Het drukke Westplein bestond een eeuw geleden nog niet. Vanaf de Leidse Vaart liep een zijstraat naar de Kanaalstraat: de Leidsedwarsstraat. Van 1902 tot 1937 stond daar een lagere school die pieken en dalen kende wat betreft het leerlingenaantal. De wethouder die in de jaren dertig tot opheffing besloot, stond bekend als ‘schoolkiller’. Enkele jaren later bleek de sloop van het schoolgebouw goed uit te komen bij de aanleg van een rotonde op de kruising met de Kanaalstraat. Sinds 1970 heet dit verkeersplein Westplein.
De gemengde Openbare Lagere School aan de Leidsedwarsstraat 2 werd in 1902 gebouwd naar ontwerp van gemeentearchitect Ferdinand Jacob Nieuwenhuis (1848-1919). Hoewel een school van de 1e soort (zonder schoolgeld voor armlastige ouders), kreeg het L-vormige gebouw een zeskantige hoektoren met koepeltje. In de muren werden decoratieve patronen van lichtere baksteen gemetseld. De school stond met de kopse kant en toren aan een ronding aan de Leidsekade.
Als hoofd der school werd Hendrik Hoestra (1865-1942) aangesteld, daarvoor hoofdonderwijzer in het Zeeuwse Biervliet. Hij betrok met zijn vrouw, vier kinderen en dienstbode de helft van de dubbele onderwijzerswoning aan de Leidsekade 13 die tegelijk was gebouwd. Hoestra en zijn team maakten veel werk van ouderavonden, sinterklaasvieringen en schoolfeesten. In december 1912 schreef een krant: ‘De jongens der hoogste klassen hadden met behulp van hun hoofdonderwijzer en onderwijzers eenige tooneelstukjes geleerd.’ De ouders hadden vooraf waarschijnlijk niet veel bijzonders verwacht, dacht de verslaggever, ‘maar zij zullen wel vreemd opgekeken hebben toen zij hun kinderen op de planken zagen spelen, terwijl al het geleerde buiten de schooluren om was gegaan. Want dat er genoten is bewijst wel dat er aanhoudend geapplaudisseerd werd. Ook het zingen tusschen de nummers in was bijzonder mooi.’

Op een ‘vrij goed bezochte ouderavond’ in oktober 1928, toen Hoestra nog altijd schoolhoofd was, brachten de leerlingen ook liederen ten gehore. Verder hield ‘de heer van de Bergh, vakonderwijzer in lichamelijke oefeningen, een uiteenzetting van de beginselen waarvan men tegenwoordig uitgaat bij het onderwijs van dit vak.’ Vervolgens gaven zestien leerlingen van de hoogste klassen daarvan een levendige demonstratie. De bijeenkomst vond daarom plaats in de gymzaal.
Groei en krimp
De school werd in der loop der jaren letterlijk en figuurlijk uitgebreid. In 1910 stelde de gemeente er ‘herhalingsonderwijs’ in, een avondschool voor wie overdag geen onderwijs kon volgen of alsnog wat wilden leren. ‘Herhaling’ sloeg dus op de lessen van overdag die ‘s avonds herhaald werd. Kort daarna werd de school van Hoestra ook uitgebreid met twee klassen ‘voorbereidend lager onderwijs’ voor kleuters. In de gemeenteraad was eerst discussie of zo’n fröbelschool of bewaarschool wel een gemeentelijke taak was. Katholieken en antirevolutionairen waren tegen, die vonden dat een taak van de moeder. Het gemeentebestuur zette door, eerst in een houten gebouwtje en in 1914 werd het schoolgebouw aan de Leidsedwarsstraat à 8.000 gulden aangepast met extra ruimte en speelvoorzieningen.
Door de toename van het aantal woningen in Lombok en Nieuw Engeland werd het steeds drukker op de school. In 1914 moesten zo’n vijftig kinderen worden afgewezen wegens plaatsgebrek. ‘De school in de Leidschedwarsstraat werd, ongerekend de voorbereidende klassen, op 15 Januari 1915 bezocht door 423 leerlingen; er waren daar dus gemiddeld 35 à 36 leerlingen per klasse’, volgens een krant.
In 1922 besloot de gemeente de school in tweeën te splitsen: de openbare lagere scholen Leidsedwarsstraat 2 en Leidsedwarsstraat 2bis. Onduidelijk is of dit nieuwbouw inhield of alleen een aparte ingang, en wat voor voordeel dat had. Hoestra verhuisde naar de ‘nieuwe’ school op 2bis, op nummer 2 werd Anthonie Romer van Bavel (1885-1965) aangesteld als hoofd. Een succes was de splitsing niet. In 1926 telde de tweede school nog maar 92 leerlingen en werd besloten die weer op te heffen. Hoestra ging met pensioen, Van Bavel vetrok. Gijsbertus Cornelis Willemsen (1887-1942) was het nieuwe schoolhoofd. In 1928 werd de fröbelschool met 47 leerlingen opgeheven.

