Verdwenen villa’s: Huize Alenvelt aan de Hindersteinlaan Verdwenen villa’s: Huize Alenvelt aan de Hindersteinlaan

Verdwenen villa’s: Huize Alenvelt aan de Hindersteinlaan

Verdwenen villa’s: Huize Alenvelt aan de Hindersteinlaan
Huize Alenvelt aan de Hindersteinlaan in Vleuten, 1958 (Het Utrechts Archief)
Langs het smalle water van de Vleutense Wetering lag niet alleen de buitenplaats Jaffa aan de Vleutenseweg, maar vlak voor het dorp Vleuten ook Huize Alenvelt. Na de Tweede Wereldoorlog zou het een klooster worden, voor die tijd woonde de familie Van Bijlevelt er. De laatste erfgename, de reislustige Pouwlina, trouwde tot twee maal toe met iemand uit Constantinopel (Istanbul), wat in Vleuten veel opzien baarde.

Langs het smalle water van de Vleutense Wetering lag niet alleen de buitenplaats Jaffa aan de Vleutenseweg, maar vlak voor het dorp Vleuten ook Huize Alenvelt. Na de Tweede Wereldoorlog zou het een klooster worden, voor die tijd woonde de familie Van Bijlevelt er. De laatste erfgename, de reislustige Pouwlina, trouwde tot twee maal toe met iemand uit Constantinopel (Istanbul), wat in Vleuten veel opzien baarde.

Stamvader Willem Dircksz. van Bijlevelt had in de zeventiende eeuw een brouwerij in Vleuten. Hij belegde de opbrengst in weidegrond en werd schepen (wethouder). Uiteindelijk bezat de familie Van Bijlevelt bijna al het land tussen de Vleutense Wetering en de Thematerweg en werd de grootste grondbezitter van Vleuten. Eén tak bleef de brouwerij drijven, andere familieleden werden dorpsbestuurders.

Via een huwelijk kwam de hofstede Hinderstein in familiebezit. Deze pachtboerderij had een herenkamer waar de eigenaren konden verblijven. De naam Hinderstein werd in de achttiende eeuw gewijzigd in Alenvelt en het voorhuis groeide uit tot een buitenverblijf met ‘twee Behangene Kamers, met een Engelsche Schoorsteen, vier Royaale Boven-Kamers, beneden een Kelder-Keuken, Wyn- en Bier-Kelder’. Rondom het rechthoekige herenhuis was een park met boomgaard, moestuin, theekoepel en koetshuis.

Brand en nieuwbouw

Begin negentiende eeuw werd Paulus Martinus van Bijlevelt (1770-1841) ook eigenaar van kasteel Den Ham (waarvan de Hamtoren nog bestaat). Hij ging er met zijn gezin wonen en verhuurde Alenvelt, volgens een advertentie uit 1813 als ‘een aangenaam en tot de Jagt geschikt Buitenverblyf’. Zoon Simon van Bijlevelt (1816-1895) ging in Utrecht medicijnen studeren, maar deed geen examen. In 1841 vestigde hij zich op Alenvelt. Hij werd gemeenteraadslid en wethouder en probeerde burgemeester van Vleuten te worden, een positie die echter werd ingenomen door een neef. De familie was katholiek. Simon van Bijlevelt was penningmeester van de liefdadige Broederschap van Onze Lieve Vrouwe, bekend van de Broederschapshuisjes. Ook schonk hij de grond voor de bouw van de Vleutense Willibrordkerk.

Op 52-jarige leeftijd huwde Simon de veel jongere Elisabeth Bernardina Le Brun (1836-1908). Een jaar later, op 8 april 1869, brak er ‘s nachts brand uit in de boerderij van Alenvelt, die oversloeg op het herenhuis. ‘Alleen het zomerhuis, de hooibergen en een schuur zijn blijven staan. Al het overige is verbrand. Men zegt echter dat de inboedel gered is en geen persoonlijke ongelukken zijn te betreuren’, volgens het Utrechtsch provinciaal en stedelijk dagblad. Van Bijlevelt besloot een nieuw herenhuis te bouwen en een aparte boerenhoeve iets verderop. Dit is de boerderij (Klein) Alenvelt die nog aan de Hindersteinlaan 36 staat.

Ontwerptekening van Alenvelt door Dirk van der Werf, 1869 (Historische Vereniging Vleuten De Meern Haarzuilens en Leidsche Rijn)

Dirk van der Werf (1829-1904), opzichter van ‘s Rijks Waterstaat te Utrecht, maakte een maand na de brand tekeningen van de oude situatie én van de nieuw te bouwen villa. Van der Werf werd bekend met opnametekeningen van monumenten zoals kasteel Vredenburg, maar was kennelijk ook architect van het nieuwe Alenvelt. Het symmetrische pand zoals hij in mei 1869 tekende, is exact het huis dat er tot in de twintigste eeuw zou staan. Het had een smal maar hoog middendeel met een balkon boven de ingang. Aan weerszijden van de lange gang lagen een tuinkamer, zijkamer, kabinet en ontvangstzaal van 6.5 bij 5 meter. Boven waren drie slaapkamers, een logeerkamer, balkonkamer en kabinet. Waarschijnlijk diende het kabinet beneden als studeerkamer voor Simon en boven als boudoir voor Elisabeth. Bij de nieuwbouw bleef de oude kelderverdieping met keuken, wijnkelder en provisiekelder gehandhaafd.

