Frans Vreeke: ‘TivoliVredenburg is met geen ander podium in Nederland te vergelijken’ | De Utrechtse Internet Courant Frans Vreeke: ‘TivoliVredenburg is met geen ander podium in Nederland te vergelijken’ | De Utrechtse Internet Courant

Frans Vreeke: ‘TivoliVredenburg is met geen ander podium in Nederland te vergelijken’

Frans Vreeke: ‘TivoliVredenburg is met geen ander podium in Nederland te vergelijken’
Foto's: Robert Oosterbroek
Meer dan een miljoen bezoekers, winnaar van het beste poppodium in 2016 bij de IJzeren Podiumdieren en individueel ook nog tot beste directeur van 2017 verkozen door vakgenoten. Frans Vreeke (66) zette een kroon op zijn lange loopbaan waarin hij als directeur vele organisaties door roerige tijden heeft geleid. Kalm en beheerst wordt nu ook het laatste kunststukje afgerond waarna hij vertrekt bij TivoliVredenburg. Hoog tijd voor een interview.

Meer dan een miljoen bezoekers, winnaar van het beste poppodium in 2016 bij de IJzeren Podiumdieren en individueel ook nog tot beste directeur van 2017 verkozen door vakgenoten. Frans Vreeke (66) zette een kroon op zijn lange loopbaan waarin hij als directeur vele organisaties door roerige tijden heeft geleid. Kalm en beheerst wordt nu ook het laatste kunststukje afgerond waarna hij vertrekt bij TivoliVredenburg. Hoog tijd voor een interview.

Na viereneenhalf jaar vertrekt hij eind augustus om weer het advieswezen in te gaan. “Ik verdwijn niet achter de geraniums, maar de kans dat ik nog eens directeur word van een ander podium is niet zo groot. Misschien nog eens een interimklusje.” De prijs voor ‘beste directeur’ was in 2017 naar alle waarschijnlijkheid zijn laatste kans op deze onderscheiding. Dat hij de prijs al mocht ontvangen doet hem best wat, al is dat niet op het eerste gezicht zichtbaar. “Ik ben er helemaal niet te blasé voor. Het is een prijs gegeven door collega’s, dat maakt hem extra waardevol. Anderen zien van buitenaf het huidige succes van TivoliVredenburg en denken: ‘daar zal wel een goede directeur zitten’.”

‘Het succes van TivoliVredenburg raakt me tien keer meer dan een individuele prijs’

Vreeke was altijd al een ‘muziekjongen’. Zijn ogen twinkelen als hij vertelt over zijn eerste ervaring met livemuziek. “Als kind ging ik met mijn ouders naar een restaurant waar live werd opgetreden. We waren nog niet binnen of ik lag met mijn kin op de rand van het podium en wilde nooit meer naar huis. Ik vond het zó fascinerend. Dat gevoel ben ik nooit meer kwijtgeraakt.” Al snel volgde een carrière in de muziekwereld. Op de middelbare school programmeerde hij schoolfeestjes en werd hij  programmeur bij So What, het poppodium in zijn woonplaats Gouda. “Eigenlijk heb ik een brede muzieksmaak, maar keek altijd naar de juiste verhouding tussen wat ik zelf en wat het publiek leuk vond.” Het oor niet alleen laten hangen naar het publiek, maar ook de vernieuwing zoeken. “Het publiek wil verrast en uitgedaagd worden.” Hij kijkt vanaf zijn kruk in café Het Gegeven Paard aan de Vredenburgkade schuin omhoog het gebouw in. “Dat is hier ook zo mooi; bezoekers drinken een biertje bij Biergarten (een vrij toegankelijk evenement, red.) en plots staat er een strijkkwartet of jazzband voor hun neus. Sommigen vinden dat misschien waardeloos, anderen zien het misschien voor het eerst en vinden het mooi. Dat is een mooie manier van programmeren.”

