen dat de twee de vrouw onder erbarmelijke omstandigheden ruim drie maanden van haar vrijheid beroofd hielden. Ze dwongen haar om medicijnen te gebruiken en veel alcohol te drinken. Daarnaast werd ze met grote regelmaat verkracht en zwaar mishandeld. Ze liep onder meer een gebroken neusbeen en een breuk in haar onderkaak op en moet meerdere tanden missen.
Horror-film
De rechtbank vond dat de gebeurtenissen leken op het script van een horror-film, maar het is gedurende een periode van drie en een halve maand de realiteit geweest voor een kwetsbare, dove vrouw.’’
De verdachten hebben op ernstige wijze misbruik gemaakt van de kwetsbare positie waarin het slachtoffer verkeerde vanwege haar problematische achtergrond, haar bestaan als prostituee, haar drugsverslaving en haar doofheid, aldus de rechtbank.
De rechtbank vond de feiten dusdanig ernstig dat er hogere straffen werden opgelegd dan de zeven en zes jaar cel die officier van justitie geëist had. De 41-jarige verdachte kreeg de hoogste straf, omdat hij een leidende rol had. Omdat de kans op herhaling in beide gevallen groot is en de twee verdachten niet of beperkt gemotiveerd zijn om zelf een behandeling te volgen, legde de rechtbank bovendien twee keer tbs met dwangverpleging op.
Verklaringen betrouwbaar
De rechtbank achtte de verklaringen van de vrouw, die van essentieel belang zijn voor het bewijs betrouwbaar. Haar eerste verklaringen komen op belangrijke onderdelen overeen met de door haar een jaar later afgelegde verklaringen en vinden op essentiële punten steun in het overige bewijs.
Wederrechtelijke vrijheidsberoving
De rechtbank oordeelde dat er ondanks het feit dat de woning in Hoevelaken niet altijd afgesloten was, toch sprake was van wederrechtelijke vrijheidsberoving. Als het huis niet op slot was, bevond één van de verdachten zich vrijwel altijd in de woning en daarvan ging volgens de rechtbank grote dominantie en dreiging uit.
Vanwege haar doofheid en spraakgebrek was ze beperkt in haar vluchtmogelijkheden. Ze kon vanuit de kamer boven in de woning waar zij met name verbleef bijvoorbeeld niet horen of de verdachten wel of niet aanwezig waren in de woning.
geen Reacties
ReagerenEr zijn nog geen reacties geplaatst.