Officieel lente is het dit weekend. Niet dat we daar met die kille mistige bewolking al veel van hebben kunnen genieten, maar goed, dat zal wel komen. Ook heb ik nog niet gekeken of ze er al staat, op de brug over de Oudegracht. Maar als ik straks naar de stad fiets, verwacht ik de ijskar van Romana de Lorenzo te vinden op haar vaste stek.
Tegenover het pand waar haar vader Italo De Lorenzo vanaf 1971 ijssalon Venezia exploiteerde. In mijn studententijd hoorde het absoluut bij de lente. Het eerste ijsje op de gracht eten was pas echt de start van het warme seizoen. Jammer dat die salon er niet meer is, hij hoorde echt bij Utrecht voor mij (en met mij vele anderen). Naar het schijnt is het interieur van de salon in het Arnhemse Openluchtmuseum en zal het daar nog dit jaar te zien zijn. Ook die andere Venezia, op de Neude, moeten we inmiddels missen. Carlo De Lorenzo sloot er drie jaar geleden de deuren. Het bericht was nieuws in heel Nederland, want de De Lorenzo’s behoren tot de oudste ijsmakersfamilies in Nederland. Guido De Lorenzo arriveerde hier in 1928.
Er waren, en zijn waarschijnlijk nog, ‘scholen’. De een zwoer bij het ijs van Venezia op de Neude, de ander bij dat van Venezia op de Oudegracht. Volgens weer anderen was het ijs van Il Mulino, bij de molen op de Adelaarstraat, veel beter. We konden er aardig verhit van raken… Tegenwoordig is er bovendien Roberto Gelato, in 2014 nummer 29 op de wereldranglijst van Italiaanse ijsmakers buiten Italië. Enige jaren geleden maakte ik met hem nog eens kruisbessenijs, van kruisbessen uit onze tuin. Een hele belevenis, én erg lekker. Roberto is getrouwd met een dochter van Italo De Lorenzo, Carlina. En Carlina schreef weer een boek over de recepten van Roberto en de verhalen van haar familie, IJS, dat in 2012 verscheen.
Recent staan de Italiaanse ijsmakers in Nederland opnieuw in de belangstelling, door een roman die Ernest van der Kwast schreef, IJsmakers. Bovenstaande ijshistorische overpeinzingen werden namelijk niet alleen door het begin van de lente ingegeven, maar ook door het lezen van dat boek. Van der Kwast beschrijft een fictief gezin Talamini, dat uit het dorpje Venas di Cadore in de Dolomieten naar Rotterdam trekt om daar jaar in jaar uit in de lente- en zomermaanden ijs te maken. Als de twee jonge zoons van het gezin oud genoeg zijn om naar school te moeten, blijven zij in Italië op kostschool, en zien zij hun ouders alleen in de zomervakantie en in de winter. ’s Zomers reizen zij naar Rotterdam, ’s winters komen de ouders terug naar Italië. Dan stromen de dorpen in de Alpenvallei waar bijna alle Italiaanse ijsmakers in Noord-Europa vandaan komen weer vol.
Van der Kwast heeft zich goed gedocumenteerd, met onder andere een boek van Frank Bovenkerk over de geschiedenis van het Italiaanse ijs en de families van ijsbereiders in Nederland. Uiteindelijk gaat de roman over de keuze van de oudste zoon: de familietraditie voortzetten of een andere carrière kiezen. Zelf leerde ik uit IJsmakers vooral dat al die Nederlandse ijsmakersfamilies, en dus ook de Utrechtse, uit één vallei in de Dolomieten kwamen, waar het leven begin twintigste eeuw te weinig bood om een bestaan voor iedereen op te bouwen. En dat de geschiedenis van onze stad, en die tal van andere steden van Noord-Europa, daarmee met weer een onzichtbaar draadje is verbonden met andere delen van de wereld. Wat zou er gebeurd zijn als al die jonge kerels uit de bergen rond 1930 niet over Europa uitgewaaierd waren? Dan kenden wij misschien wel geen Italiaans ijs, geen ijskarren, geen ijssalons, geen Venezia’s. Het blijft fascinerend, dat soort ‘toevalligheden’.
Tijd voor dat eerste ijsje!
Naschrift 23 maart 2015
Een oplettende lezer wees mij op het feit dat niet de salon van de Oudegracht, maar die van de Neude (eigenlijk zelfs Voorstraat) in het Openluchtmuseum bewaard is gebleven. Waarvoor dank! Meer over die verhuizing naar dit museum lees je hier.
3 Reacties
ReagerenEhh… het kan aan mij liggen, maar in dit stukje wordt in feite gesuggereerd dat het interieur van de salon aan de Oude Gracht naar het openluchtmuseum gegaan is. Volgens mij betreft dat het interieur van de ijssalon aan de Voorstraat (dus niet de Neude), wat de eerste Italiaanse ijssalon van Nederland was. Gestart in 1928 door Guido De Lorenzo.
Het zou kunnen dat ik de gegevens verkeerd heb geïnterpreteerd, Frank. Ik zal een correctie schrijven, dank voor de opmerkzaamheid.
Nu moet ik mijzelf ook corrigeren, want hoewel dat weliswaar het interieur is wat naar het openluchtmuseum gegaan is, is de Voorstraat 8 niet het pand waar het in 1928 allemaal begonnen is. Zoals het plaatje op die site (de tekening aan de muur van het pand aan de Voorstraat) laat zien: https://www.flickr.com/photos/openluchtmuseum/5669586427/