Geen vergelijking
Een half jaar voor de officiële opening op 1 januari 2014 stapt Vreeke in het megaproject van een nieuw Utrechts muziekcentrum, door de fusie tussen Tivoli en Vredenburg. Zijn leven lang was hij zelfstandig ondernemer,  onder andere als eigenaar van een discotheek, maar vooral actief als interimmanager. Voor TivoliVredenburg schreef hij zelfs zijn eerste en enige sollicitatiebrief. “Ik had wel zin om één keer in mijn leven honderd procent van mijn tijd en aandacht in één bedrijf of organisatie te steken”, vertelt Vreeke. “Ik dacht altijd dat ik als laatste kunstje nog een keer vaste directeur zou willen zijn. Nu zie ik TivoliVredenburg helemaal niet als een kunstje. Het is niet te vergelijken met wat ik hiervoor heb gedaan.”

‘Dit zijn prestaties van internationale allure’

Twee keer directeur van een festival en acht keer van een poppodium als interim – het cv van Vreeke telt veel verschillende namen. TivoliVredenburg is de vreemdste eend in de bijt. Hij legt uit: “Alles is hier in één gebouw aanwezig. Ook was het een enorme schaalsprong; geen enkel podium in Nederland trok 1,1 miljoen bezoekers in een jaar en dan ook nog eens met zo’n divers programma.”

Elk jaar tot nu toe werd het bezoekersaantal van het voorgaande jaar overtroffen. In 2017 trok het muziekcentrum ruim een miljoen bezoekers: iets meer dan 1.050.000. Zij bezochten ruim 1.700 concerten, lezingen, debatten, festivals, workshops, dance avonden en andere evenementen. “Dit zijn prestaties van internationale allure”, zegt Vreeke met een duidelijke trots. “Internationale allure heeft ook veel te maken met onze festivals en  de vele buitenlandse bezoekers van bijvoorbeeld Le Guess Who?, Festival Oude Muziek of de Gaudeamus Muziekweek. En als ik me wil laten inspireren door andere muziekpodia, moet ik – met alle respect voor mijn Nederlandse collega’s – naar het buitenland kijken. Naar New York, of Londen. Iets zoals TivoliVredenburg bestaat nou eenmaal niet in Nederland. Onze mix van klassiek en pop is uniek – ik ken er geen ander woord voor.”

Een zwaar begin
Dat het goed gaat met de bezoekersaantallen staat buiten kijf. Toch was er de eerste twee jaar weinig om vrolijk van te worden; na de opening van het gebouw kwamen diverse problemen aan het licht. Een geluidslek tussen zalen, een enorm tekort op de begroting en een jaar later een nog groter tekort. “Tot 1 januari 2017 was het zwaar”, geeft Vreeke toe. “Het medewerkersteam was nog niet op volle sterkte. De fusie tussen de twee organisaties met elk hun eigen cultuur en het feit dat de Tivoli aan de Oudegracht het eerste half jaar nog open was, hielpen ook niet. Maar het moeilijkste was het vinden van vijfhonderd extra medewerkers. De grootste prestatie was misschien wel dat het publiek uiteindelijk weinig van onze problemen merkte.” Hij zucht en vervolgt: “We hoorden in de begintijd  van buitenaf alleen maar wat er niet goed ging. Iedereen wist het beter.”

De ommekeer kwam met het rapport van de commissie Gehrels, met aanbevelingen voor de toekomst. Er moest meer financiële ruimte worden gemaakt voor het podium door de gemeente. “Het rapport stelde ook dat we als organisatie een ongelooflijke prestatie hadden geleverd. Dus in een periode waarin we het gevoel hadden enorm onder een vergrootglas te liggen, kregen we eindelijk – vanuit kennis! – een positieve beoordeling. Hè hè, dachten we.”

‘Hoofddoekjes naast hiphop-petjes en lange rokken naast minirokjes en het was één groot feest’

Hoewel de kritiek niet mals was, sloeg de organisatie zich erdoorheen. Vreeke zelf was kritiek wel gewend en kreeg zelfs ooit het stempel ‘podiumdokter’ opgeplakt; podia weer gezond maken was immers lange tijd zijn baan al interim. “Ik zal niet zeggen dat ik voor hetere vuren heb gestaan, maar wel kom je als interim-directeur eigenlijk altijd binnen bij plekken met problemen.” Hij neemt een slok van zijn thee. “Het was hier wel ‘heet’ trouwens. De kinderziektes in het pand, het financiële verhaal en elke dag jezelf opnieuw verdedigen tegenover de buitenwereld. Dat was zwaar.” De gemeente bood een welkome helpende hand in de vorm van forse investeringen.

