De kenmerkende glas in lood ramen en een terras dat altijd vol lijkt te zitten. De Postillon is een van de authentieke bruine cafés in Utrecht. Al honderden jaren zit op deze plek een café. Thijs en Anne zijn sinds vijf jaar de nieuwe eigenaren. Niet lang daarna sloot ook Rutger zich aan. De hoogste tijd voor DUIC om eens bij ze neer te strijken op de Gaardbrug.
De Postillon is zo’n plek waar de tijd stil lijkt te hebben gestaan, maar dan op een positieve manier. Thijs en Anne hebben het café destijds wel flink verbouwd, maar hebben de sfeer en de naam behouden. Ook knapten ze een deel van de oude meubels op. “We wilden alles in ere herstellen”, zegt Anne. “Dat was ook de wens van de vorige eigenaar. Het is nog steeds een tweede huiskamer en een bruin café.” De Postillon was altijd al een klassieke bruine kroeg. Zo werd er nog lang na het rookverbod binnen gerookt en was er, tot vijf jaar geleden, nooit een pinautomaat.
Hoewel de coronaperiode een lastige tijd was om een café over te nemen, heeft Anne geen spijt van de beslissing. “Gelukkig zijn we er goed uit gekomen. Onze vaste gasten hebben ons er gigantisch doorheen gesleept. Toen we weer open mochten, ging het snel. Mensen gunden het ons om te blijven.”
“Sommige mensen komen hier al zestig jaar”, zegt Rutger. Toch hebben ze ook veel nieuwe vaste gasten erbij gekregen, onder wie steeds meer jongere mensen. “De mengmoes wordt steeds leuker”, vindt Anne. Zowel de verschillende leeftijden als lagen van de maatschappij weten de Postillon te vinden, ziet Rutger. Verder komen de winkeliers uit de buurt na hun werk regelmatig een drankje drinken. “De meeste mensen komen lopend hiernaartoe en gaan kruipend weer naar huis”, zegt Rutger. “We zijn een buurtcafé.”
Tekst gaat verder onder afbeelding
46 jaar achter de toog
Anne en haar broer Thijs kochten de Postillon van Thomas Melisse. Hij overleed in 2020. Daarvoor stond Thomas stond ruim 46 jaar achter de toog: eerst als barman en vervolgens 33 jaar als eigenaar. Vijf jaar geleden, na de eerste coronalockdown, besloot hij te stoppen en zocht een opvolger. Die vond hij in Thijs en Anne. Zij komen heel hun leven al in het café. Hun vader, opa en oma waren er vaste gasten en hun ouderlijk huis stond iets verderop aan de Oudegracht.
“We hebben dus een flinke geschiedenis in dit stukje van de binnenstad”, vertelde Thijs destijds aan DUIC. “Al vanaf kinds af aan kom ik in de Postillon. Hier lag vroeger zelfs onze huissleutel en op schooldagen tussen de middag kwam ik hier lunchen.”
Nog steeds wonen ze allebei vlakbij, zegt Anne. Dat geldt ook voor Rutger. En ook hij was eerst medewerker voordat hij mede-eigenaar werd. Dat is bijna drie jaar geleden. “Het gaat hartstikke goed”, zegt Rutger. “Ik werk inmiddels vijftien jaar in de horeca. Ik heb nooit wat anders gedaan. Het is mijn passie en mijn liefde. De ambitie om een eigen zaak te hebben was er al vrij snel.”
Voor hem is het café eveneens een bijzondere plek. Hij heeft hier namelijk zijn verloofde leren kennen. “Dat was op de eerste avond dat ik hier werkte”, vertelt hij met een grote glimlach. “Er gebeurt hier van alles”, zegt Anne. “Het is maar goed dat de muren niet kunnen praten, anders zouden ze nooit meer hun mond houden.”
