Klassieke uitgaanstips: Matteüspassie-passie | De Utrechtse Internet Courant Klassieke uitgaanstips: Matteüspassie-passie | De Utrechtse Internet Courant

Klassieke uitgaanstips: Matteüspassie-passie

Klassieke uitgaanstips: Matteüspassie-passie

Het was in de goede oude dagen van de communistisch-dictatoriaal bestierde Deutsche Demokratische Republik oftewel de DDR, waar ik als inhoudelijk begeleider van zogeheten Bachreizen regelmatig verkeerde (nevenfunctie: postbode tussen progressieve christelijke groepen híer en dissidente mensenrechtengroepjes dáár), dat ik daar op enig moment deze vraag naar voren kwam: hoeveel uitvoeringen vinden er van Bach’s Matthäus Passion jaarlijks in Nederland plaats?

Het gerucht ging namelijk dat Nederlanders wel pap lusten van Bach’s muziek en al helemaal van zijn Matthäus Passion. En dat Bach’s muziek in Nederland meer aftrek vond dan alle muziek van Nederlandse componisten bij elkaar.

Honderden, opperde ik voorzichtig. En dan nog maar in een periode van enkele weken vóór Pasen. Deze mededeling zette de ogen van mijn oost-Duitse gesprekspartners meteen op steeltjes. Het waren brave medewerkers van het Bach Achiv Leipzig – zegmaar het belangenbehartigingsbureau op aarde van de familie Bach en van de sterfiguur van de familie Johann Sebastian in het bijzonder – die natuurlijk geen stap over het toen nog IJzeren Gordijn mochten zetten: daar zijn dictaturen, al dan niet moorddadig, voor.

Maar ze konden zich eenvoudig niet voorstellen dat in het vrijelijke Nederland, dat de omvang heeft van een gemiddelde Duitse deelstaat, meer uitvoeringen van Bach’s muzikale drama over de ondergang en gewelddadige dood van Jezus Christus te beluisteren zouden zijn dan in de gehele DDR en de Bondsrepubliek samen. Wel liebe Freunde, verkondigde ik trots. Zeg maar van Yes.

Al mag die dodelijk-dictatoriale komedie DDR inmiddels op de vuilnisbelt van de geschiedenis zijn beland en blijkt het afkicken van het structurele en alledaagse communisme zich bij de oost-Duitse bevolking razendsnel te hebben voltrokken – dankzij massieve financiële inzet o.a. van de Bondsregering én de Europese Unie, jawohl– nog steeds zijn deze zompen en venen van Schelde, Maas en Rijn jaarlijks vergeven van (letterlijk) ontelbare uitvoeringen van Bach’s Matthëus én Johannes. Want zo gemeenlijk worden deze indrukwekkende passiecomposities van de grote barokmeester hier wel genoemd.

Hausse

Er zijn allerlei theorieën opgekomen (en ook weer verdwenen) waar die Bach- c.q. Matthëushausse van de Nederlanders nou eigenlijk vandaag komt. Want Bach’s toonzettingen van het lijdensverhaal van Onze Lieve Heer volgens de bijbelse beschrijving van ene Johannes en van zijn collega Matthëus, zijn door componist-dirigent Bach van meet af aan bedoeld geweest voor a) luthers-protestantse kerkdiensten op Goede Vrijdag, b) in Bach’s woon- en werkplaats Leipzig en dus c) voor een Duitstalig publiek.

Dit laatste kwam na het einde van de Tweede Wereldoorlog (1939-1945) pijnlijk aan het licht toen het vraagstuk Wat Doen Wij Met De Matthëus? zich aandiende. Immers, de taal van de gehate Duitse bezetter laat staan ook maar enige verwijziging daarnaar, wilde niemand meer in de mond laat staan in de oren hebben. Hier tegenover stond dat de Matthäus Passion van 18deeeuwer Bach wel zo oprecht en ook overdonderend in zijn uitdrukking van godsdienstige en menselijke gedachten en emoties was, dat voor dit gerezen conflict een oplossing gevonden moest worden. En een goede. Dit gold overigens ook voor Beethoven’s Negende (met in de finale Schiller’s Ode an die Freude) en Mozart’s Zauberflöte: maar dit is een verhaal apart.

Die oplossing kwam er. En wel in de vorm van een vertaling van het oorspronkelijke Duitstalige libretto van ene Picander – schuilnaam voor de Letterengevoelige postmeester van Bach’s Leipzig, ene Christian Friedrich Heinrici – die de Utrechtse dichter Jan Engelman gewetenvol in elkaar had gedraaid. Het betrof hier zowaar een opdracht van staatswege die Engelman van de toenmalige minister voor de kunsten Gerard van der Leeuw had gekregen. Dat waren nog eens tijden: Bach raison d’état aux Pays-Bas.

Engelman had dat maar beter kunnen laten want toen een keurig Toonkunstkoor zijn nauwkeurige vertaling van Picander’s origineel uit ieders strot liet galmen, dat was tijdens een stemmig passieconcert, bleken de niet-bijbelse delen van de Matthëus Passie wel zo sterk op ieders lachspieren te werken – let wel, dat was in een tijd waarin God en godsdienstigheid met een algemeen soort zwaarte waren omgeven – dat deze exercitie maar heel snel in het Grote Vergeetboek werd opgeborgen. De poëtische uitingen in de Matthäus Passion, de aria’s met name, bleken in de letterlijke Nederlandse vertaling van een zoetelijkheid te getuigen die gewoon niet om te banken was.

