De Klassieker - Café de Stad: Kom niet aan de platen van Aben | De Utrechtse Internet Courant De Klassieker - Café de Stad: Kom niet aan de platen van Aben | De Utrechtse Internet Courant

De Klassieker – Café de Stad: Kom niet aan de platen van Aben

De Klassieker – Café de Stad: Kom niet aan de platen van Aben
Egbert Aben staat al achttien jaar achter de bar in Café de Stad. Foto: Robert Oosterbroek.
Een vertegenwoordiger van Heineken waarschuwde Egbert Aben: begin geen bruine kroeg, die verdwijnen allemaal. Maar na achttien jaar staat Aben nog altijd vrolijk achter de bar in Café de Stad, aan de Lange Jufferstraat. “Omdat er zoveel bruine kroegen weg zijn, word je iets bijzonders.”

Een vertegenwoordiger van Heineken waarschuwde Egbert Aben: begin geen bruine kroeg, die verdwijnen allemaal. Maar na achttien jaar staat Aben nog altijd vrolijk achter de bar in Café de Stad, aan de Lange Jufferstraat. “Omdat er zoveel bruine kroegen weg zijn, word je iets bijzonders.”

Egbert Aben, nu 55 jaar, begon in 1999 met compagnon Anton van der Schot Café de Stad. Ze hadden het net zo goed Café de Muziek kunnen noemen; de muren hangen vol met platenhoezen. Van de Sex Pistols tot de Utrechtse Nozems. Die platen worden vaak gewisseld. Tijdens het Smartlappenfestival bijvoorbeeld bepalen Nederlandse platen de inrichting en met het evenement Ska at the Stad hangt er uitsluitend ska en reggae aan de muur. De vier platen van The Smiths tegenover de bar zijn echter heilig, die hangen er altijd. “De beste band van de jaren tachtig.” De rest wordt onder het scherpe oog van Aben zo nu en dan zorgvuldig vervangen. “Ze proberen mij wel eens te fucken door een plaat te veranderen. Zo hadden ze er een keer Meat Loaf tussen gezet, die vind ik zó slecht. Toen ik binnenkwam, zag ik het gelijk. Dat vonden ze ongelofelijk.” In De Stad treden veel bandjes en singer-songwriters op. Achter in het café is een verhoging waar Aben dan een podium op bouwt. Hij klapt de banken in, tilt de tafels en stoelen weg en sleept de muziekinstallatie op z’n plek. “Er moet wel reuring in de tent zijn; met alleen bier verkopen, red je het niet.”

Verassing
De dynamiek van het café verveelt Aben nooit. “Het leuke en tegelijkertijd vervelende aan de horeca is dat je nooit weet hoe de avond gaat lopen. De ene week denk ik: ‘Ik heb het beste café van Utrecht’ en een week later zie je er bij wijze van spreken niemand.” Volgens Aben is daar geen verklaring voor te vinden. “Als het druk is op de woensdagavond voor Hemelvaart, zegt de horecawereld: ‘Ja tuurlijk, want morgen is iedereen vrij’. Maar als het rustig is, zeggen ze: ‘Ja tuurlijk, want iedereen gaat een lang weekend weg’.” Na dertig jaar in de horeca blijft iedere avond dus een verrassing voor Aben. “Ik doe vooral dingen die ik zelf leuk vind en zo nu en dan slaat het aan. Als ik zou kunnen voorspellen wat de effecten waren, zat ik nu met m’n luie reet op de Bahama’s”, lacht hij. “Niet dat ik dat wil, hoor.”

