Bijna twintig jaar geleden verscheen het eerste boek De getekende stad met oude tekeningen van de stad Utrecht. Op 13 oktober verschijnt een nieuwe versie met 400 van de mooiste tekeningen van Utrecht uit de zeventiende, achttiende en negentiende eeuw. Kunsthistorica Tolien Wilmer, en tot 2013 conservator prenten en tekeningen bij Het Utrechts Archief, is auteur van beide boeken. In het boek staan tekeningen met gedetailleerde beschrijvingen van beroemde kunstenaars als Pieter Saenredam, Herman Saftleven en Jan Van Goyen.
Waarom wilden jullie ooit dit boek maken?
“Ongeveer een kwart eeuw terug waren we bezig met de automatisering van het beeldmateriaal in het archief. Iemand zei toen dat het zo jammer zou zijn als je tekeningen alleen nog maar op scherm kunt zien met een korte beschrijving. Het idee om er een boek van te maken ontstond toen al gauw. Ik ben jaren bezig geweest met selecteren. Uiteindelijk kwamen we uit op ongeveer 550 tekeningen, het grootste deel uit eigen collectie. Dat was geweldig. Met hulp van deskundigen als bouwhistoricus Frans Kipp, die ‘iedere oude steen van Utrecht kent’. Ook tekeningenkenner Laurens Schoemaker heeft mij enorm geholpen. Het boek werd een groot succes en was meteen uitverkocht. Maar er waren nog zoveel tekeningen over. Daarvan kon ik later een boek maken met tekeningen van de twintigste eeuw. Nu zijn er dus twee boeken.”
Wat vind je zo leuk aan de tekeningen?
“Het is heel leuk als je iets op een tekening ontdekt dat laat zien hoe Utrecht er vroeger uitzag. Zo begrijp je steeds meer van je stad. Het is een soort puzzel. En wat ook leuk is, is dat je alle belangrijke gebouwen die je erop kunt zien ook kunt benoemen. Kerktorens, de Dom, maar ook kloosters en stadskastelen bijvoorbeeld. Op veel tekeningen is nog de middeleeuwse stadsmuur te zien. Al die tekeningen hebben documentaire waarde, dat is het interessante. Zoals voor het 5-kerken restauratieplan in de jaren ‘80. Dat was een enorm project. Er zijn heel gedetailleerde tekeningen van hoe de kerken er vroeger uitzagen. Aan de hand van zulke tekeningen zou je een kerk kunnen herbouwen. We hebben er ook op gelet dat de tekeningen niet alleen maar mooi zijn, maar ook informatief.”
Wat vind jij de mooiere tekeningen?
“Ik vind de stadsprofielen, de gezichten op de stad bijvoorbeeld, erg mooi. Die werden altijd vanuit het westen gemaakt. Daarop was de voorgrond nog kaal. Je ziet dan de gegraven grachten met altijd twee rijen bomen erlangs. De kerktekeningen van Pieter Saenredam horen tot mijn favorieten. Of de serie van Herman Saftleven die de instorting van de Domkerk tekende. Die werden aangekocht door het stadsbestuur. Hij tekende elke dag en legde zoveel Utrechtse stadsgezichten vast.”
Hoe en wanneer was je voor de eerste keer in Utrecht?
“Dat was in november 1969, een heel koude dag. Ik zat toen in het eerste jaar van mijn studie in Leiden. Ik kwam uit Arnhem en Utrecht was mijn tussenstop. Het Kunsthistorisch Instituut organiseerde toen een excursiedag. Frans Kipp en professor Temminck Groll gaven een rondleiding door de stad. Ik was meteen onder de indruk van een stad waar nog zoveel historische gebouwen te zien waren.”
Wat is je lievelingsplek in Utrecht?
“Een tijdje geleden gingen we eten bij Restaurant Wilhelminapark, buiten op het terras. Daar keken we uit over de vijver in het park. Langs de oever zaten mensen met elkaar te picknicken. Zo’n mooi beeld blijft hangen.”
Wat is jouw mooiste herinnering aan Utrecht?
“Toen de Domtoren in 1982 600 jaar bestond werd dat uitgebreid gevierd. Wij stelden een tentoonstelling samen over de Domtoren in de Domtoren zelf. Op een mooie avond in juni beklommen we de Dom tot in de lantaarn, het bovenste gedeelte dat zelden toegankelijk is. Alle kerkklokken luidden toen. Dat is iets om niet te vergeten.”
Waar ben je trots op als Utrechter?
“Op de monumentenzorg en het restauratiebeleid in deze stad. Er wordt in Utrecht zoveel gerestaureerd en behouden met oog voor historie. Dat vind ik geweldig.”
Wat was het beste optreden dat je ooit in Utrecht gezien hebt?
“Dat was een concert in januari dit jaar van het Nederlands Philharmonisch Orkest met dirigent Lorenzo Viotti. Wij kenden die dirigent nog niet, maar hij kreeg de hele Grote Zaal in TivoliVredenburg enthousiast. Een fantastische ervaring.”
Utrecht is…
“…een heerlijke stad om te wonen en verblijven.”
Vanaf zaterdag 14 oktober is ook de gelijknamige tentoonstelling te zien in Het Utrechts Archief. Daar zijn de tekeningen in het echt te bewonderen.
geen Reacties
ReagerenEr zijn nog geen reacties geplaatst.