De verkiezing van de Utrechter van het Jaar is er weer. Je zou denken dat je op mensen kunt stemmen die iets bijzonders voor de stad hebben gedaan, zich tomeloos inzetten voor de zwakkeren in ons stadsie, of die ons een beker hebben gebracht.
Kijk naar de genomineerden van de afgelopen jaren en dan klopt die gedachte wel. Van Seumeren, Schippers en zelfs Wielaert waren mijns inziens terechte kandidaten, want ondanks dat ik die Wielaert een hautaine, elitaire papzak vind, heeft hij dingen voor onze stad gedaan waarvoor we hem eeuwig dankbaar mogen zijn. Er is echter ook een aantal politici genomineerd. Pia Dijkstra bijvoorbeeld. Wat zij voor Utrecht gedaan heeft, weet niemand, maar landelijk heeft ze dankzij de Partij voor de Dieren in nauwe samenwerking met de NS – door treinvertraging kon een PvdD-lid niet tegenstemmen – de wet registratie orgaandonatie erdoorheen gekregen. Jeuj.
‘Je verwacht dat de genomineerden iets bijzonders hebben gedaan voor de stad’
Pepijn Zwanenberg is ook genomineerd. Een kleurrijk figuur en een echte idealist waar we er te weinig van hebben. Hij zit bij GroenLinks, wat voor mij dan weer niet hoeft. Hij regelde het regenboogzebrapad en heeft zelf zo’n soort regenboogzebrapad over zijn gezicht en hoofd lopen. Dat gaybrapad bij de Bijenkorf (als het goed is, heeft Jerry Goossens dit woord verzonnen, dus ik vermeld hem maar even als bron) is een schoolvoorbeeld van symboolpolitiek. Er is werkelijk geen potenrammer die denkt: ‘Wat een fijne kleurtjes, vanavond ga ik geen homo’s kapotschoppen, maar ze een kusje geven’. Het gaat natuurlijk om het kweken van bewustzijn, maar ik wil graag dat we daar wat harder in worden. Dat we niet zeggen: ‘Hee homo’s, jullie zijn hier welkom hoor’, maar: ‘Als je homo’s niet accepteert, tiefstraal je maar op’. Eigenlijk wil ik een zebrapad voor potenrammers, zodat ik extra gas kan geven als ze oversteken.
Terug naar de verkiezing. Een politicus hoort niet in zo’n lijstje te staan, die hebben hun eigen verkiezing. Meestal niet jaarlijks, behalve in Italië. Een politicus wordt eens in de vier jaar gewaardeerd of afgestraft door de kiezer. Dat is hun feestje, hun verkiezing. Geen krant hoeft daar een schep bovenop te doen. Ik zie zelf graag mensen op die lijst staan die zich belangeloos – en geen politicus is dat – inzetten voor de stad. Mensen die bij de eenzame oudere op bezoek gaan, bij de voedselbank werken, ga zo maar door. Dus niet mensen die hun werk doen. Ze staan er wel tussen, daarom mijn bindende en ongevraagde stemadvies, waarvoor het waarschijnlijk te laat is als u dit leest, maar goed. Mijn stem gaat naar Gijs Werschkull. Hij bedacht en crowdfundde restaurant Syr, waar nu vluchtelingen kunnen werken. En dat zonder ook maar één cent belastinggeld. Daar kan zelfs de grootste criticaster en azijnzeiker zoals ik niets tegen hebben. Daarnaast behoort (of, helaas: behoorde) de Syrische keuken tot een van de verfijndste en lekkerste ter wereld. Fijne dagen en we spreken weer in 2017!
geen Reacties
ReagerenEr zijn nog geen reacties geplaatst.