The T.S. Eliot Appreciation Society is het pseudoniem waar de Utrechtse Tom Gerritsen achter schuilgaat. Na twee jaar in Noord-Amerika als straatmuzikant geleefd te hebben, is hij inmiddels een paar jaar terug in de Domstad. Aanstaande zondag treedt hij tijdens de Culturele Zondagen op in hoedenzaak Jos van Dijck.

Waarom ben je op je 18e naar Noord-Amerika vertrokken?

“Ik wilde op een andere manier de natuur leren kennen, een ander land ontdekken en rondreizen zonder mensen tegen te komen. Ik was benieuwd hoe het zou zijn om op mezelf te zijn.”

Vervolgens ben je daar straatmuzikant geworden. Wat heeft dit voor jou als muzikant betekend?

“Het was niet mijn intentie om straatmuzikant te worden. Door couchsurfing ben ik bij mensen terecht gekomen die muziek maakten en ik heb daar geleerd hoe muziek in elkaar zit. Vervolgens heb ik mijn huidige gitaar gekocht en ben ik op straat gaan spelen, omdat dat best goed verdiende. Het is moeilijk om de aandacht van mensen te vangen dus ben ik luider gaan zingen. Ik heb vooral geleerd om te gaan met verassingen en ongeplande dingen over me heen te laten komen. Als muzikant gaat het behoorlijk goed en daardoor speel ik vaker in het buitenland. Door mijn tijd in Noord-Amerika ben ik niet bang om in nieuwe situaties terecht te komen.”

Na twee jaar ben je teruggekeerd naar Nederland en heb je de schrijver T.S. Eliot ontdekt. Waarom inspireert deze schrijver jou?

“Ik ben nooit echt een gedichtenman geweest, maar deze T.S. Eliot heeft hele mooie gedichten geschreven. Zijn gedichten zijn geen standaard verhaal van A naar B, maar hebben verwijzingen naar oude bronnen en mythische teksten. Als je ze leest dan vraag je je af wat zijn punt is en dan ga je een eigen betekenis daarin leggen. Dat vind ik mooi en probeer ik ook met mijn eigen teksten. Daarnaast vind ik herinneringen inspirerend voor mijn teksten. Herinneringen hangen samen met nostalgie. Nostalgie en melancholie vind ik de mooiste emoties die bestaan.”

Hoe omschrijf jij jouw muziek?

“In het begin maakte ik folkmuziek. Nu is het minder rigoureus vastgelegd, want ik haal ook mijn inspiratie uit andere genres zoals indie rock uit de jaren negentig. Bij gebrek aan beter maak ik dus indie folk. Sommige mensen noemen mij een singer-songwriter. Ik vind dat een beladen begrip, want heel veel singer-songwriters maken muziek waar ik niet vrolijk van word.”

Aanstaande zondag treed je op in hoedenzaak Jos van Dijck. Wat verwacht je van deze middag?

“Ik vind het gaaf om in deze zaak op te treden. Vaker heb ik bedacht om een hoed te gaan dragen, maar dat past helaas niet met mijn flinke bos krullen. Momenteel ben ik bezig met het schrijven en opnemen van een nieuw album. Deze gelegenheid ga ik gebruiken als try-out om een aantal nieuwe nummers live ten gehore te brengen. Ik vind het leuk als het kleinschalig is, want dan krijg je een sfeer van ‘wij zijn met ons allen bij iets’. Een groepsgevoel.”

Wat zijn je verdere plannen voor het weekend?

“Vrijdag ga ik naar een optreden van een vriend in Goede Vrijdag. Dat vind ik de leukste venue van Utrecht. Zaterdagmiddag werk ik in de boekhandel en in de avond ga ik me voorbereiden voor het optreden van zondag door niet te veel te drinken en redelijk op tijd naar bed te gaan.”