Een bestanddeel van cannabis als laatste redmiddel voor mensen die kampen met angsten; psychologen van de Universiteit Utrecht gaan de mogelijkheid onderzoeken. De ‘exposuretherapie’ die momenteel wordt gebruikt om mensen met angsten te behandelen, werkt namelijk in een derde van de gevallen niet.

Een essentieel onderdeel in het behandelen van mensen die een fobie hebben is het endocannabinoïde systeem. Dit systeem stelt de mens in staat om angsten af te remmen. Bij mensen met hevige angsten, werkt het systeem niet zo als het zou moeten.

Om deze mensen te helpen, wordt momenteel gebruikt gemaakt van de ‘exposuretherapie’; een therapie waarbij mensen onder begeleiding worden blootgesteld aan hun angsten. “Maar als het systeem niet goed werkt, is het mogelijk dat zelfs na het volgen van exposuretherapie de angsten blijven bestaan”, vertelt Experimenteel psycholoog Febe van der Flier.

“Deze mensen kunnen, naast de exposurebehandeling, gebaat zijn bij toediening van CBD”, licht Van der Flier toe. CBD is, net als het bekendere THC, een bestanddeel van cannabis. Uit voorgaande onderzoeken blijkt dat het stofje een kalmerende werking heeft. In tegenstelling tot THC veroorzaakt het bestanddeel geen hallucinaties, geen gevoelens van ‘high’, ‘stoned’ of euforie en heeft het geen verslavende werking. “Gevat in een capsule kan CBD het endocannabinoïde systeem juist een zetje geven waardoor het wél wordt geactiveerd. Met als resultaat: de overwinning op de angst.”

De Utrechtse experimenteel psychologe gaat nu in samenwerking met GGZ-instellingen Altrecht (Utrecht) en inGeest (Amsterdam) de komende tijd met zo’n negentig patiënten aan de slag met het onderzoek. Van der Flier laat weten dat er nog plaats is voor proefpersonen.