Schoolkiller
Alle openbare lagere scholen in Utrecht kregen in 1931 een naam, meestal een vernoeming naar een bekende pedagoog. De school aan de Leidsedwarsstraat ging Foersterschool heten, naar de Duitse filosoof Friedrich Wilhelm Foerster (1869-1966). De naam sloeg niet aan en daar was ook nauwelijks tijd voor. Want wegens teruglopend leerlingenaantal werd de Foersterschool, tegelijk met enkele andere, in 1935 opgeheven door de liberale wethouder Maurits Herman de Boer (1887-1948). Door tegenstanders werd hij ‘de schoolkiller’ genoemd.
Korte tijd kreeg het schoolgebouw nog een andere functie. De Arbeidsbeurs organiseerde er vakcursussen voor Utrechtse werklozen, bijvoorbeeld voor stukadoor, lasser, elektricien of metselaar. Op een tentoonstelling in het voorjaar van 1935 waren de resultaten te zien, zoals van de afdeling meubelmakerij: ‘De burgemeestersbank welke binnenkort in ‘t stadhuis geplaatst zal worden’. Twee jaar later volgde de sloop. In april 1937 stond er een rubrieksadvertentie in het Utrechtsch Nieuwsblad: ‘Te koop aangeboden 20.000 GEBIKTE STEENEN van School Leidschedwarsstraat. Te bevragen aldaar …’
5 Reacties
ReagerenMooi verhaal weer! Dank Arjan (en DUIC).
Misschien is een nadere uitleg nodig waar dit nu precies is. Er zijn (behalve de Stationswijk) weinig plekken waar zoveel gesloopt en veranderd is als hier. Laten we de laatste foto nemen: Genomen vanaf wat nu de van Sijpensteynkade heet, toen Leidseweg.
Op de voorgrond de zwaai- kom in de Leidsche Rijn voor grotere schepen die niet (meer) konden draaien bij het Leidseveer t.h.v de Catharijnesingel.
Je kijkt de Leidsedwarsstraat in die een aantal jaren later halverwege doorbroken werd voor de oprit naar de Leidseveertunnel. Het laatste stukje huizen rechtsachter staan er nog altijd. (tussen de Leidseveer- en Daalsetunnel in ) Vanaf ongeveer 1940 is de naam Leidschedwarsstraat vervallen en is het overgebleven (nog bestaande stukje) Artilleriestraat gaan heten. Passende bij de overige straatnamen in de buurt (Kanonstraat/Kogelstraat/Hagelstraat). In de 2e helft van de jaren 60 zijn nog meer delen van de buurt gesloopt mede door de aanleg van de Daalsetunnel) en ontstond in 1970 uiteindelijk het huidige Westplein. Eén groot gapend gat! Hierbij sneuvelde ook de naam Artilleriestraat weer en het restje huizen hebben nu dan ook als adres Westplein.
@Echte Utrechter : het rijtje huizen dat nu nog op het Westplein staat was oorspronkelijk de Leidsche Dwarsstraat. 1 straat voorbij de Hagelstraat dus. Als je deze lijn doortrekt naar de Leidse Rijn kom je ongeveer tegenover het witte pand aan de Van Sijpesteinkade uit. (Toen nog de Leidseweg)
De Leidsche Dwarsstraat liep van de Bleekerskade (later Vleutenseweg en weer later de Daalsetunnel) tot aan de Leidsekade, die toen nog doorliep tot aan het spoor.
Dank Arjan!
@echte Utrechter
De Kanonstraat bestaat nog!
Dat is tegenwoordig het fietspad langs Westplein aan de kop van Lombok.
Het Utrechts archief heeft ook een kaart waar die straten onder Westplein nog op staan.
https://hetutrechtsarchief.nl/beeldmateriaal/detail/fc1dad86-97bd-59ff-a6e4-a6faed946c9a/media/c1f9710b-1093-e684-e4ae-72fdeed14f40?mode=detail&view=horizontal&rows=1&page=11&fq%5B%5D=search_s_soort_beeldmateriaal:%22Cartografische%20documenten%22&fq%5B%5D=search_i_periode:%5B18910000%20TO%2019700000%5D&sort=random%7B1742224718485%7D%20asc&filterAction
@koelhoofd, dat is mij bekend. Je kan het nauwelijks nog een straat noemen. @Gijsbert, dat schreef ik dus ook 🙂 Overigens heette alleen de kant aan de Lombokzijde Bleekerskade. De overkant Vleutenseweg.
In het verlengde van de Hagelstraat (die nog niet door de tunnel in korte en lange was verknipt) lag de Hagelbrug (loopbrug) die idd bij het pand uitkwam wat nu gedegradeerd is tot entree van de woontoren.