Van de vier grote steden ondervond met name Utrecht veel hinder van de verslechterde marktomstandigheden op de kantorenmarkt; het aanbod steeg met 13,5 procent. Dat blijkt uit recente cijfers van NVM Business op basis van informatie die de makelaarsvereniging zelf verzamelt en bijhoudt. De markt voor kantoren in ons land is in de eerste helft van 2012 verder in de problemen geraakt. Het direct beschikbare aanbod van leegstaande en nog te verhuren kantoorruimten steeg met bijna 7 procent tot 7,62 miljoen vierkante meter, een nieuw record.
Behalve het aangeboden metrage nam ook het aantal objecten toe, en wel van 3.270 tot 3.520. Aan de vraagkant ging het evenmin goed. Op de zogenoemde vrije markt werd in de eerste zes maanden slechts 386.000 vierkante meter kantoorruimte opgenomen, ofwel een daling van 25 procent ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. De onverwacht grote toename van het aanbod is een belangrijke tegenvaller voor de kantorenmarkt, die toch al wordt geplaagd door een sterk uit balans geraakte vraag- en aanbodverhouding. In Nederland staat nu circa 15,4 procent van de kantorenvoorraad te huur of te koop. Begin van het jaar bedroeg de leegstand ongeveer 14,5 procent. De verruiming van het aantal voor de verhuur en verkoop beschikbare meters kan nagenoeg geheel worden toegeschreven aan het aan de markt komen van vooral bestaande, veelal oudere kantoren. Voor zover bekend kwam er in de eerste zes maanden van 2012 nauwelijks nieuwbouw bij. Door de verminderde vraag van onder meer het bank- en verzekeringswezen en de non-profit sector werd in de eerste helft van 2012 slechts 386.000 vierkante meter kantoorruimte opgenomen. Dat is 25 procent minder dan in de eerste zes maanden van 2011, toen nog 514.000 vierkante meter zijn weg naar gebruikers vond.
Om de kantorenmarkt in Utrecht gezond te houden, heeft het college van burgemeester en wethouders eind vorig jaar besloten selectiever nieuwe kavels uit te geven. Het college wil een mix van maatregelen om de leegstand aan te pakken. De nadruk ligt daarbij op transformatie van leegstaande panden, op samenwerking met marktpartijen en op kwaliteitsverbetering van bestaande locaties. Dat is nodig om huurders aan te trekken en te behouden. Ook levert acquisitie een bijdrage aan het tegengaan van leegstand. Het college wil kritisch selecteren waar de komende jaren kantoorbouw mag plaatsvinden. De drie belangrijkste locaties daarbij zijn het stationsgebied, de strook langs de A2 in Leidsche Rijn (bij het nieuwe NS-station) en het zuidelijk deel van Papendorp. Een groot deel van het nieuwbouwprogramma in Leidsche Rijn Centrum, Papendorp en de bestaande stad gaat voorlopig in de wachtkamer.
geen Reacties
ReagerenEr zijn nog geen reacties geplaatst.