De Utrechtse kantinedames: echte clubliefde | De Utrechtse Internet Courant De Utrechtse kantinedames: echte clubliefde | De Utrechtse Internet Courant

De Utrechtse kantinedames: echte clubliefde

De Utrechtse kantinedames: echte clubliefde
Op zaterdag en zondag staat menig Utrechter langs de lijn om daarna het weekendritueel voort te zetten in de voetbalkantine. Gezelligheid kent geen tijd. Dat geldt ook voor de kantinedames, die vaak al jaren achter de bar te vinden zijn. Ze zijn de moeders van de club. Iets is pas echt kwijt als de kantinedame niet weet waar het ligt.

Op zaterdag en zondag staat menig Utrechter langs de lijn om daarna het weekendritueel voort te zetten in de voetbalkantine. Gezelligheid kent geen tijd. Dat geldt ook voor de kantinedames, die vaak al jaren achter de bar te vinden zijn. Ze zijn de moeders van de club. Iets is pas echt kwijt als de kantinedame niet weet waar het ligt.

‘Op moederdag kreeg ik een grote bos bloemen van de jongens’

Kantinedame

Naam: Irma
Leeftijd: 46
Club: VV Voorwaarts
Sinds: 1996

Mijn man begon hier in 1996 met voetballen. Mijn ouders kwamen wel eens kijken. Toen de kantinemedewerker overleed, viel het hier stil. Na een jaar hebben mijn ouders de kantine overgenomen, zij stonden hier al snel zes dagen per week. Ik hielp van begin af aan mee en nam de kantine tien jaar later over. Tegenwoordig springen mijn broer en zusje af en toe bij. Mijn zoon Mike fluit elke zondag. Ook helpt hij mee in de kantine. De sfeer vind ik belangrijk; hebben de jongens het gezellig? Ik begin ’s ochtends met een beetje normale muziek, daarna komt het Hollandse gebeuren. Op zondag begin ik om kwart over acht, want het elftal Zondag 5 moet kwart over negen spelen. Zij blijven zitten tot de laatste ronde, van kwart over zes. Als de laatste Eredivisiewedstrijd is afgelopen, moet iedereen eruit.”

“Ik bak uitsmijters voor de jongens: brood, drie eieren en de ham en kaas laat ik meesmelten. Sommige kantines vinden dat te veel werk, maar een uitsmijter bak je sneller dan een patatje. Op zondag komen bijna alle teams eten, dan maak ik een loempia- of saté-plate. Sommige zondagen is het zo druk dat je de kantine niet meer in komt. De spelers van Zondag 5 zijn kindjes van me, die kwamen hier al toen ze zestien waren. En Zondag 2 kwam op moederdag met een grote bos bloemen, omdat ze vinden dat ik hun moeder ben op zondag. Dat is superleuk, maar ik wil geen team voortrekken, ik vind ze allemaal leuk. Ik sta nooit alleen achter de bar, er is altijd wel een jongen die bijspringt zonder dat ik erom hoef te vragen. Iedereen helpt mee, zo maakt Jan elke maandagochtend alle kleedkamers schoon…. hij wordt volgende maand 86! Elke laatste vrijdag van de maand organiseren we een bingo-avond. Mijn zoon helpt opa dan mee achter de bar, mijn moeder maakt de prijzen en ik draai de bingo. Je koopt voor vijftig cent een lootje. Je wint geen wereldbedrag, maar het is wel leuk.”

‘Baco uit blik verkoopt als een trein’

Kantinedame

Naam: Wil
Leeftijd: 70
Club: Domstad Majella
Sinds: 1988

Ik vind het gezellig om een beetje met de jongens te dollen. Ik ken alle namen uit m’n hoofd, dat is belangrijk en zij vinden dat ook leuk. De jongens drinken natuurlijk veel bier, maar baco uit blik verkoopt ook als een trein. Vroeger hadden we nog breezers, maar die lopen niet meer goed. We hebben geprobeerd ook gezond eten aan te bieden, maar daar trappen de jongens niet in. Ze willen het liefst een lekker patatje oorlog. Dat van mij vinden ze het lekkerst. Ja, dat is natuurlijk leuk om te horen. Ik gooi er een lekkere klodder overheen, ik ga niet lopen hansen in dat kleine bakje naast de friet. Het patatje Ziekenhuis vinden ze ook leuk, met mayo, curry, tomatenketchup, ui en satésaus. De hele rambam eroverheen. Het is best hard werken, ik sta niet alleen achter de bar, maar ook in de keuken. Satésaus maken, uitjes snijden, balletjes gehakt draaien en zorgen dat er voor de jongens thee is tijdens de rust.”

“Ik sta al jaren met mijn man achter de bar. We willen eigenlijk stoppen, maar ja, dan val je in een zwart gat. Ik ben een aantal jaar geleden een keer gestopt, vanwege mijn gezondheid. Maar de jongens misten me. Ik miste hen ook, en vond het maar saai om op zaterdag om thuis te zitten. Niemand bood zich aan om de taak van mijn man en mij over te nemen, dus toen zijn we gewoon weer teruggekomen. Dat is clubliefde, hè. Ik doe het voor de gezelligheid – beetje kletsen met een lekker muziekie aan. Er komen veel oudjes om gezellig te drinken. Soms gaat het er ruig aan toe, maar wel op een fatsoenlijke manier. Er is nooit trammelant. Ik zet vaak Hollandse muziek op, maar house vind ik ook wel eens leuk. Dan zet ik de muziek effe keihard en hoor ik ze roepen vanaf de lijn: “Wil, zachter!” Lachen, joh.”

