De lokale fractie van het CDA twijfelt sterk aan de zorgvuldigheid van het advies cultuursubsidies van de commissie Cultuurnota 2013-2016. Volgens de CDA zijn de adviezen niet eenduidig opgesteld zodat de weging van de aanvragen tot het toetsingskader niet meer valt te herleiden. Cultuurwethouder Frits Lintmeijer laat nog in het midden in hoeverre hij het advies overneemt. Het CDA roept Lintmeijer op snel duidelijkheid te geven over zijn standpunt.

Volgens het CDA maakt de commissie zich er te makkelijk van af door te vermelden dat het een integrale afweging betreft. Bovendien lijkt in een aantal gevallen ook nieuwe criteria in de subsidieafweging te zijn toegevoegd, zoals het effect van meerjarige subsidie. CDA-woordvoerder cultuur Chantal Hakbijl: ‘Zo wordt de ene keer het argument gebruikt dat meerjarige subsidie de continuïteit en verdere professionalisering mogelijk maakt en de andere keer leidt het tot ongewenste institutionalisering. Dat maakt de beoordeling op zijn zachtst gezegd juridisch wankel.’

Zowel Lintmeijer als de adviescommissie geven aan dat de gemeente niet van plan is de wegvallende subsidie van andere overheden te compenseren. Vandaag heeft de Raad voor Cultuur ook zijn advies naar buiten gebracht waarbij duidelijk is geworden dat de adviezen voor de Utrechtse instellingen voor veel lagere bedragen zijn dan is aangevraagd. Hakbijl: ‘Minder rijkssubsidie betekent dat de begrotingen niet meer sluitend zijn en dat heeft gevolgen voor de uitvoering van activiteiten. Dit is ook van invloed op deze adviezen. Het is van belang dat er ten minste openheid wordt gegeven over de hoogte van de aangevraagde subsidiebedragen. Een open en transparant proces vooraf, biedt immers ook de mogelijkheid van betere controle door de raad achteraf.’ 

Lintmeijer laat nog in het midden in hoeverre hij het advies overneemt, zodat de suggestie wordt gewekt dat er nog volop kan worden bijgestuurd. Een zorgvuldig proces is volgens de CDA essentieel, want bij misvattingen over besluitvorming is niemand gebaat. Het CDA roept de wethouder dan ook op snel duidelijkheid te geven over zijn standpunt.