“Utrecht – 14 december 2005, 16.15 uur Stel je voor: een oud pand in de binnenstad. Het Gerechtsgebouw, hoek Lange Nieuwstraat – Hamburgerstraat. Een rondleiding onder leiding van bouwhistoricus Hein Hundertmark en toenmalig directeur van Het Utrechts Archief Saskia van Dockum. We zijn op zoek naar de sporen van de middeleeuwse Paulusabdij. We, dat zijn zo’n 25 leden van de Vereniging Oud-Utrecht.
De bouwhistoricus leidt in, leidt rond en vertelt van de refter, de schouwen, het toegangsgebouw, de dertiende-eeuwse gladde voegen aan een buitenmuur die met een penseeltje wit werden geverfd. Uiteindelijk gaat hij ons voor naar de kelder, waar Christkindl Glühwein ons wacht. Inmiddels voel ik me al zo buiten het dagelijkse leven dat ik de monniken van de abdij bijna langs zie lopen.
En dan zien we dé vondst: een onverwachts poortje, met een zestiende-eeuwse plavuizenvloer. Daaronder ligt ook nog de vijftiende-eeuwse vloer. En er is een trapje. Het leidt nu naar nergens, maar vroeger bood het de inwoners van de abdij de mogelijkheid ongezien onder het poortgebouw door van het ene deel van de abdij in het andere te komen.
De treden zijn op een vreemde manier afgesleten. Geen voeten, daarvoor is het te regelmatig. De bouwhistoricus houdt het op vaten: vaten wijn, voor de mis, voor de maaltijd, voor het gerief van de monniken. En ik zie ze ineens voor me, de rollende vaten. De voerman en de keldermeester instrueren samen de kelderknecht hoe ze het vat het beste en het veiligst beneden in de kelder kunnen krijgen.
Geschreeuw, (bijna) gevloek. De keldermeester houdt het vat angstvallig in de gaten. Een kostbare lading, helemaal van voorbij Keulen over de Rijn, via Vreeswijk en de Vaert naar de stad gebracht. Aan de Oudegracht gelost met de kraan, met een slee van het wed aan de Ganzenmarkt naar het ommuurde terrein van de abdij gebracht. Om over enkele weken door de monniken bij de maaltijd genuttigd te worden. Misschien wel een speciale kerstwijn, om het Christuskind te verwelkomen….”
Dit verhaaltje schreef ik zeven jaar geleden, maar ik heb het voor deze editie van mijn DUIC-blog weer eens nagelezen en opgepoetst. Want ik wilde u graag wijzen op een tweetal fantastische websites die ik onlangs tegenkwam: Domtoren (FB) en Bouw Domtoren. Beide prikkelen ze, net als bovenstaand verhaaltje, de historische verbeelding. Je krijgt er een beeld door van hoe het leven in vroeger eeuwen had kunnen zijn. Die websites doen dat bovendien zo goed, dat je je afvraagt hoe de studie van geschiedenis ooit nog zonder kan.
Want gaat het daar niet om, om historische sensatie, historische verbeelding? Verhalen, boeken, websites, tentoonstellingen etc… laten ons een klein beetje ervaren ‘hoe het vroeger was’. En dat willen we toch allemaal wel, af en toe?
Beide websites vormen wat mij betreft een prachtige aanvulling op ons arsenaal hulpmiddelen om die historische sensatie dichterbij te brengen. Ze zijn een initiatief van de Afdeling Erfgoed van de Gemeente Utrecht, waar iemand in dienst is die regelmatig digitale reconstructies van historische gebouwen en plekken in de stad maakt. Kijkt u eens rond op die sites, en wandel door delen van onze middeleeuwse stad. Misschien komen we er elkaar wel tegen…
3 Reacties
Reagerenleuk artikel, alleen werken de linkjes niet…
De ‘fantastische websites’ zijn nogal bizar. De FB-pagina die zou verwijzen naar Domtoren is een pagina van een kind, zo te zien. Gaat helemaal niet over de Domtoren. De andere pagina wordt door mijn virusscanner geweigerd omdat die gevaarlijk zou zijn.
De juiste link moet zijn https://www.facebook.com/Bouwdomtoren?ref=ts&fref=ts