Geheimen van de stad: Hofje van Veelo in de Tuinstraat | De Utrechtse Internet Courant Geheimen van de stad: Hofje van Veelo in de Tuinstraat | De Utrechtse Internet Courant

Geheimen van de stad: Hofje van Veelo in de Tuinstraat

Geheimen van de stad: Hofje van Veelo in de Tuinstraat
Het Hofje van Veelo. Foto: Robert Oosterbroek
Binnen de singels van Utrecht ontstond in de 19e eeuw gebrek aan ruimte voor woningbouw. Dit was een bekend probleem in Utrecht en daarvoor had men al sinds de Middeleeuwen een gangbare oplossing. Men bouwde gewoon in de achtertuinen van grote huizen. En dat was precies wat Pieter Veelo in 1826 deed.

Binnen de singels van Utrecht ontstond in de 19e eeuw gebrek aan ruimte voor woningbouw. Dit was een bekend probleem in Utrecht en daarvoor had men al sinds de Middeleeuwen een gangbare oplossing. Men bouwde gewoon in de achtertuinen van grote huizen. En dat was precies wat Pieter Veelo in 1826 deed.

Veelo woonde in het huis Sterkenburg aan de Springweg, dat nu huisnummer 69 – 71 heeft. De tuin van dat pand liep tot aan de stadsmuur, die pas veel later afgebroken werd. Hij bouwde er in twee rijtjes 46 eenkamerwoningen; veel licht, lucht of ruimte zal er dus niet zijn geweest. De nog steeds bestaande rij woninkjes, werd uit zuinigheid tegen een middeleeuwse tuinmuur aan gebouwd, dat spaarde bakstenen en metselwerk uit. Ook werden de huisjes twee aan twee gespiegeld gebouwd, zodat de stookplaatsen rug—aan—rug kwamen te staan en er maar één zware tussenmuur hoefde te komen.

Om toegang tot de huisjes te verkrijgen, moest Veelo wel een deel van zijn huis open laten breken. Via een toog onder zijn woning kwam men in het straatje. Pas veel later werd de straat aan de andere zijde toegankelijk gemaakt door een huisje dat tegen de stadswal stond, af te breken. Pieter Veelo, naar wie het hofje werd genoemd, was geen filantroop, maar iemand die de huisjes gewoon tegen betaling verhuurde.

De woonomstandigheden waren er zeer slecht, het Hofje van Veelo was dan ook al spoedig berucht. De pas opgerichte Maatschappij tot Verbetering der Woningen voor Arbeidenden en Minvermogenden kocht het daarom al in 1855 aan. Zij legde een riool aan in het midden van de straat, waarop de paar privaten (die op straat stonden) werden aangesloten. In 1869 werden de woninkjes aangekocht door de gemeente, die er een waterpomp aanlegde.

In 1959 werden de huisjes onbewoonbaar verklaard en werd de noordelijke rij huisjes afgebroken. De zuidelijke huisjes werden voornamelijk als pakhuis gebruikt. Onderhoud werd niet meer gepleegd, omdat de gemeente de woningen wilde slopen. Renovatie zou te duur zijn: de huur zou op fl 72,50 uitkomen.

Maar een aantal groeperingen vond dat deze huisjes behouden moesten blijven, omdat ze een uniek monument zouden vormen voor de bouwgeschiedenis van arbeiderswoningen in Utrecht. Het huis met huisnummer 6 werd opgekocht en voor fl 14,500 opgeknapt. Dat kon voor dit bedrag omdat de hoofdconstructie en de fundamenten nog steeds goed zijn.

In 1983 zijn de woninkjes gerenoveerd en nu is het er zowaar goed wonen.

Door: Gilde Utrecht. Rondleiders van Gilde Utrecht vertellen over verborgen en onbekende plekken in de stad.

1 Reactie

Reageren
  1. Robert Dorsman

    Belangrijk te vermelden is dat de destijds verkrotte huisjes aan de Tuinstraat (en de school die op de huidige Andreashof stond) begin jaren tachtig werden gekraakt. Het is aan de kraakbeweging te danken dat de huisjes zijn gered en dat in 1987 de Andreashof werd geschapen. Sommige van de oorspronkelijke krakers wonen nog altijd in de Tuinstraat.

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).