Verdwenen musea: Zilver- en klokkenmuseum in het Catharijneconvent | De Utrechtse Internet Courant Verdwenen musea: Zilver- en klokkenmuseum in het Catharijneconvent | De Utrechtse Internet Courant

Verdwenen musea: Zilver- en klokkenmuseum in het Catharijneconvent

Verdwenen musea:  Zilver- en klokkenmuseum in het Catharijneconvent
Torenuurwerk uit 1541 in het Catharijneconvent (Het Utrechts Archief)
Het Catharijneconvent aan de Lange Nieuwstraat heeft in verschillende periodes in meerdere vleugels diverse musea gehuisvest. Zo begonnen hier in de jaren vijftig van de vorige eeuw het Museum van Speeldoos tot Pierement en het Nederlands Goud-, Zilver- en Klokkenmuseum. Het waren de voorgangers van Museum Speelklok, tegenwoordig in de Buurkerk gevestigd, en het Nationaal Zilvermuseum in Schoonhoven.

Het Catharijneconvent aan de Lange Nieuwstraat heeft in verschillende periodes in meerdere vleugels diverse musea gehuisvest. Zo begonnen hier in de jaren vijftig van de vorige eeuw het Museum van Speeldoos tot Pierement en het Nederlands Goud-, Zilver- en Klokkenmuseum. Het waren de voorgangers van Museum Speelklok, tegenwoordig in de Buurkerk gevestigd, en het Nationaal Zilvermuseum in Schoonhoven.

In 1938 opende in een belastingkantoor aan het Janskerkhof 13a het Nederlands Waarborgmuseum. Oprichter was B.J.J. van Baaren, controleur van het Waarborgkantoor dat toezag op de merktekens voor het gehalte van edelmetalen. De collectie bevatte oorspronkelijk alleen attributen die met het keuren van goud en zilver te maken hadden, maar al snel werden er ook zilveren voorwerpen en gereedschappen voor de edelsmederij aan toegevoegd.

Na tien jaar verhuisde Het Nederlands Waarborgmuseum naar een vleugel van het voormalige kloostergebouw het Catharijneconvent, waar het de plaats innam van het Brandweermuseum. Bij die gelegenheid werd voor een nieuwe naam gekozen: Nederlands Goud- en Zilvermuseum, Keur en Ambacht. Zo werd duidelijk gemaakt dat het niet alleen om waarborgen ging maar ook om het ambacht van edelsmid. De zilvercollectie zou uitgroeien tot het belangrijkste onderdeel, een overzicht van Nederlands gebruikszilver vanaf 1600 aan de hand van kandelaars, koffie- en theeserviezen, schalen en bestek. Topstukken waren bijvoorbeeld een imposante fruitschaal uit 1881 van de gebroeders Van Gemert uit Den Bosch en een koninklijk scherpschuttersbokaal (een prijsbeker) door de Utrechter Gerardus Willem van Dokkum uit 1872.

Zilveren kastanjevaas; zilverwerkplaats in het Catharijneconvent (NA / HUA)

Klokkencollectie

In 1953 bracht het Museum en Archief van Tijdmeetkunde z’n collectie in bruikleen onder bij het Goud- en Zilvermuseum in het Catharijneconvent. Dit klokkenmuseum was tot aan de Tweede Wereldoorlog in het Stedelijk Museum in Amsterdam gevestigd, maar dat wilde zich als kunstmuseum specialiseren. De verzameling gaf een overzicht van Nederlandse klokken en horloges en hun makers. Het meest spectaculaire object was het oude torenuurwerk van de Grote Kerk in Den Haag, in 1541 gemaakt door Henrick Vabrie van Breda, een pronkstuk van vroege uurwerkmakerskunst. De nieuwe museumcombinatie werd het Nederlands Goud-, Zilver- en Klokkenmuseum (NGZKM) genoemd.

Het klokkenmuseum nam z’n eigen conservator mee, Gerard Herman Faddegon, die dit werk als bevlogen vrijwilliger op zaterdagen deed. Dankzij subsidie van de gemeente Utrecht had het Goud- en Zilvermuseum vanaf 1964 een betaalde conservator, Jaap Zeeman. Hij volgde de hoogbejaarde oprichter Van Baaren op. Zeeman was ‘van huis uit een enthousiast klokkenverzamelaar’, aldus het Utrechtsch Nieuwsblad. Dit leidde tot frictie met Faddegon, die de klokken als zijn domein beschouwde. Faddegons zoon Jelle schreef later over Zeeman: ‘Hij verschafte zich toegang tot de vitrines in de klokkenzaal en ging die naar zijn eigen inzichten anders inrichten’. In 1968 werd de onderlinge verhouding onhoudbaar en trok Faddegon aan het kortste eind. ‘De gebeurtenissen hadden grote impact op mijn vader en op ons gezin: het verlies van zijn grote passie heeft hij nooit kunnen verwerken.’

Klokkenconservator Faddegon in 1958 (bron: faddegon.family)

Verhuizingen

Eind jaren zestig werden de plannen concreet voor een groot nieuw museum voor christelijke kunst in het gehele Catharijneconvent. Het zou een combinatie worden van onder andere het Aartsbisschoppelijk Museum (gevestigd in het Centraal Museum) en het Museum van Nieuwe Religieuze Kunst, dat al sinds 1934 in een andere vleugel van het Catharijneconvent zat. In 1970 moesten de overige musea daarom het complex verlaten. Eerst dacht men aan het Fentener van Vlissingenhuis aan de Maliebaan als nieuwe locatie, maar uiteindelijk ging het Goud-, Zilver- en Klokkenmuseum samen met Museum van Speeldoos tot Pierement naar Achter de Dom 12-14, een voormalig postkantoor. Bij deze gelegenheid werd de aanduiding Speeldoos trouwens veranderd in Speelklok.

Hoewel het formeel aparte musea bleven, was vooral de klokkenafdeling nauw geïntegreerd met Museum Speelklok. Toch kwam er enkele jaren later een einde aan deze goede samenwerking. Museum Speelklok trok veel publiek — waaronder schoolklassen — en had meer ruimte nodig; het Nederlands Goud-, Zilver- en Klokkenmuseum moest Utrecht verlaten. In 1978 stelde de gemeente Schoonhoven een vleugel van de Havenkazerne beschikbaar als nieuwe locatie voor het museum.

In 2010 werd de oude lange naam gewijzigd in Nederlands Zilvermuseum, om beter aan te sluiten bij het imago van Schoonhoven als zilverstad. In 2013 volgde na zestig jaar ‘samenwonen’ het afscheid van de klokkencollectie. De Stichting Museum en Archief van Tijdmeetkunde is bezig met een eigen museum ‘ergens in Nederland’. Het is onbekend wanneer dit Tijdmuseum zal openen. Het grootste collectiestuk, het Haagse torenuurwerk uit 1542, is inmiddels ondergebracht bij een vertrouwde partner: Museum Speelklok in Utrecht! Het is nu te zien in de Buurkerk.

Lezing verdwenen musea
Op Open Monumentendag 14 september geeft Arjan den Boer een
gratis lezing over ‘Verdwenen musea in en rond het Catharijneconvent’. Aanvang 15:00 in het Auditorium van Museum Catharijneconvent.

Arjan den Boer

Arjan den Boer

Arjan den Boer is publicist over geschiedenis, design, monumenten en architectuur. Voor DUIC schrijft hij dit jaar over verdwenen villa's in Utrecht.

Profiel

geen Reacties

Reageren

Er zijn nog geen reacties geplaatst.

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).