Diversiteit
De kritiek stierf langzaam weg en er was steeds meer positief nieuws te melden. De bezoekersaantallen, de brede programmering en het publiek van alle leeftijden stemden tot tevredenheid. Vreeke knikt en zegt: “De gevarieerde programmering maakt TivoliVredenburg tot wat het nu is. Maar we kunnen nog beter op het gebied van diversiteit. We hebben mooie concerten met bijvoorbeeld Turkse of Marokkaanse artiesten, maar de liefhebbers hebben nog niet allemaal de weg naar ons pand gevonden. Daarbij willen we natuurlijk naar een programmering die voor alle bevolkingsgroepen interessant is. Ik geniet het meest van concerten waarbij alles door elkaar gaat. Een voorbeeld is het concert van de rappers Broederliefde, vorig jaar. Je zag hoofddoekjes naast hiphop-petjes en lange rokken naast minirokjes en het was één groot feest. Dan lijkt het alsof de integratie al perfect is. In dat soort feesten moeten we in blijven investeren.”

Vreeke vervolgt: “Maar de diversiteit moet ook beter tot uiting  komen in ons medewerkersbestand. Bij gelijke kwaliteiten heeft iemand met een migratieachtergrond nu bij ons de voorkeur. In de horeca komt het gelukkig al op gang, maar dat moet verder worden uitgebouwd.”

Het muziekpodium heeft ’t op de rit, en de naam Vreeke is wezenlijk aan dat succes verbonden. “Ik heb altijd moeite met het woord trots, maar dat is niet omdat ik bescheiden ben. Ach, maak er maar trots van. Het succes van TivoliVredenburg raakt me tien keer meer dan een individuele prijs. Ik ben echt gelukkig met wat we hier hebben neergezet, enerzijds wat muziek betreft, maar ook op het gebied van organisatie.”

Positie in de stad
De TivoliVredenburg is volgens Vreeke vernieuwend. “Er is aan de weg getimmerd op het gebied van kennisfestivals”, vertelt hij enthousiast. “Met het Betweter Festival en binnenkort het Faalfestival. Dat is ook weer zo’n nieuw concept dat in heel Nederland zal opvallen. Ik heb vanaf het begin gezegd: ‘Wij zijn de grootste culturele instelling in Utrecht’. Dat betekent dat we op allerlei terreinen het voortouw moeten nemen en de agenda moeten maken.” Ook maatschappelijk is TivoliVredenburg het aan de stand verplicht aanwezig te zijn in de stad. “Met educatieprojecten en talentontwikkeling doen we dat al, maar met de verkiezingsdebatten wordt dat maar weer benadrukt. We zijn dus al goed bezig, maar ook pas net begonnen. We moeten het uitbreiden.”

De positie van TivoliVredenburg in de stad is voor Vreeke een van de belangrijke onderwerpen geweest in zijn directeurschap. De laatste maanden zal hij dat verder de goede kant op proberen te sturen, bijvoorbeeld door het gebied rond het gebouw verder te ontwikkelen en met name de twee stegen rond de oude Vredenburgzaal een betere invulling te geven. “Er moet leven in worden geblazen”, legt Vreeke uit. “En wel in samenspraak met bewoners, gemeente en ondernemers, om zoveel mogelijk samenhang te krijgen. Ik verwacht dat daar deze zomer een goed uitgewerkt plan voor komt te  liggen.” Het zou één van de laatste kinderziektes van TivoliVredenburg moeten genezen. Ook voor Vreeke brengt het rust. Voorlopig, in elk geval, want misschien komt er nog een ‘interimklusje’ aan. Hij houdt van het avontuur, verklaart hij. Grinnikend: “Ik heb wel eens gezegd: ‘Ik hou van mijn vrouw omdat ze intelligent en roekeloos is’ – als je niks probeert, maak je ook weinig mee. Risico’s nemen, dus.”

DUIC heeft tijdens het interview Vijf dilemma’s aan Frans Vreeke voorgelegd:

Amsterdam of Utrecht?
“Ai, dat is al gelijk een moeilijke. Ik woon sinds kort in Amsterdam. Eigenlijk jammer, want de combinatie wonen in Utrecht en werken in TivoliVredenburg vond ik ideaal. Maar mijn vrouw werkt in Amsterdam en die heeft ook wat te zeggen. Amsterdam is geweldig, maar het persoonlijke van Utrecht, dat je mensen zo snel kent en het warme van de stad… is fascinerend. De groei van Utrecht en de voorzieningen die daarbij horen maakt Utrecht hot and happening. Ik ga dus voor Utrecht.”

