De historische vereniging Oud-Utrecht maakt voor DUIC wandelingen door de stad, op zoek naar bijzonder erfgoed. Dit keer gaan we op zoek naar de verdwenen gasspoorlijn.
In 1859 besluit het stadsbestuur van Utrecht om het gas voor de straatverlichting niet langer te betrekken van de particuliere gasfabriek De Heus op het Vredenburg, maar een gemeentelijke gasfabriek op te richten buiten de singels. Het oog viel op een terrein tussen de Wittevrouwensingel en de Biltse Grift. De voor de gasproductie benodigde steenkolen konden hier gemakkelijk via de singel worden aangevoerd. In 1862 kwam de nieuwe gasfabriek gereed met aan de singel een administratiegebouw en een directeurswoning en daarachter de fabrieksgebouwen.
Tekst loopt door onder de foto

Via een smalspoortje werden de kolen van een loskade aan de Wittevrouwensingel aangevoerd. De gasfabricage groeide in hoog tempo, daar gas ook steeds meer werd gebruikt voor de verlichting van gebouwen en woningen en later ook voor koken en verwarming. In de loop der jaren werd de gasfabriek steeds verder uitgebreid. Langs de Blauwkapelseweg werden steeds meer installaties en gashouders gebouwd, ook ten noorden van de Biltse Grift. Daarbij groeide de behoefte aan steenkool. Om de aanvoer daarvan te verbeteren legde in 1881 de Nederlandsche Centraal Spoorwegmaatschappij (NCS) een speciale spoorlijn aan die de fabriek verbond met hun spoorlijn van Utrecht naar Zwolle. Vanaf de aftakking niet ver van de spoorwegovergang bij Blauwkapel liep het lijntje in rechte lijn door de weilanden naar de gasfabriek. De gasfabriek bleef in gebruik tot 1959, werd gesloopt en het spoorlijntje werd opgeheven.
De locomotiefloods
We gaan op zoek naar sporen van dit bijzondere spoorlijntje. We beginnen onze wandeling bij de Kleine Singel waar het enige gebouw dat nog over is van de oude gasfabriek te vinden is: het oude administratiegebouw uit 1862, dat nu een hostel voor mensen met verslavingsproblemen is. We wandelen over het brede natuurstenen wandelpad van het Griftpark, dat na de sloop van de gasfabriek en na jarenlange strubbelingen op het terrein is aangelegd. Van het spoorlijntje is niets meer te zien, hoewel er op deze plek toch verschillende sporen hebben gelopen. Alleen in de tuin van de kinderboerderij, vlak bij de uitgang naar de Van Swindenstraat, is nog iets van de gasfabriek te zien: daar is de pinakel opgesteld die vroeger het dak van de locomotiefloods bekroonde.
Tekst loopt door onder de foto

De kolenwagons werden met NCS-locomotieven naar de fabriek gebracht, maar de fabriek had een rangeerlocomotief, Marie genaamd, die een eigen loods had op het fabrieksterrein. Als we het Griftpark via het hek verlaten, zien we direct rechts een fototentoonstelling die de geschiedenis van de gasfabriek en het Griftpark toont. Het gasspoorlijntje liep hierlangs en kruiste daarna wat toen de Ezelsdijk was en nu de Kardinaal de Jongweg is, om verder door Tuindorp te gaan.
Tuindorp
Toen het spoorlijntje werd aangelegd was er nog geen sprake van Tuindorp. Daar in de weilanden kon de spoorlijn tweesporig gemaakt worden, zodat er ruimte was om treinen op te stellen en te rangeren. Toen vanaf 1930 Tuindorp werd gebouwd, moest er bij het ontwerp rekening worden gehouden met de spoorlijn. Nu het lijntje al lang is opgeheven, is de loop ervan nog steeds goed te zien en is de kaarsrechte route prima te bewandelen. Na het oversteken van de Kardinaal De Jongweg lopen we na een kort stukje Eykmanlaan langs de achterzijde van de huizen aan de Eykmanlaan, de Lovinklaan en de Pullelaan waar een gedeelte van het tracé wordt gebruikt als opslagplaats voor bouwmateriaal, terwijl de meeste ruimte nu wordt ingenomen door garages en opslagboxen. Nadat we de Melchior Treublaan zijn overgestoken lopen we door het Professorenlaantje, waarvan de tuinen precies op het vroegere spoorwegtracé liggen.
Tekst loopt door onder de foto

Het Zwarte Water
Omdat we bij de Leonard Fuchslaan op een bosje en het Zwarte Water stuiten, steken we die vaart over naar de Reinwardtlaan. De plek waar de gasspoorlijn het Zwarte Water kruiste is nog steeds te zien: daar waar in de rij fraaie bomen langs het water er enkele ontbreken. Ook is nog goed te zien waar het spoorlijntje de Van Bemmelenlaan kruiste. Het hoekhuis staat los van de rest van de straat, wat in Tuindorp niet veel voorkomt. Door die opening reden de treinen. De huizen aan de Hugo de Vrieslaan en de J.P. Thijsselaan staan verder uit elkaar dan bij de andere straten van Tuindorp. Bij de bouw van die straten liep daar het lijntje dat bij de huidige Albrecht Thaerlaan met een boog aansloot op de spoorlijn naar Zwolle. Hier eindigt onze wandeling.
Tekst loopt door onder de foto

Van de spoorbruggen over de Biltse Grift, het kanaal bij de Ezelsdijk en over het Zwarte Water is niets meer te zien. De spoorlijn kruiste ook vele wegen, vanaf de jaren dertig vooral in Tuindorp. Overwegen waren er niet: de goederentreinen, die vooral op zondag en ’s nachts reden, deden dat stapvoets en werden steeds begeleid door een spoorwegman met een rode vlag, die steeds dezelfde wandeling maakte als wij nu over het inmiddels verdwenen spoorlijntje.
Tekst: Herman de Wit
Tips om verder lezen bij Oud-Utrecht.
Je kunt hier lid worden van Oud-Utrecht.
6 Reacties
ReagerenHet uitzicht op de foto met de loc richting Eijkmanlaan heb ik vanuit mijn zolderraam nu. Kan uit mijn huis genomen zijn of dat van mijn buren. Is het huisnummer en het jaartal bekend?
Wat een interessant verhaal!
Dank, kaartje zou het nog helderder maken.
@Herman, op Topotijdreis kunt u de kaart van 1954, met wit spoorlijntje tussen de huizen door, vergelijken met de kaart van nu: https://www.topotijdreis.nl/vergelijk/kaart/1954/kaart/2022/@137355,457561,9.71
Het lijntje liep o.a. vlak langs wat nu mijn tuin is. Als ik wat dieper graaf kom ik soms steenkool en steenkoolslak tegen. En een enkel bewerkt dierenbot. Mogelijk is het spoor ook voor de Benenkluif gebruikt?
Met vriendelijke groet,
PeterH
@Jacob dank. Zou een actueel kaartje ook leuk vinden.
@ Statler: De Benekluif lag veel westelijker, en had zijn eigen (veel kortere) spoorwegaansluiting. Die is te zien op het kaartje waar Jakob naar verwijst.