De Jaarbeurs bestaat dit jaar een eeuw en dat gaat niet onopgemerkt voorbij. Zo wordt er onder andere op 10 april een grote expositie geopend in het Beatrixgebouw over ‘100 jaar Jaarbeurs’. Een belangrijk onderdeel van de historie is er echter niet te zien: de Jaarbeurs Wisseltrofee.
“Twee Utrechtse musea wilden het niet hebben”, verklaart de oud-eigenaar van de trofee, Huub Thijssen. Hij is met dochter Willemien eigenaar van kunsthandel ‘Le Coin Perdu’ aan de Oudegracht. In 2015 kregen zij het voorwerp in bezit. Ze wilden het object voor de stad behouden en boden het daarom aan twee musea aan.
Van het Centraal Museum hebben ze nooit iets gehoord en het toenmalig Geldmuseum wilde alleen een foto. “We vinden het heel merkwaardig dat musea in Utrecht niet geïnteresseerd waren in de trofee, maar dat er nu in de stad zo wordt gezwaaid met het eeuwfeest van de Jaarbeurs. Niemand was blijkbaar bereid om de alleszins redelijke prijs te betalen, al dan niet met behulp van bepaalde fondsen”, aldus Thijssen. Le Coin Perdu verkocht vervolgens de vaas op Art Breda 2016.
Belang
Willemien Thijssen deed onderzoek naar de achtergrond van de vaas. Tijdens de Jaarbeurs van 1917 werden er in allerlei disciplines 1e,2e en 3e prijzen toegekend in de vorm van penningen.
Daarnaast was er een algemene wisseltrofee in de vorm van een tinnen vaas in de stijl van de Amsterdamse School, uitgevoerd door de Gerofabriek uit Zeist en ontworpen door kunstenaar Chris van der Hoef. De vaas is versierd met drie penningen van de Utrechtse Handelsvereniging, in 1913 ontworpen door J.C. Wienecke.
Deze wisseltrofee verwisselde jaarlijks van eigenaar. Nadat er gestopt werd met de wedstrijden stond de vaas in de kamer van de directeur van de Jaarbeurs. Een van de directeuren heeft de vaas vervolgens aan zijn privéchauffeur gegeven.
Cultuurhistorisch is het volgens Thijssen een interessant object. Het betreft een voorwerp, waarbij een nieuw ontwerp versierd is met een al bestaand ontwerp van een andere vormgever. Daarbij toont de vaas aan dat de samenwerking tussen Van der Hoef en Gero al terug gaat tot 1917 in plaats van 1923, zoals verondersteld werd. In 1934 werd de vaas door Gero op de markt gebracht zonder de penningen van Wienecke.
6 Reacties
ReagerenIk snap wel dat dit niet echt in het Centraal Museum of het Geldmuseum past, de Jaarbeurs zelf lijkt me een logischer klant.
Wat ik niet snap is dat er kennelijk een wedstrijd was in “allerlei disciplines”? Mooiste stand? Nieuwste product? Hoogste omzet? Ik kan me er niet zoveel bij voorstellen en Google is het met me eens.
Typisch gevalletje van Nelleke van der Krogt die je monter hoort zeggen: “Ach, hij staat nog altijd prachtig in de vensterbank, toch?!”
dus het verhaal is eigenlijk: Handelaar kocht vorig jaar een oude vaas in de hoop deze met winst aan Utrechtse musea te verkopen. Musea hebben geen interesse en dat moet dan in de pers gebracht worden door de handelaar zodat men op internet er schande van kan spreken.
ben benieuwd naar de “alleszins redelijke prijs”
Wie zegt dat hun vraagprijs daadwerkelijk redelijk was? De verkopende partij betreft een kunsthandelaar, voor hen is het pure business terwijl ze in het artikel doen voorkomen alsof die musea een niet te weigeren aanbod hebben afgeslagen.
Het is cultuurhistorisch helemaal niet interessant omdat de handelaar dat zegt. Hooguit financieel interessant voor Thijssen. Wat was anders de enorme historische betekenis voor Utrecht? Hoeveel invloed had die bokaal op andere kunstenaars? Is dat ding in ons collectieve geheugen gegrift?
Maar fijn voor Thijssen dat hij het alsnog heeft kunnen verhandelen, good for him.
De trofee was eerder door de chauffeur tevergeefs aangeboden aan de Jaarbeurs. Bij het aanbieden van de trofee aan de musea heeft Le Coin Perdu geen prijs genoemd. De musea hadden bij voorbaat al geen interesse, terwijl beide musea een grote collectie penningen hebben. Daarbij heeft het Centraal Museum ook een grote collectie toegepaste kunst uit de Art Nouveau en Art Deco periode en een deelcollectie over de stadsgeschiedenis. Desalnietemin zijn wij blij dat de trofee nu een plaats heeft gekregen bij een liefhebber. Maar vooral: Ga allemaal naar de expositie in het Beatrixtheater.