Een verontrust telefoontje vanmiddag naar de redactie van DUIC naar aanleiding van onze artikelen over de Harrie-winkeliersactie voor extra koopzondagen in Utrecht. Al een aantal keer hebben wij in onze artikelen melding gemaakt van het feit, dat de lokale fractie van D66 pleit voor een gedegen onderzoek naar de economische en maatschappelijke gevolgen van de invoering van algehele koopzondagen in de Utrechtse binnenstad. Of wij soms vergeten zijn dat de VVD al in maart heeft aangegeven een dergelijk onderzoek te willen?

Om heel eerlijk te zijn: ‘Ja, dat waren we vergeten!’ Maar graag brengen wij een eerder bericht op de website van de VVD alsnog onder de aandacht van onze lezers. Eind maart namelijk gaf de partij te kennen teleurgesteld te zijn over het feit, dat een meerderheid van de Utrechtse gemeenteraad op 22 maart tegen een motie van de VVD stemde om een onderzoek in te stellen naar het draagvlak voor de effecten van een verruiming van de zondagsopenstelling. Zowel PvdA, GroenLinks, SP, CDA en ChristenUnie stemden tegen. VVD-raadslid Dimitri Gilissen destijds: ‘De tijden veranderen en de economische crisis trekt een zware wissel op Utrecht en zijn binnenstad. De VVD wil onderzoeken in hoeverre een verruiming van de zondagsopenstelling een bijdrage kan leveren aan het verbeteren aan van de concurrentiepositie van de stad Utrecht.’ De motie, die destijds mede namens D66, Stadspartij Leefbaar Utrecht en Groep Kuijper werd ingediend, verzocht het college een onderzoek uit te laten voeren naar het draagvlak onder de Utrechtse bevolking en onder de winkeliers en hun medewerkers. Met het onderzoek wil de VVD in kaart brengen wat de economische en maatschappelijke effecten zijn van een verruiming. Wethouder De Rijk (GroenLinks) had eerder aangegeven zelf niet het initiatief te willen nemen. In de motie verzocht de VVD ook de gevolgen voor de zondagsrust, leefbaarheid en de openbare orde in kaart te brengen. Daarnaast was de positie van werknemers ook expliciet één van de aandachtspunten.

Het verwerpen van de motie werd door de VVD als uiterst teleurstellend ervaren. De PvdA gaf wel aan nog voor de zomer met haar leden in debat te gaan over het standpunt met betrekking tot de koopzondag. Ook GroenLinks gaf aan zorgen te hebben over de omzetdaling in de Utrechtse binnenstad. De VVD vroeg zich daarbij hardop af wanneer deze zorgen zich zouden vertalen in bereidheid tot echte maatregelen en beloofde druk te blijven uitoefenen op deze partijen. Rond de huidige Harrie-winkeliersactie en de inmiddels gelanceerde tegenactie heeft de VVD echter de gelegenheid nog niet aangegrepen haar eerdere standpunten openlijk opnieuw onder de aandacht te brengen.