‘Je doet het voor die vrolijke, bezwete koppies aan de bar’

Kantinedame

Naam: Heidy
Leeftijd: 45
Club: VSC
Sinds:
2011

Ik weet niet beter dan dat je als vrijwilliger iets terugdoet voor de vereniging waar jij of je kinderen sporten. Ik sta al sinds mijn zestiende achter de bar in voetbalkantines. Mijn opa en oma deden dat en ook mijn ouders waren echte verenigingsmensen. Ik ben hier nu een van de jongsten, maar je hoopt natuurlijk dat er steeds meer bijkomen. Veel ouders zeggen dat ze er geen tijd voor hebben. Dan denk ik: hoeveel tijd besteed je aan je telefoon? Vul je tijd nou eens anders in! De ouderen die hier al jaren rondlopen, willen ook wel eens rust. En een vereniging moet natuurlijk ook een beetje verjongen. Ik heb bijvoorbeeld afgelopen seizoen de biljarttafel uit de kantine gehaald, want die werd bijna niet meer gebruikt. In plaats daarvan staan er nu lekkere loungebanken.”

“Ik ben ook bestuurslid jeugdzaken. Daardoor ken ik alle jeugd van gezicht en ook bijna allemaal bij naam. Ze weten mij ook te vinden in de kantine; ik bewaar altijd hun sleutels of telefoons achter de bar. Die kinderen raken alles kwijt tijdens het voetballen; ze denken dan nergens meer aan, waardoor je later het hele veld kunt gaan afzoeken.
Op zaterdag komen alle seniorenteams na hun wedstrijd een clubrondje drinken – dat krijgen ze van ons. En als mijn zoontje heeft gewonnen en met een blij hoofd rondloopt, vind ik dat heerlijk. Er zijn op zaterdag dan een hoop mensen in de kantine en er staat een gezellig muziekje aan. Het is belangrijk dat er een goede sfeer hangt in de kantine, anders nodigt het niet uit om langer te blijven. Na de training krijgt de jeugd limonade van ons. Ze verschijnen met vrolijke, bezwete koppies aan de bar; dat brengt een glimlach op je gezicht. Daar doe je het voor.”

‘Ik doe de was van alle selectieteams, zestien tassen per week’

Kantinedame

Naam: Nel
Leeftijd: 60
Club: Sporting ’70
Sinds: 1987

Ik loop al meer dan dertig jaar rond bij Sporting. Mijn dochtertje wilde op voetbal, zij was het enige meisje van de club in die tijd. Ik begon al snel achter de bar. Wie nu bij de senioren zit, heb ik als baby meegemaakt. Ik ken iedereen wel van gezicht. Als ik door mijn wijk Wittevrouwen loop, hoor ik vaak: “Hé, Nel van Sporting!” Dat is leuk natuurlijk. Jong en oud, iedereen noemt me Nel. Ze hebben me ook steeds nodig hoor. Ik loop hier al dertig jaar, dus kan alle vragen beantwoorden: over het bestuur, of waar de ladder ligt. Ik doe de was van alle selectieteams van de jeugd tot aan de senioren, dat zijn zestien tassen per week. Vroeger vouwde ik alle binnenstebuiten gekeerde kledingstukken nog netjes uit, maar daar begin ik niet meer aan; ik douw alles in de machine zoals de jongens het uittrekken. Zondagochtend om kwart voor acht begin ik hier met wassen. Doordeweeks zit ik vaak in de kantine de schone was te vouwen, maar nooit alleen; er komt altijd wel effe iemand bij me zitten.

“De oude kantine was heilig en gezellig met al dat hout. Nu is het modern en groot, dat moet wel met zoveel leden. Het is echt een mannenvereniging. Doordeweeks ben ik vrijwel de enige vrouw, dan word ik als moeder beschouwd. Ik weet alles en moet veel bewaren voor de jongens: portemonnees, sleutels en telefoons. Elk jaar ga ik mee met de F- en E-kampen, die jochies zijn zes tot tien jaar. Ik neem gehaktballetjes mee van huis en zorg dat ze hun bed in gaan. Even keten mag, dan moeten ze stil zijn. De jeugd wordt steeds brutaler, maar ze weten dat ze van mij hun stoel in de kantine moeten aanschuiven.
In 2008 ben ik samen met mijn man geridderd voor ons vrijwilligerswerk hier, dat was een verrassing. Ik doe het werk al die jaren met blijheid. Als je met tegenzin gaat, ‘ken’ je niet blijven. Ik blijf doorgaan, de club zit in mijn hart.”

2 Reacties

Reageren
  1. Martin

    Van alle vrijwilligers bij een sportvereniging zijn de mensen achter de bar het meest onmisbaar, haha! Leuke herkenbare verhalen, mijn eigen moeder én schoonmoeder stonden ook jaren achter bar. Van de laatste hebben we gisteren op Daelwijck afscheid genomen. Wat mooi dat dit artikel juist vandaag verschijnt …

    ps: de frikandel pindasaus van Wil (Domstad Majella) moet je een keer geproefd hebben!

  2. Jan van polen

    De frikadel zoals Martin al zei moet je geproefd hebben.
    Als jochie van 11 bij de club gekomen en toen stonden ze al in de kantine. 28 jaar later staan ze er nog met dezelfde glimlach het zijn twee uitzonderlijke mensen waar ik het diepste respect voor heb zijn maar weinig mensen die dit doen en volhouden……

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).