Echtgenoten uit Constantinopel

Het echtpaar had twee kinderen. Zoon Paulus overleed op 22-jarige leeftijd. Dochter Pouwlina Petronella Johanna Odilia van Bijlevelt (1869-1947) was in 1895 de enige erfgenaam. De eigenzinnige Pouwlina schilderde en reisde veel. In Constantinopel (Istanbul) ontmoette ze de Turkse officier Djemal Effendi, met wie ze in 1910 trouwde. Aanvankelijk woonden ze in Constantinopel, maar vanwege de Eerste Wereldoorlog kwam het paar naar Vleuten. Met zijn fez en puntsnor was Djemal een opvallende verschijning in het dorp, waar hij ‘de Turk’ werd genoemd. In 1921 keerden ze terug naar Turkije, waar Djemal al snel overleed.

In 1922 hertrouwde Pouwlina er met een Albaniër, Hassan Tahsine. Hij was door de Engelsen aangesteld als politiecommissaris, maar door de nieuwe Turkse regering ter dood veroordeeld. Het echtpaar vluchtte en vestigde zich op Alenvelt. De Vleutenaren noemden ook Tahsine ‘de Turk’. Hij trachtte zich geliefd te maken met tuinfeesten en door snoep uit te delen aan kinderen, maar werd beschuldig van kinderlokkerij. Ook zou hij om het geld getrouwd zijn met de veel oudere Pouwlina en haar willen afschermen. Feit was dat Tahsine opvliegend was en Pouwlina zich steeds verder terugtrok.

Theekoepel van Alenvelt in 1958, tweede van links Hassan Tahsine (Historische Vereniging Vleuten De Meern Haarzuilens en Leidsche Rijn)

Na Pouwlina’s dood in 1947 — ze was kinderloos gebleven — bleef Tahsine in zijn kamer, de rest van het huis werd bewoond door burgemeester Johannes Verder en zijn gezin. Het schijnt dat ze elkaar nooit tegenkwamen. Pouwlina’s bezit ging volgens haar testament naar een liefdadigheidsfonds en een cultuurstichting die de familienaam droegen; Tahsine kreeg alleen vruchtgebruik. De door haar verzamelde schilderijen uit de grote zaal gingen naar het Centraal Museumm (dat ze in 2006 verpatste op een Saverij na, waarbij haar legaat echter niet vermeld staat).

In 1952 kochten de zusters van de heilige Maria Magdalena Postel (Schoolzusters van Heiligenstadt) een stuk grond van Alenvelt om het bejaardentehuis Sint-Jozefzorg te bouwen. Vijf jaar later verkocht de Van Bijleveltstichting ook Huize Alenvelt aan de congregatie, die het in 1976 liet afbreken voor nieuwbouw. De laatste zusters bleven tot 2018. Recent is het jarenzeventiggebouw met een extra verdieping getransformeerd tot kleinschalige woonzorgvoorziening. De eerste bewoners hebben onlangs hun intrek genomen in dit ‘nieuwe’ Huize Alenvelt.

Woonzorgvoorziening Huize Alenvelt, 2024 (Arjan den Boer)

Artikelen over Pouwlina van Bijlevelt en haar echtgenoten door Veronique Voorn, kwartaalblad van de Historische Vereniging Vleuten De Meern Haarzuilens, 2002-2003: deel I (p.78), deel II (p. 11) en deel III (p. 28).

Arjan den Boer

Arjan den Boer

Arjan den Boer is publicist over geschiedenis, design, monumenten en architectuur. Voor DUIC schrijft hij dit jaar over verdwenen villa's in Utrecht.

Profiel

5 Reacties

Reageren
  1. Harm

    Je leest vaker bij dit soort erfgenamen dat ze op een bepaald moment kinderloos zijn. Hoe bleven vrouwen vroeger kinderloos zoals Pouwlina? Ik vermoed dat er wel actie was in de slaapkamer.

  2. Nina

    Wat een mooi opgetekend verhaal om de zaterdagochtend mee te beginnen! Bedankt, Arjan.

  3. Pol

    Weer een boeiend stuk lokale geschiedsbeschrijving Arjan

  4. Arno

    Dit verhaal vraagt om een boek.

  5. FB59

    @Harm: Kinderen krijgen of nemen? Jij realiseert je niet dat kinderloosheid niet altijd vrijwillig is.

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).