Waar eind december vorig jaar het voorbereidingsbesluit om woningsplitsing in een aantal Utrechtse wijken tegen te gaan door de gemeenteraad werd aangenomen, lijkt het probleem zich inmiddels te verplaatsen. Dat meldt dnu.nu in een artikel op haar website. Bewoners van de Croeselaan constateren dat het splitsen van woningen, inmiddels verboden in een deel van de wijk, elders in de wijk gewoon doorgaat. 

De door het college van burgemeester en wethouders eerder aangekondigde maatregelen tegen het splitsen van woningen in tien buurten in Utrecht, waaronder de Dichterswijk West, hebben volgens bewoners niet het gewenste effect. Het college beloofde samen met de werkgroep woonbeleid, wijkraden en ontwikkelaars dit jaar nog ontheffingsgronden voor splitsing uit te zullen werken. De individuele beoordeling van de leefbaarheid van de buurt komt daarbij centraal te staan. Dat is belangrijk omdat woningsplitsing wél mogelijk moet blijven vanwege het enorm huisvestingsprobleem in de stad. Voor veel mensen is een gesplitst appartement de eerste stap op de woningmarkt. Te veel splitsen in wijken leidt echter tot negatieve gevolgen als verslechtering van de leefbaarheid en sociale samenhang. Door de mogelijkheden aan banden te leggen, zou nieuwe overlast voorkomen moeten worden. Maar waar sommigen bij de aankondiging van de maatregelen al voor vreesden, het verplaatsen van het probleem, lijkt zich in de Dichterswijk nu te voltrekken. Uit het artikel op dnu.nu blijkt dat het splitsingsverbod alleen geldt in het deel tussen de Croeselaan en het spoor. De straten elders in de wijk, tussen de Croeselaan en Parkhaven, vallen niet onder het verbod. En daar ligt nu een vergunningsaanvraag voor het uitbouwen van een pand en de splitsing ervan in acht woningen. Voor de eigenaren van de naastgelegen appartementen betekent de splitsen dat ze, als de vergunning wordt verleend, tegen een blinde muur aan zullen kijken van9 meterhoog bij twaalf meter lang. Die muur zal een groot deel van hun zonlicht wegnemen. Onduidelijk is of omwonenden zich met succes tegen het verlenen van de vergunning kunnen verzetten. Overigens speelt het probleem ook in andere Utrechtse wijken. 

Bij woningsplitsen wordt een woning verbouwd tot meerdere zelfstandige appartementen die afzonderlijk worden verhuurd of verkocht, bijvoorbeeld aan starters. De gemeente wil in overleg met belangenorganisaties van studenten en verhuurders de mogelijkheden onderzoeken om een keurmerk in te stellen om zo de kwaliteit van de kamerverhuur te stimuleren. Ook wil het college als uiterste middel de bevoegdheid hebben om de vergunning bij structurele overlast in te kunnen trekken. Dit moet in de Regionale Huisvestingsverordening geregeld worden. Voor deze aanpassing is instemming van het Bestuur Regio Utrecht (BRU) nodig. Bij instemming kan de intrekkingsgrond per 1 juni 2012 van kracht worden.