Merel Blom ontmoet Daniëlle Hermans: “Die lieve buurman kan, zonder dat je het weet, een seriemoordenaar zijn” | De Utrechtse Internet Courant Merel Blom ontmoet Daniëlle Hermans: “Die lieve buurman kan, zonder dat je het weet, een seriemoordenaar zijn” | De Utrechtse Internet Courant

Merel Blom ontmoet Daniëlle Hermans: “Die lieve buurman kan, zonder dat je het weet, een seriemoordenaar zijn”

Merel Blom ontmoet Daniëlle Hermans: “Die lieve buurman kan, zonder dat je het weet, een seriemoordenaar zijn”
Utrecht huisvest grote dichters en schrijvers. DUIC’s eigen literatuurwetenschapper en leesfanaat Merel Blom gaat op zoek naar het verhaal achter deze woordenkunstenaars en gaat met hen in gesprek over hun schrijf- en leeservaring en hun beleving van de stad Utrecht. Om de week te lezen op DUIC.

Utrecht huisvest grote dichters en schrijvers. DUIC’s eigen literatuurwetenschapper en leesfanaat Merel Blom gaat op zoek naar het verhaal achter deze woordenkunstenaars en gaat met hen in gesprek over hun schrijf- en leeservaring en hun beleving van de stad Utrecht. Om de week te lezen op DUIC.

Daniëlle Hermans 01Thrillerschrijfster Daniëlle Hermans bracht haar jeugd door in Afrika – haar vader werkte voor Buitenlandse Zaken – en kwam als achttienjarige student in Utrecht wonen. Inmiddels vertoeft ze hier al het grootste deel van haar leven en toch ontdekt ze steeds weer nieuwe dingen aan de stad. Als schrijfster van bloedstollende thrillers waarin de geschiedenis van Nederland verweven is, heeft ze een onuitputtelijke nieuwsgierigheid.

“Je denkt de stad te kennen maar als je het moet beschrijven, ga je op een andere manier kijken en dan blijkt het vaak toch net iets anders te zijn dan je dacht”, vertelt Hermans. “Ik dacht bijvoorbeeld dat er twee grote bomen op het Domplein stonden. Maar toen ik ging kijken, bleken het er veel meer te zijn.” Begin 2013 publiceerde ze ter ere van de driehonderdste herdenking van de Vrede van Utrecht haar thriller In vredesnaam. Daarin kondigt de vondst van een vrouwenlichaam in de Domtoren een reeks moorden aan. Net als voor haar eerdere historische suspense romans – Het tulpenvirus (2007), De watermeesters (2009) en De man van Manhattan (2011) – deed Hermans uitgebreid onderzoek. Ondermeer naar het ontstaan van de Utrechtse werven. “Nu fietsen we heel blijmoedig langs de grachten maar moet je je eens voorstellen wat voor een ontzettende stank daar toendertijd vanaf gekomen moet zijn. Dat is nu niet meer voor te stellen. Ik vind het geweldig om over dat soort dingen na te denken. De stad gaat op een andere manier voor je leven en daardoor geniet ik er nog meer van dan ik al deed.”

“Kijken of ik dat ook kan”

“Ik heb nooit de droom gehad om schrijver te worden. Ik hield ook nooit dagboeken bij. Wel ben ik altijd een obsessief lezer geweest. Dat is nog steeds zo”, zegt Hermans. “Ik heb geen stapel boeken die ik nog moet lezen naast mijn bed maar een hele kast vol.” Na haar studie Kunstbeleid en Management was de Utrechtse freelance communicatiemanager. Rond haar veertigste liep Hermans tegen de vraag aan of dit was wat ze de rest van haar leven wilde doen. Hoewel ze nooit eerder een verhaal had geschreven, besloot ze zichzelf de tijd te geven om te kijken of het haar zelf zou lukken om een spannend boek te schrijven. “Ik had altijd veel commentaar op wat ik las; dacht veel na over wat er beter of anders zou kunnen. Schrijven is een ambacht. Door te lezen kun je ontzettend veel leren van andere auteurs. Iemand als Ian McEwan krijgt het voor elkaar om in één zin iemand neer te zetten. Dat is zo knap.”

Iemand een klap geven in de rij voor de kassa

“Een boek over mensen waarmee alles goed gaat is niet interessant. Ik ben gefascineerd door de zwarte kant en de mankementen van de mens. En wat ik nog interessanter vind, is hoe de meeste van ons het voor elkaar krijgen om die duistere kant te onderdrukken. Als je in de supermarkt in de rij staat en iemand dringt voor, kun je zin hebben die persoon een klap te verkopen. Toch onderdrukken de meeste mensen die neiging, er is een sociale grens die je tegenhoudt. Dat is interessant. Wat is ervoor nodig om die grens te passeren? Van sommige mensen denk ik wel eens dat er geen kwaad inzit. Maar ondertussen kan die vreselijk lieve, aardige buurman zonder dat je het weet ook een seriemoordenaar zijn.”

“Iets omschrijven is één ding, het echt voelen binnenkomen iets anders”

Na vijf thrillers publiceerde Hermans samen met Esther Verhoef onlangs Stil in mij, overleven bij de nonnen. Daarvoor interviewde Hermans tientallen vrouwen die in hun jeugd misbruikt en mishandeld zijn door nonnen uit de Katholieke Kerk. Voor het eerst was er aandacht voor de vrouwen die deze verschrikkingen hebben doorstaan. Eerder werden vooral het sadisme van sommige priesters en de jongetjes die hun slachtoffers zijn belicht. De schrijfster: “Ik kan zonder problemen een gruwelijke plaats delict beschrijven maar dit was toch een heel ander verhaal. Als auteur kun je omschrijven wat een personage ziet, hoort, voelt of ruikt om de lezer hetzelfde te laten ervaren, maar in het echte leven komt het veel harder binnen. Dat gebeurde bij het schrijven van dit boek. Het was een totaal ander schrijfproces dan bij mijn romans. Als er nog eens zo’n project op mijn pad komt, zou ik het zeker aannemen.” Inmiddels werkt Hermans aan een nieuwe roman die begin volgend jaar uitkomt. Ze lacht: “Ik wil er nog niets over kwijt. Behalve dat het een totaal ander boek wordt dan de vorigen.”

Tekst Merel Blom

geen Reacties

Reageren

Er zijn nog geen reacties geplaatst.

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).