Tekst gaat verder onder afbeelding
Maatschappelijk werker en politieagent
Beide zijn erg tevreden met hun team. “We hebben een heel fijn team”, zegt Anne. “We zijn heel hecht. De leeftijden en achtergronden verschillen, maar we houden allemaal van horeca. De ‘vrijdagavond barman’ werkt hier al 25 jaar. Als je horeca niet leuk vindt, werkt het hier niet.” Rutger: “Het probleem met de horeca van nu is dat het voor veel mensen alleen een bijbaantje is. Bij ons vindt iedereen het leuk om dit beroep uit te oefenen.”
Anne: “Het kan natuurlijk een bijbaan zijn, maar je moet er wel iets voor doen. Niet alleen maar op een schermpje kijken om bestellingen op te nemen, zonder persoonlijk contact.” Dat kan bij de Postillon niet. “We hebben heel veel vaste gasten. Zij willen het hebben over hun dag. Daar moet je oog voor hebben. Dat maakt het werk juist zo leuk. Je bent hier niet alleen barman of -vrouw, maar ook maatschappelijk werker”, grapt Anne. “En politieagent,” vult Rutger aan, “maar brandweerman, een kinderdagopvang en bejaardenzorg.”
Gekoppelde berichten

Bekende Utrechtse kroegbaas van Café de Postillon Thomas Melisse overleden
Hij stond 46 jaar achter de toog bij Café de Postillon, Thomas Melisse. Hij is…

Verbouwing en nieuwe eigenaar voor het bekende Café de Postillon in hartje Utrecht
Het is een van de klassiekers in Utrecht: Café de Postillon. De bruine kroeg in…
12 Reacties
ReagerenFijne kroeg bracht er als joggie in 76 de telegraaf die ik moest ophalen hoek haverstraat ,nu stripboeken winkel in aan de overkant zat cafe de katapult nu cafe België, fijne tijd .
Dat is heel goed nieuws, er blijven amper nog bruine kroegen over. Ben er al jaren niet meer geweest, ga er gauw weer ‘ns heen, fijne tent
Vele nachten daar doorgebracht. Mooiste plekkie voor een kroeg.
Fijn dat er nog echte bruine kroegen zijn. Cafe Marktzicht is ook al (bijna) ten onder en wordt eerdaags een strak eetcafe. Het bruine plafond is al wit gesausd.
Wat een arremoe
@ Paul
En daarom verdwijnen de bruine kroegen: omdat de mensen er al jaren niet meer geweest zijn. Zo’n eenmalige sentimental ‘ga er gauw weer ‘ns heen’ zet natuurlijk geen zoden aan de dijk.
Er hing binnen, naast de deur, een telefoontoestel waar je kwartjes en dubbeltjes in kon doen. Dan kon je vanuit de kroeg iemand bellen. Op een avond kwam er een ouwe, verregende vent binnen met een enorme bromfietshelm op z’n hoofd. Hij pakte de hoorn van de haak, gooide wat munten in de gleuf en draaide een nummer. Vergat intussen z’n helm af te zetten. Hield de hoorn tegen de plek op het beschermend hoofddeksel waar achter ergens z’n oor moest zitten. Hing na een tijdje kwaad op met de woorden: ‘godverdomme, die klotetelefoon doet ‘t niet!’
Lekker gratuit @ Paul
@wim: onjuist!
Menig bruine kroeg zit kneitervol!
Een bagel & beans of een anne & max hebben helaas knaken genoeg om eea over te kopen en te vernachelen
Ah ja, @ Sj
Daarom sterven ze langzamerhand uit. Omdat ze kneitervol zitten.
En dan vergeten ze één van de meest gewaardeerde persoonlijkheden. Pluk natuurlijk, de alom geliefde (kroeg)kater.
Voor de gewone Utregters ( man) word de horeca steeds duurder en duurder. Na het rookverbod en Corons, is de Binnenstad nu het domein van yuppen en studenten! De autochtone Utregters komen met hun auto de Binnenstad niet meer in,of betalen zich blauw aan parkeergelden!
Ik hou het nog vol,en ga graag naar Cafe Binnenstad, echt volks nog. Hopelijk overleven de bruine kroegen dit College!
jr is al een tijdje niet meer in de stad geweest blijkbaar. Het probleem van de bruine kroeg is iets gecompliceerder dan je doet voorkomen, maar wat maakt het allemaal uit joh