Aben haalde met moeite zijn mavo-diploma; hij was zwaar astmapatiënt. Verder studeren zat er niet in. Na wat omzwervingen ging hij op zijn 27e werken bij café De Leugen aan de Loeff Berchmakerstraat. “Toen de meeste mensen uit de horeca gingen, ging ik erin. Ik kwam erachter dat dit is wat ik het leukste vind.” Hij wilde graag voor zichzelf beginnen, maar durfde niet alleen. Voor Van der Schot gold hetzelfde, dus één en één maakte twee. Op 14 juni 1999 was het zover, ze tekenden het huurcontract voor het café aan de Lange Jufferstraat. Hoe het voelde om ineens eigenaar te zijn? “Heel goed, maar ook raar. Als je in loondienst zit en er zijn weinig mensen, dan denk je het zal wel. Maar als je voor jezelf werkt ga je dan toch lopen zweten, want de huur moet betaald worden.” In het begin was het aanpoten. Mensen moesten het café nog ontdekken. De crisis was juist goed voor de zaken en de laatste jaren hebben ze zelfs een vlucht genomen. De opleving van de Biltstraat komt Aben ook ten goede. “Vroeger zaten er uitzendbureaus die om 18.00 uur sloten – daarna was de straat leeg. Nu zitten er restaurants en trekken de mensen steeds makkelijker hierheen.”

Zelf heeft Aben ook niet stilgezeten en mensen naar het café getrokken. Een kleine greep van de festivals waaraan De Stad meedoet: Popronde, Koningsnacht- en dag, Café Theater Festival en het Streekbierfestival. Aben prijst zichzelf gelukkig met zijn buren, met wie hij naar eigen zeggen fantastisch contact heeft. “We denken niet alleen aan onszelf. We zien in dat we het met elkaar gezellig kunnen maken.”

Mooie bieren
Met Café de Potdeksel, Zocher en Tilt organiseert hij in het laatste weekend van augustus het Mosselfestival. Samen met Tilt organiseert hij jaarlijks ook een vinylmarkt onder de noemer Platen en Pinten. En in het derde weekend van september is het tijd voor het Back Roads festival aan het Lucasbolwerk. “Je moet natuurlijk wel een beetje oppassen voor een overkill. Mijn vriendin zegt wel eens: mensen moeten ook gewoon een biertje bij je kunnen komen drinken, je bent geen activiteitencentrum.” Om mooie bieren zit Aben dan ook nooit verlegen: hij heeft acht speciaalbieren op de tap.

Zijn vriendin ontmoette hij trouwens ook in het café. “Ik kende haar al langer, maar we kregen een relatie toen ik hier achter de bar stond. Zij zat blijkbaar al lang te lonken, maar ik had niets in gaten”, vertelt hij smakelijk. Op kerstavond is het gebeurd. Is De Stad dan open? “Jazeker, dan organiseer ik de Kerstquizz. We geven een overzicht van het nieuws van het afgelopen jaar, met speciale vragen over Utrecht. Dan pakken we flink uit; we gaan er speciaal voor de stad in om filmpies te maken.” Een voorbeeld van een Utrecht-vraag: hoeveel kroegen heeft Utrecht waar het woord ‘zicht’ in zit? (Hoe ver kom jij? Marktzicht, Kanaalzicht, Zeezicht, Weerdzicht..) Eén van de leukste vragen bracht Aben ooit bij wijlen Dick Bruna. Hij wilde het antwoord op de vraag: wat is de achternaam van nijntje? Het Centraal Museum en het nijntje museum konden hem niet helpen. Toen trok Aben de stoute schoenen aan en zocht hij meneer Bruna op in het telefoonboek. Er werd nog opgenomen ook. Ze mochten die maandag erop langskomen mét camera. “Een bijzondere ontmoeting. Het was een heel vriendelijke man, hij bood ons eerst een kopje thee aan.” Achter het bureau gaf Bruna het antwoord: pluis. In een map thuis verzamelt Aben het hele jaar door krantenknipsels, met mogelijke vragen voor de quiz. Zijn vriendin organiseert inmiddels ook mee. “We hebben nu zeventien jaar een relatie, bijna net zo lang als de kroeg bestaat.”

1 Reactie

Reageren
  1. Onno

    Het beste café van Utrecht, maar laten we het een beetje geheim houden

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).