Klassieke uittips: Dupré’s meesterwerk in De Dom | De Utrechtse Internet Courant Klassieke uittips: Dupré’s meesterwerk in De Dom | De Utrechtse Internet Courant

Klassieke uittips: Dupré’s meesterwerk in De Dom

Klassieke uittips: Dupré’s meesterwerk in De Dom

Dichteres Anna Enquist en pianist Ivo Jansen maken er al enige tijd furore mee in het land: avonden waarin poëzie (zij) en muziek (hij) als gelijkwaardige elkaar aanvullende en verdiepende ‘partners’ centraal staan. Tobbentobbenvraag: noem je zoiets nou een concert met spreekstem, die ervoor zorgt dat de musicus in kwestie zich regelmatig kan ontspannen? Of is het soms een ouderwetse declamatieavond hinderlijk gevolgd door een pianist die er zo nodig tussendoor moet komen? Niet van dit alles lezer(es).

Schone letteren en muziek kunnen geweldige huwelijkspartners van elkaar zijn. Denk aan de zogeheten symfonische gedichten die o.a. Franz Liszt schreef waarin een verhaal, historisch dan wel mythisch, de aard en ontwikkeling van een woordeloos muziekstuk bepaalt. En zo’n verbond kan zelfs binnen een scheppende persoonlijkheid besloten liggen. Ik denk hierbij aan de schrijvers Simon Vestdijk en Boris Pasternak van wie in beide gevallen composities zijn overgeleverd. Van Vestdijk vijf liederen voor sopraan en piano en twee fuga’s voor piano en van Pasternak twee préludes en een monumentale sonate voor piano.

Dat Vestdijk na deze muziekstukken niet meer heeft gecomponeerd komt omdat hij zelf vond – tot zijn verdriet trouwens – over onvoldoende talent te beschikken om daarmee al dan niet beroepsmatig door te gaan. En dat Pasternak niet verder ging in het rijk van de muziek had weer met iets anders te maken: hij voelde zich evenveel thuis in het componeren als in het schrijven. Al beging hij op enig moment naar eigen zeggen de fatale fout om voor het schrijven te kiezen, wat hem regelmatig in hoogoplopende conflicten bracht met het Russische Sovjetregime. Immers taal, hoe verwijzend en met hoeveel al dan niet verborgen betekenislagen dan ook gáát altijd ergens over – waar een dictatuur dan aanstoot aan kan nemen – en muziek gaat in wezen ‘nergens’ over. Het is immers slechts trillende lucht, waar tekst-op-muziek – liederen, opera’s, koorstukken etc. – weinig aan kan veranderen.

Ooit in Wagner’s operacyclus Der Ring des Nibelungen beluisterd dat het filosofische kernmotief ervan is dat machthonger en geldzucht ten verderve voeren? Raar dat de Duitse nazileider Adolf Hitler uitgerekend dit ‘manende’ meesterwerk als inspiratiebron voor zijn afschuwelijke fatale beleid hanteerde.

Maar ja, hóór je in Wagner’s overdonderende muziek wel wat er wordt gezongen? Néé.

VEERTIEN HALTES

Met de cyclus Le Chemin de la Croix (de weg van het kruis) Opus 29 van de Franse laat-romantische componist Marcel Dupré (1886-1971) is er ook iets fataals aan de hand, maar dan wel totaal anders dan in opgemelde zin. In veertien afleveringen – in de rooms-katholieke traditie bekend als ‘staties’ tijdens de kerkdienst op Goede Vrijdag – worden de verwikkelingen tijdens de laatste dag van het leven van Jezus Christus stap-voor-stap, via zeg maar haltes, aan de orde gesteld. Daarvan weten wij via de zogeheten evangelieverhalen uit het centrale boek van het christendom, die oeroude bibliotheek-Bijbel. Nauwkeurig wordt daarin de gang naar diens marteldood – want dat was het via touwen aan een houten constructie vastgebonden en dwars door handen en voeten geslagen spijkers – en zijn uiteindelijke dood beschreven.

Dit drama dat in die sobere kerkdienst op Goede Vrijdag door veertien afzonderlijke en elkaar qua verhaallijn opeenvolgende lezingen is opgedeeld, werd door Dupré in eerste instantie ‘becommentarieerd’ door geïmproviseerde sfeerreacties via het orgel op elk (Latijns) tekstblokje : korte  ‘symfonische gedichten’ op elke lezing. Vanwege vele bewonderende reacties hierop – Dupré was decenniënlang organist van de chique Saint Sulpice-parochiekerk in Parijs waar de gecultiveerde bovenlaag van de Franse samenleving graag bijeenkwam – besloot hij op enig moment om zijn (blijkbaar goed onthouden) improvisaties aan het muziekpapier toe te vertrouwen en te doen uitgeven. Dit laatste ook vanwege een uitdaging van vrienden van hem om, naast kerkelijke omstandigheden, ook in concertvorm het lijdensverhaal van Christus ten tonele te voeren. En wel in de vorm van een lang gedicht van Paul Claudel – inderdaad ‘Le Chemin de la Croix’ getiteld – dat door Dupré dan hier en daar werd onderbroken met ‘muzikaal commentaar’

Gevolg? Dupré meesterwerk werd een ware hit en bleef dat ook in vele jaren. Zelfs in protestantse kringen alhier waar men in oude tijden, en hier en daar nog steeds met name in de Nederlandse Biblebelt die vanaf de Zeeuwse eilanden begint om schuin over de kaart ergens bovenin de Veluwe te eindigen, niets met uit wierook en andere uit de rooms-katholieke cultuur stammende uitingen wenst te hebben. Maar ja: muziek gaat nu eenmaal ‘nergens’ over zoals ik al eerder schreef. En als de muziek gewoon heel mooi klinkt en, gelet op de betekenis van de titel, ook nog eens aanhaakt bij een tijdeigen collectief gevoel (de passietijd) wel… Laat maar horen.

image001Domorganist Jan Hage (foto) speelt Dupré’s meesterwerk komende zaterdagmiddag in, jawel, de Dom. Maak het mee!

Of het nu met of zonder gedeclameerde teksten gaat dat maakt niet uit. Op eigen benen staand is de muziek al groots!

 

ZATERDAG 9 MAART 2013, Domkerk, om 15.30 uur. Domorganist Jan Hage speelt ’Le Chemin de la Croix’ van Marcel Dupré. Vrij toegang, eigen bijdrage na afloop.

geen Reacties

Reageren

Er zijn nog geen reacties geplaatst.

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).