Gerard schrijft boek over westelijke deel van Utrechtse binnenstad: ‘Catharijne verdient eigen verhaal’ Gerard schrijft boek over westelijke deel van Utrechtse binnenstad: ‘Catharijne verdient eigen verhaal’

Gerard schrijft boek over westelijke deel van Utrechtse binnenstad: ‘Catharijne verdient eigen verhaal’

Gerard schrijft boek over westelijke deel van Utrechtse binnenstad: ‘Catharijne verdient eigen verhaal’
Gerard Aaftink bij de Vredenburgkade/Catharijnesingel. Het reliëf toont de Catharijnepoort die op deze plek gevestigd was.
Wie aan Utrecht denkt, ziet al snel de Dom, de Oudegracht en het gebied binnen de singels voor zich. Maar er is een ander deel van de stad dat minstens zo bepalend is voor het heden én de toekomst van Utrecht: Catharijne.

Wie aan Utrecht denkt, ziet al snel de Dom, de Oudegracht en het gebied binnen de singels voor zich. Maar er is een ander deel van de stad dat minstens zo bepalend is voor het heden én de toekomst van Utrecht: Catharijne.

Catharijne kent een rijke maar onderbelichte geschiedenis. Gerard Aaftink, geboren en getogen in Utrecht, schrijft er een boek over. Hij vertelt erover op een terras aan de Catharijnesingel. Gerard: “We zitten hier op het punt wat ooit het kruispunt van Nederland was. In de Middeleeuwen liep de Rijn door Utrecht en splitste de Vecht bij het Domplein van de Rijn af. Het transport over de Rijn en Vecht was het begin van dit markante kruispunt.”

Aaftink vertelt verder: “Hier zijn in de middeleeuwen oorlogen gevoerd. Waar we nu zitten, stond vroeger kasteel Vredenburg. Catharijne en het gebied binnen de singels waren twee verschillende werelden. Over de wereld van Catharijne is nauwelijks iets geschreven. De hoogste tijd om aandacht te besteden aan dit dynamische deel van de stad!”

Een verhaal dat verteld moet worden

Het idee voor het boek ontstond toen de Utrechtse schrijver als lid van het Stadsteam mocht meepraten over het ontwerp van een nieuw gebouw op het Jaarbeursplein. “We bespraken de vraag wat dat gebouw typisch Utrechts zou maken. Tijdens die gesprekken viel het me op hoe weinig bekend is over de geschiedenis van dit deel van de stad. En dat terwijl juist hier al 2000 jaar wordt gewoond, gewerkt en gebouwd.”

Hoewel er veel boeken over Utrecht zijn verschenen, richten die zich volgens Aaftink vooral op de oude binnenstad. “Catharijne – het gebied tussen Vredenburg, de Oudegracht, Wijk C, Hoog Catharijne, het Beurskwartier, de Jaarbeurs en Lombok – komt daarin vaak alleen zijdelings aan bod. Terwijl dit deel van de stad zich in rap tempo ontwikkelde van buitengebied tot het moderne centrum.”

Vanuit Catharijne bekeken

Aaftink kiest bewust voor een perspectief van binnenuit: het verhaal van Catharijne wordt verteld vanuit de wijk zelf en haar bewoners. “Traditioneel werd alleen het gebied binnen de singels als ‘de stad’ gezien. Catharijne lag daar letterlijk en figuurlijk buiten. De bewoners, vaak katholiek en minder welvarend dan de mensen binnen de muren, hadden een andere status en identiteit.”

Om dat perspectief invoelbaar te maken, laat Aaftink het verhaal beginnen bij zijn betovergrootmoeder, de oma van zijn oma van vaderskant, Elisabeth van Huussen. Hij wijst naar een enorme hijskraan een paar honderd meter verder: “Daar heeft zij gewoond. Zij runde eind 19e eeuw een blekerij aan het Leidseveer, op het huidige Smakkelaarsveld. Elisabeth staat symbool voor de gewone bewoners van Catharijne, mensen die vaak toeschouwer waren bij de grote veranderingen, maar die wél het dagelijkse leven in dit gebied vormgaven.”

Kanteljaren en breuklijnen

Het boek is opgebouwd rondom zogenoemde kanteljaren: momenten waarop de ontwikkeling van Catharijne een beslissende wending nam. Aaftink noemt het jaar 1122, toen Utrecht stadsrechten kreeg en de stadsmuren werden aangelegd – Catharijne kwam toen letterlijk buiten de stad te liggen. Of 1672 het Rampjaar, toen de gevolgen van de reformatie zichtbaar werden: de katholieke voorstad verloor zijn economische betekenis. In 1948 besloot de gemeente om de stadsontwikkeling voortaan actief te sturen – Catharijne werd vanaf dat moment een speerpunt van vernieuwing.

Aaftink concludeert: “Door die kanteljaren krijgt de lezer inzicht in hoe het gebied zich ontwikkelde van agrarisch buitengebied waar vee werd gehouden en graan en fruit werd verbouwd tot een volwaardig stadsdeel en vooral: hoe bewoners die ontwikkeling ervoeren. Het geeft een andere blik op de stad Utrecht.”

