Een pontje over de gracht | De Utrechtse Internet Courant Een pontje over de gracht | De Utrechtse Internet Courant

Een pontje over de gracht

Een pontje over de gracht

Heeft u hem gezien, de bijlage over het Rijksmuseum, in de Volkskrant en het NRC? Vorige week kondigde het museum door middel van een aantal reclamepagina’s in twee landelijke dagbladen groots aan dat het in april 2013 weer open gaat. Opvallend aan die bijlage vond ik vooral het beeldmateriaal: sfeervolle details uit schilderijen, die ieder een eigen, spannend verhaal vertelden.

Naast het Rijksmuseum gaan komend seizoen nog zes andere musea opnieuw open. De verbouwingshausse in de museumwereld lijkt dan uitgewoed. Als ik de berichten goed heb gelezen, zal er in diverse musea veel aandacht voor het verhaal komen, niet alleen het grote, van de Nederlandse Geschiedenis, maar ook voor het kleine, voor de anekdotes. Dat doet mij eerlijk gezegd erg deugd. Want dan is geschiedenis voor mij namelijk pas leuk, als een object door het verhaal erachter in staat is een stukje van ons verleden bloot te leggen. In het kleine, het detail, zit voor mij de bekoring, de charme én de fascinatie voor het verleden. U wilt een voorbeeld? De foto die ik laatst zag van de bevroren Oudegracht, met een dikke laag sneeuw erop, is er misschien wel één.

Tijdens een interview in het kader van mijn onderzoek naar de Raadskelders liet mijn gesprekspartner mij een zwart-wit foto in een lijstje zien. Het bleek  de Oudegracht ter hoogte van nummer 226 te zijn, het huis De Vijgeton, waar nu een zaak in Oosterse relaxtherapieën zit. De foto toonde de werf met daarop houten vaten; over het ijs liep een soort spoor, van de ene kant van de gracht naar de andere, met twee mensen ernaast. Wat bleek nu, zo vertelde mijn gesprekspartner: op die plek zat tot 1974 wijnhandel Finjé, bij oudere inwoners van Utrecht vast nog bekend als de Stadskelder. Winkel en kantoor van de firma zaten op nummer 226, en de wijnen lagen in de kelders onder het huis en onder de belendende huizen, tot helemaal naar achteren, naar de Lange Nieuwstraat. Dat waren overigens niet zomaar kelders, maar de middeleeuwse gewelven van het klooster van Sint Ursula, gesticht in 1412 door de smid Abraham Dole. Op zich vond ik dit al weer een spannend detail!

Terug naar de gracht en het ijs: het spoor was niet zomaar een spoor, maar gemaakt door een vat dat van de ene kant naar de andere werd gerold. Aan het overkant van de gracht lagen namelijk nog meer kelders in bezit van Finjé, vol met voorraden wijn op vat! Het ijs maakte het vervoer van de vaten van de ene kant naar de andere wat makkelijker: normaal gesproken werd daarvoor een pontje gebruikt, dat aan een kabel over de gracht getrokken kon worden. Nu woon ik al zó lang in de stad, maar nooit eerder hoorde ik van een pontje in de Oudegracht!

Over dat pontje zijn nog meer anekdotes te vertellen, zoals over de keer dat een gezelschap uit de Beaujolais in september 1950 Utrecht bezocht en onthaald werd bij Finjé. Deze Compagnons des Beaujolais waren ingehuurd om tijdens de Jaarbeursdagen de wijnen uit hun streek te promoten en verzorgden allerhande zangoptredens. Zij betraden ook het pontje, maar helaas was dat maar berekend op een paar mensen per keer… Na het onvrijwillige bad in het water van de gracht kreeg het Franse bezoek in de kelders van Finjé een hartversterkertje, om vervolgens bij een stomerij op de Biltstraat afgeleverd te worden.

De foto van de bevroren Oudegracht is uit de jaren ’50 of ’60, te zien aan de stilstaande auto’s langs de straat. Dankzij deze foto weet ik weer heel wat meer over de geschiedenis van wijnhandel Finjé en van de stad Utrecht!

geen Reacties

Reageren

Er zijn nog geen reacties geplaatst.

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).