Janine Jansen of rapper Boef?
Vreeke schiet in de lach. “Hoe moet ik dáár nu tussen kiezen? Dan toch maar Janine Jansen. Ik heb Boef vorige week weer gezien en vind het een geweldige gast en rapper. Jammer van zijn faux pas, maar goed, er zijn meer eikels die geweldige kunst hebben gemaakt. Hij moet het niet doen, maar ik vind schilderijen niet lelijker wanneer de maker een eikel is geweest. Dat weegt dus niet mee. Toch moet ik voor Janine kiezen, want zeker voor Utrecht is zij de koningin. Ik denk zelfs dat het de grootste wereldster is die Utrecht ooit heeft voortgebracht. Én het is een fantastisch aardig mens.”

Podiumdokter of podiumdirecteur?
“Je doelt op het dilemma interim of vaste directeur. Het is allebei leuk, maar na viereneenhalf jaar TivoliVredenburg is podiumdirecteur toch by far het mooist gebleken.”

Holland Pop Festival in Kralingen (het Nederlandse antwoord op Woodstock) of Lowlands?
“Als je van avontuur of anarchie houdt, moet je Kralingen kiezen. Daar hou ik overigens wel van, maar Lowlands is echt geweldig. Zo uitgewerkt, zo gedetailleerd. Steeds weer naar een hoger niveau. Er is geen beter georganiseerd festival in Nederland en het afgelopen jaar was de programmering weer fantastisch. Ik ga voor Lowlands, dus.”

Grote Zaal of Ronda?
Hij fronst zijn wenkbrauwen nog eens. “Ja… toch maar de Grote Zaal. Daar kun je een breder programma brengen. Ik bezocht vroeger niet veel klassieke muziek en was echt een popliefhebber, maar ik heb relatief meer klassiek gezien de laatste jaren.” Dan, met een knipoog: “Ook moet ik bekennen dat het af en toe ook niet erg is om even te zitten tijdens een concert.”

5 Reacties

Reageren
  1. willem

    inderdaad met geen enkel ander podium te vergelijken: lange rijen bij de garderobe’s, geen pinapparaten bij de garderobe (“kunt u even betalen bij de bar?”), lange rijen bij de bars, personeel dat geen bier kan tappen, geïmproviseer om bezoekersstromen uit elkaar te houden, de lijst is eindeloos.
    Hopelijk komt er snel verbetering.

  2. Joost

    Ik hoor van verschillende organisatoren dat je gewoon geen reactie krijgt wanneer je een offerte vraagt om de zaal te huren, en dat met het enorme verlies dat de locatie maakt, op kosten van de Utrechter.

  3. Ricko

    Ik kan ook wel een paar kritiekpunten opnoemen, maar uiteindelijk zijn de concerten en feesten wel gewoon top. Geluid is goed, infrastructuur is goed, bereikbaarheid is goed, eindelijk goede artiesten in Utrecht; nu alleen nog iets sneller mijn bier kunnen krijgen bij de bar.

  4. Manuel

    Ik vind het een geweldig podium, heel dankbaar voor als Utrechtse muziekliefhebber.

    Het grootste nadeel blijft toch de steriele sfeer op de gangen en trappen. Het voelt als een Bijenkorf meer dan een kunstzinnige tempel, het rockt niet bepaald om met een roltrap onder een systeemplafond door te schuiven. Maar eenmaal in de zalen is het geweldig! Uitstekende akoestiek, goede artiesten, enorm genoten van allerlei soorten muziek.

    Fijn café erbij op een hogere verdieping zou leuk zijn misschien. Gegeven Paard is prima voor een cappuccino met een laptop voor je neus op een dinsdagmiddag. Een belegen sfeer. Goed voor bezoekers van de Grote Zaal, maar het zou wel passen bij de diversiteit van het gebouw om dichterbij Ronda en Pandora nog een andere smaak te bieden.

  5. Harry

    Qua overschrijding bouwbudget (door ontwerp= en bouwfouten) en beslag op belastinggelden is het per m2 staat het inderdaad op eenzame hoogte.

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).