Nog lang niet af

Aaftink heeft tweeënhalf jaar aan het boek gewerkt, dat naar verwachting in november van dit jaar verschijnt. “Het verhaal van Catharijne is niet af,” zegt hij. “Utrecht wordt groter en Catharijne als centrum groeit mee. Met de voortdurende bouwprojecten en herontwikkelingen blijft dit gebied een belangrijke motor van vernieuwing. Daarom is het goed dat we ook de geschiedenis kennen. Die helpt ons begrijpen waar we vandaan komen, en hoe we keuzes maken voor de toekomst.”

Intekenen als vorm van steun

Aaftink: “In augustus starten we met crowdfunding. Mensen die interesse hebben, kunnen helpen om het boek mogelijk te maken en natuurlijk krijgen zij het straks als eerste thuisbezorgd.”

Hieronder het eerste verhaal van Gerard.


Wie was Catharijne?

Catharijnesingel, Hoog Catharijne, Catharijneconvent, Buiten Catharijne, Sint Catharinakathedraal, Catharijnepoort: De naam Catharijne komt vaak voor in Utrecht. De heilige Catharijne is duidelijk een belangrijke persoon voor de stad Utrecht. Maar wie was Catharijne eigenlijk?

De heilige Catharijne was een dochter van Costus, de gouverneur van Alexandrië. Ze werd Catharijne genoemd, dat betekent ‘reine’. Haar geboortedatum is onbekend, wel weten we dat ze overleed in het jaar 307. Naar verluid was ze knap en intelligent. Ze las filosofische werken en christelijke geschriften. Het geloof in Jezus was erg belangrijk voor haar, ze legde al jong de gelofte van maagdelijkheid af. Catharijne zette zich met name in voor hulpelozen en zwakken. Haar feestdag is 25 november.

Keizer Maxentius werd verliefd op haar maar Catharijne weigerde elke vorm van een relatie. Haar geloof was belangrijker dan een relatie met de keizer. De keizer probeerde haar te overtuigen via discussies met geleerden. Maar dat pakte verkeerd uit: de geleerden lieten zich door haar overtuigen en werden christen. Daarna dreigde de keizer met marteling. Ook dat overtuigde haar niet.

Uiteindelijk werd Catharijne gedood. Pogingen om haar te verpletteren met een rad mislukte, evenals de poging om haar te verbranden. Uiteindelijk is ze onthoofd. Haar lichaam zou door engelen naar de berg Sinaï zijn gebracht, aldus de legende.

Catharijne wordt dikwijls afgebeeld met een zwaard in haar ene hand en een boek in de andere. Naast haar staat gewoonlijk een (gebroken) rad en onder de zoom van haar jurk is soms het gekroonde hoofd van de keizer afgebeeld.

Tekst loopt door onder afbeelding

Detail van het altaarstuk van Cartuja de Miraflores. Foto: Fernando Garcia Esteban/iStock

De legende

In de zesde eeuw werd een biografie over Catharijne geschreven. In de zevende en achtste eeuw ontstonden in het oosten vele legenden over Catharijne. Rond het jaar 800 werden haar overblijfselen op de berg Sinaï door pelgrims ontdekt. Ter herdenking van Catharijne werd daar het naar haar vernoemde klooster gebouwd.

Kruisvaarders maakten tijdens hun verblijf in het Midden-Oosten kennis met de legende. De orde van de Johannieters bouwden in het jaar 1023 in Jeruzalem een ziekenhuis voor noodlijdende pelgrims. Via de ziekenhuizen van de kruisvaarders kwam de legende naar het westen. In de elfde eeuw werd haar biografie in het Latijn vertaald. Ze werd op vele plaatsen vereerd en er ontstonden pelgrimsoorden die aan haar gewijd werden.

Geloof en bijgeloof

In de 14e eeuw was Catharijne binnen het katholieke geloof één van de zogenaamde noodhelpers, ook wel één van de “veertien heilige helpers” genoemd. Zij werden heilige helpers genoemd omdat zij een bepaalde ziekte of aandoening zouden genezen. Volgens de legende over Catharijne stroomde er na haar dood melk uit haar borsten, die de stad van de pest bevrijdde. Daarom werd Catharijne door gelovigen aangeroepen tegen de pest. Ook werd ze gezien als beschermster van kuisheid en als beschermster tijdens bevallingen.

Catharijne wordt in verschillende spreuken genoemd; “vriest het op Sint-Katrien, dan vriest het nog zes weken nadien” en “met Cathrijn moeten alle koeien aan de lijn”, dat wil zeggen op stal staan. Het gebruik “Sint Cathrijnsmelken” gaat nog een stap verder. Koeien die op 25 november nog in de wei staan mogen door voorbijgangers gemolken worden zonder vergoeding aan de eigenaar. Dit gebruik is in de jaren 50 uitgestorven.

Catharijne in Utrecht

De kruisvaarders van orde van Johannieters bezochten Utrecht en introduceerde de legende van Catharijne. De Johannieters vestigden zich aan een open veld, dat nu het Vredenburg is. Daar stichtten de Johannieters het Sint Catharijneklooster. Het onbebouwde gedeelte van het veld werd het Catharijneveld genoemd.

Catharijne heeft blijvend een grote stempel op de stad Utrecht gedrukt. Veel straten, gebouwen en organisaties zijn naar haar genoemd. Toch komt ze er nu als heilige in Utrecht bekaaid van af. De stad heeft geen standbeeld van haar, in de musea zijn er weinig afbeeldingen van haar te vinden en haar feestdag 25 november ter herinnering wordt niet gevierd.

geen Reacties

Reageren

Er zijn nog geen reacties geplaatst.

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).