Kunst aan gebouwen: Dierenkoppen aan het Anatomiegebouw | De Utrechtse Internet Courant Kunst aan gebouwen: Dierenkoppen aan het Anatomiegebouw | De Utrechtse Internet Courant

Kunst aan gebouwen: Dierenkoppen aan het Anatomiegebouw

Kunst aan gebouwen: Dierenkoppen aan het Anatomiegebouw
Dierenkoppen door Hendrik van den Eijnde, 1920 (foto: Arjan den Boer)
Net als tijdens de Wederopbouw beleefde de monumentale kunst aan gebouwen een bloeitijd rond 1920, de periode van de Amsterdamse School. Architecten en kunstenaars werkten intensief samen, waarbij de eersten de regie hadden. Utrecht kent bekende en onbekende voorbeelden.

Net als tijdens de Wederopbouw beleefde de monumentale kunst aan gebouwen een bloeitijd rond 1920, de periode van de Amsterdamse School. Architecten en kunstenaars werkten intensief samen, waarbij de eersten de regie hadden. Utrecht kent bekende en onbekende voorbeelden.

Veel Utrechters kennen – zonder het te weten – het werk van Hendrik van den Eijnde (1869-1939). Hij was namelijk de beeldhouwer van de zwarte beelden in de hal van het postkantoor aan de Neude. Minder bekend zijn z’n dierenkoppen aan het Anatomiegebouw, het ‘zusje’ van het postkantoor op het Veeartsenijterrein langs de Biltse Grift (Bekkerstraat 141). Dit pand werd net als het postkantoor rond 1920 ontworpen door architect Joseph Crouwel van de Rijksgebouwendienst.

Crouwel werkte vaak samen met Van den Eijnde, voor het eerst aan het Anatomiegebouw. Als architect in de trant van de Amsterdamse School waren decoraties zoals beelden voor hem van groot belang. Idealiter moesten ze de functie van het gebouw zichtbaar maken. Vandaar de beelden in het postkantoor van de werelddelen – door post en telegrafie met elkaar verbonden – en de dierenkoppen aan het gebouw voor Veterinaire Anatomie, waar immers veeartsen werden opgeleid.

De zandstenen koppen zitten zowel binnen in de hal als aan de buitenkant van de twee halfronde traptorens ter weerszijden van de entree. Ze stellen paarden, koeien, geiten, rammen en varkens voor. De stijl is gestileerd en licht karikaturaal, minder statig dan in het postkantoor. Ze steken uit de traptorens als rechte blokken die eindigen in koppen, alsof het lijf er wel aan zit maar onuitgewerkt is gebleven.

Eigen karakter

Het beeldhouwwerk is niet op het gebouw ‘geplakt’ maar vormt daarmee een eenheid. De dierenkoppen in de hal lijken de bakstenen kolommen van het dak te dragen. De koppen buiten lijken wel de uiteinden te vormen van da balklagen van de trappenhuizen. Toch moesten beelden volgens Van den Eijnde niet té veel opgaan in het gebouw. Hij zei: ‘Groot en sterk moet de beeldhouwkunst staan in haar eigen karakter en niet worden opgeslokt door de Architectuur, maar gastvrij daarin opgenomen, een eenheid vormend door tegenstellingen, een fijnere tinteling van kanten en vlakken in de groote abstracte massa van het bouwwerk zelf.’

Van den Eijnde beeldhouwde de zwarte beelden in de hal van het postkantoor aan de Neude

Hendrik van den Eijnde kwam uit Haarlem. Begonnen als lijstenmaker volgde hij tekenlessen en ging vervolgens in de leer bij de beeldhouwers Franciscus Stracké en Johannes Maas. Na in Haarlem te hebben bijgedragen aan de Nieuwe Sint Bavo van architect Joseph Cuypers specialiseerde Van den Eijnde zich in kunst aan gebouwen. Hij kreeg rond 1916 de leiding over het beeldhouwersatelier van het Scheepvaarthuis in Amsterdam, het legendarische eerste Amsterdamse School-gebouw. Daar werkte hij met Hildo Krop en Anton Rädecker.

De beeldhouwer was vanaf 1917 vast verbonden aan de Dienst Rijksgebouwen in Den Haag. Drie dagen per week werkte hij daar en drie dagen als zelfstandig kunstenaar. Behalve de beelden in Crouwels postkantoren en onderwijsgebouwen ontwierp hij beeldhouwwerk voor Radio Kootwijk en later voor de Haagse Bijenkorf. Hij was ook redactielid van Wendingen, het ‘lijfblad’ van de Amsterdamse School over architectuur en ontwerp.

Punteermachine

Van den Eijnde was geen beeldhouwer in letterlijke zin: hij modelleerde zijn beelden in klei, waarna assistenten het werk uitvoerden in steen. Dit gebeurde met behulp van een punteermachine, een meetinstrument met metalen stangen en gewrichten (een soort passers). Hiermee konden beelden als het ware gekopieerd worden. Het voordeel was dat tijdens het ontwerp fouten gecorrigeerd konden worden zonder natuursteen te verspillen, en dat de opdrachtgever zijn akkoord kon geven voordat het werk definitief was.

Ook was het tijdens de bouw praktischer om eerst ruwe steenblokken aan te brengen, en die daarna ter plekke uit te houwen – met hulp van het punteerapparaat dus en een gipsafgietsel van het kleimodel (dat veilig bewaard bleef). Zo moet het ook aan het Anatomiegebouw gegaan zijn, bovenop de bouwsteigers. In het Postkantoor moesten de rechthoekige steenblokken wegens geldgebrek zelfs vijf jaar wachten voordat ze uitgehouwen werden, maar het Anatomiegebouw was gelukkig al af toen de bezuinigingsgolf woedde die Van den Eijnde zijn baan kostte.

Restauratie

Na het vertrek van de veeartsen naar de Uithof deed het Anatomiegebouw dienst als kinderdagverblijf en theaterkantoor. In 2015 verkocht de gemeente het aan AST Farma, een veterinair farmaceutisch bedrijf. De renovatie is nu vrijwel afgerond. Ook de beelden aan de traptorens, door weer en wind in slechte staat geraakt, zijn daarbij mooi gerestaureerd zodat de dieren weer herkenbaar zijn.

Een eeuw geleden moest gevelkunst de functie van een gebouw zichtbaar maken. In onze tijd van flexkantoren en vluchtig vastgoed zijn gebouwen uitwisselbaar geworden. Daarom is het zo mooi dat er binnenkort weer veeartsen in het Anatomiegebouw komen, zij het voor bijscholing, en zelfs al zijn er ook appartementen nodig om het geheel te bekostigen.

Arjan den Boer

Arjan den Boer

Arjan den Boer is publicist over geschiedenis, design, monumenten en architectuur. Voor DUIC schrijft hij dit jaar over verdwenen villa's in Utrecht.

Profiel

1 Reactie

Reageren
  1. Martien Schwencke

    Weer een prachtige inhoudelijke bijdrage van Arjan !!

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).