De succesvolle Amsterdamse brouwerij Troost gaat een vestiging beginnen in Utrecht. In een werfkelder, waar precies blijft nog even geheim, moet in het voorjaar van 2017 in het centrum van Utrecht een bijzondere plek verrijzen. “We zijn een beetje verliefd geworden op de stad.”

In Amsterdam is de brouwerij in 2013 begonnen aan het Cornelis Troostplein en is daar vanaf de eerste dag een succes. “Dat heeft er denk ik ook mee te maken dat we daar op een mooie, onderscheidende locatie zitten”, vertelt mede-eigenaar Jorrit Lootsma. “Ons eerste vestiging zit in een oud-klooster midden in De Pijp en de andere zit in een oude gasfabriek op het Westergasterrein. In Utrecht hebben we nu ook een oud-monumentaal pand gevonden waarin we onze derde vestiging gaan openen.”

Troost is een brewpub. Een brouwerij en kroeg ineen waar er het laatste jaar meer van zijn verschenen in de stad. Bezoekers kunnen bier bestellen dat rechtstreeks uit de brouwerij komt. De bieren van Troost zijn toegankelijk en er zit relatief weinig alcohol in. Er zijn dertien soorten te bestellen in de brouwerij. “Hieronder zitten onder andere onze variant op pils, onze IPA, maar ook onze eigen gin en in het voorjaar zal ook ons lentebier (dat afgelopen voorjaar hier in Utrecht nog is verkozen tot beste Lentebock tijdens het Bockbierfestval, red.) te bestellen zijn”, vertelt Lootsma.

Maar waarom Utrecht? “We kwamen hier vroeger regelmatig en zijn een beetje verliefd geworden op de stad. We gaan kijken of ons concept Utrecht bevalt. Het moet een fijne plek worden om te verblijven, waar je vanaf een uur of 4 ‘s middags tot na middernacht moet kunnen blijven hangen.”

Op de nieuwe locatie moet nog wel flink verbouwd gaan worden. “We hebben geleerd van onze eerste locatie. Daar zat op een gegeven moment een vrouw met een chardonnay in haar hand met haar rug naar de bar. Die had helemaal niet door dat ze in een brouwerij zat. Daar waken we in Utrecht voor. We willen ervoor zorgen dat je echt op een plek binnenkomt, die je vervolgens niet zo snel meer vergeet”, besluit Lootsma.