Dit vergeten lijkt ook het geval te zijn bij de ‘hertaling’ van Bach’s Matthäus Passion die liedzanger, theaterman en radiopresentator Jan Rot enkele jaren geleden maakte. Na een met veel publicitaire tamtam omgeven première in Den Haag, door het Residentiekoor en -orkest onder leiding van dirigent Jos Vermunt, is op dit project de stilst mogelijke stilte neergedaald. Of anders gesteld: mij is niet bekend dat na die Haagse première andere uitvoeringen elders zijn gevolgd.

Ging Engelman er toentertijd vanuit dat het toenmalige Matthëuspubliek vertrouwd was met de Bijbel, met bijbelse taal en met (protestants-)christelijke theologie; Jan Rot daarentegen meende – en terecht – dat Bach- en Matthëusliefhebbers uit het begin van de 21steeeuw in weinig gevallen nog wel iets van de bijbelse achtergronden ervan weten respectievelijk kunnen weten, hoe oppervlakkig ook, maar dat dit voor het overgrote deel eigenlijk helemaal niet geldt.

Het is voor hen gáán voor Bach’s dramatische muziek over de ondergang en geweldadige dood van een oprecht, geïnspireerd en blijkbaar inspirerend mens van vlees en bloed. En dus wordt er in zijn hertaling van de oorspronkelijke passietekst veel meer uitgelegd aan bijbelse en ook theologische achtergronden, vaak heel speels, dan voor een ‘ingewijde’ noodzakelijk is.

Snappen

Wellicht is dit dan ook precies de reden waarom vertalingen van vreemdtalige teksten in composities van buitenlandse meesters het eigenlijk niet zo goed doen hier. ‘We’ snappen wel zo ongeveer waarover bijvoorbeeld Tosca van Puccini gaat. Maar meegesleept worden door de muziek zelf, dat is pas je Ware. Tekstboekjes met toelichtingen en vertalingen helpen dan om te begrijpen waarover het allemaal gaat, zo’n beetje. Maar om nou te zwemmen in de precieze betekenis van al die gezongen taal? Mwaa…

Het komt natuurlijk wat dichter op de huid wanneer in composities het Duits aan de orde komt – niet verder vertellen, maar het Nederlands en het Duits zijn sterk-verwante talen; het Italiaans van Puccini is dit gewoon helemaal niet – maar ook dit moet niet overdreven worden. Ooit echt gehóórd in opera’s van Wagner waarover het, temidden van het vrij frequent voorkomende meeslepende orkestrale geweld, gaat? En dan dat eeuwig stafrijm van de man! Dodelijk vermoeiend.

Bach’s Matthäus Passion is een van de grote repertoirestukken van het Utrechtse Toonkunstkoor – onderdeel van de ‘Maatschappij tot Bevordering der Toonkunst’, een van de oudste muziekorganisaties van het land, die muziekscholen, conservatoria, de muziekwetenschap en tientallen lekenkoren van de grond heeft getild; geen klein bier dus – en zal komende zaterdag tot klinken worden gebracht in de Rode Doos. Natuurlijk in de oorspronkelijke taalversie van eerdergenoemde Picander en met een (dubbel)orkest dat raad weet met de uitvoeringspraktijken zoals Bach die in zijn tijd kende, mét het daarbij behorende instrumentarium natuurlijk.

Dirigent van het Toonkunstkoor is Jos Vermunt die ooit – inderdaad – Jan Rot’s Matthëusexperiment voor het voetlicht bracht. Praten we niet meer over.

ZATERDAG 23 MAART 2013

Matthäus Passion van Johann Sebastian Bach door het Toonkunstkoor Utrecht, solisten, het Florilegium Musicumorkest m.m.v. de Kathedrale Koorschool Utrecht. Het geheel staat onder leiding van Jos Vermunt.

Muziekcentrum Vredenburg Leidsche Rijn (‘Rode Doos’). Aanvang 19.30 uur.

4 Reacties

Reageren
  1. Ineke van der Heide

    En vrijdagavond, de 22e vindt om 19.00 uur in de St Aloysiuskerk de uitvoering plaats door de Utrechtse Oratorium Verenging, o.l.v. Roel Vogel , met solisten en met medewerking van het Orkest van de Utrechtse Bachcantatediensten en de Kathedrale Koorschool.
    Dit concert wordt opgedragen aan Johan van de Camp, de vroegere dirigent van het koor, die in augustus 2012 is overleden.

  2. Ineke van der Heide

    En vrijdagavond, de 22e vindt om 19.00 uur in de St Aloysiuskerk de uitvoering plaats door de Utrechtse Oratorium Verenging, o.l.v. Roel Vogel , met solisten en met medewerking van het Orkest van de Utrechtse Bachcantatediensten en de Kathedrale Koorschool.
    Dit concert wordt opgedragen aan Johan van de Camp, de vroegere dirigent van het koor, die in augustus 2012 is overleden

  3. Klassieke Muziek

    Op http://www.klassiekemuziek.nl vind je meer dan duizend klassieke concerten, waarvan bijna 100 uitvoeringen van de Matthäus-Passion.

  4. Klassieke Muziek

    Op http://www.klassiekemuziek.nl vind je meer dan duizend klassieke concerten, waarvan bijna 100 uitvoeringen van de Matthäus-Passion.

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).