Verdwenen schoolgebouwen: Christelijke VGLO-school aan de Onyxweg Verdwenen schoolgebouwen: Christelijke VGLO-school aan de Onyxweg

Verdwenen schoolgebouwen: Christelijke VGLO-school aan de Onyxweg

Verdwenen schoolgebouwen: Christelijke VGLO-school aan de Onyxweg
VGLO-schoolgebouw aan de Onyxweg 3 bij oplevering (Het Utrechts Archief)
Toen de gemeente Zuilen in 1954 werd geannexeerd door Utrecht, kwam de Zuilense gemeente-architect Wim van Hoorn te werken bij de Utrechtse dienst Gemeentewerken. In Zuilen had Van Hoorn naam gemaakt met innovatieve duplexwoningen en bijzondere halscholen, zoals de Elout van Soeterwoudeschool. In Utrecht deed Van Hoorn vooral verbouwingen aan bestaande scholen en andere publieke gebouwen. Toch ontwierp hij ook nog enkele nieuwe panden. Een daarvan was in 1958 de christelijke VGLO-school bij de Oranjebrug in Hoograven.

Toen de gemeente Zuilen in 1954 werd geannexeerd door Utrecht, kwam de Zuilense gemeente-architect Wim van Hoorn te werken bij de Utrechtse dienst Gemeentewerken. In Zuilen had Van Hoorn naam gemaakt met innovatieve duplexwoningen en bijzondere halscholen, zoals de Elout van Soeterwoudeschool. In Utrecht deed Van Hoorn vooral verbouwingen aan bestaande scholen en andere publieke gebouwen. Toch ontwierp hij ook nog enkele nieuwe panden. Een daarvan was in 1958 de christelijke VGLO-school bij de Oranjebrug in Hoograven.

VGLO stond voor Voortgezet Gewoon Lager Onderwijs, niet te verwarren met Uitgebreid Lager Onderwijs (ULO). Dat laatste was meer theoretisch, het VGLO praktijkgericht. Het ontstond in 1950 met de invoering van de achtjarige leerplicht. Jongens en meisjes kregen andere vakken ‘omdat rekening moet worden gehouden met hun verschillende bestemming’, volgens een toelichting. De jongens kregen hout- en metaalbewerking, de meisjes handwerken en koken, vergelijkbaar met de Huishoudschool. De leerlingen (12-15 jaar oud) kregen deels gezamenlijk theorielessen, hoewel ook daar verschil in zat: handelsrekenen versus huishoudkunde.

De nieuwe christelijke VGLO-school moest verrijzen aan de Onyxweg in Hoograven, naast de enkele jaren eerder gebouwde katholieke Sint-Lebuïnus ULO. Samen stonden deze twee scholen aan een terrein langs de Vaartsche Rijn. Op 3 september 1958 legde de apotheker Oege Stadig de eerste steen voor de VGLO-school. Hij was voorzitter van de Stichting voor christelijk-nationaal voortgezet lager onderwijs voor Utrecht en omstreken. Deze stichting liet de schoolbouw door de gemeente uitvoeren.

Licht, lucht en ruimte

Stadig sprak de hoop uit dat de bouw snel zou gaan, want het VGLO moest zich sinds de start in 1950 behelpen met een oud schoolgebouw van de Marnixstichting aan de Springweg. ‘Daar wachten 80 leerlingen op het nieuwe riante pand met begane grond en twee verdiepingen. In maart komt de school klaar. De school zal vijf leslokalen en o.m. een kooklokaal, een dienlokaal (wat een modern snufje is), een proviandkamer, een handenarbeid- en een handwerklokaal bevatten’, aldus een krantenbericht.

Het was- en strijklokaal, 1959 (Het Utrechts Archief)

In april 1959 gingen de leerlingen daadwerkelijk over naar het nieuwe pand. Voor het volgende schooljaar adverteerde de stichting voor nieuwe leerlingen: ‘Gelegenheid tot bezichtiging van het zeer moderne gebouw en gesprek telkens op vrijdag van 7-8 uur’. De advertentie vermeldde ook dat er Engels en typeles werd gegeven, destijds iets nieuws.

Wim van Hoorn had een eenvoudig maar eigentijds vierkant gebouw ontworpen. De bakstenen waren geel, de daklijst wit met lichtblauwe strepen. Het aanvankelijke ontwerp omvatte ook een losstaande schoolzaal op betonnen poten, waaronder een fietsenstalling zou komen. Daarvoor was echter geen geld, waardoor de school een simpele hoofdvorm kreeg met als opvallende afwijking aan één kant een schuine glazen erker over de hele hoogte. Daarin was ook de entree. De drie verdiepingen hadden vrijwel dezelfde plattegrond. Een L-vormige hal met trappen verbond de etages en lokalen met elkaar.

‘Het gehele gebouw maakt een prettige indruk door het vele licht, waaraan uiteraard ook de heldere tinten van wanden en plafonds, de overall afwisselende kleuren van het verfwerk en zeker ook de mooie vloeren van colovinyltegels — eveneens in sterke afwisseling — bijdragen’, stond in het personeelsblad van Gemeentewerken. En verder: ‘Rechts van de ingang bevindt zich het van ruime bordessen voorziene trappenhuis, een belangrijk onderdeel in een in de hoogte gebouwde school. Van de talrijke nieuwe snufjes trof ons hier de plastic bekleding van de leuningen.’

Het grote kooklokaal op de begane grond was voorzien van vele kookpitten en spoelbakken, het waslokaal daar recht boven telde vijftien ‘hypermoderne strijkplanken’. Aan een foto te zien werd er gewerkt met zinken tobbes en wasborden, maar er stonden ook ‘enige elektrische wasmachines’ (nog geen automaten). Op de bovenverdieping lagen een naailokaal annex filmzaal en een handenarbeidlokaal met werkbanken voor de jongens, die kennelijk in de minderheid waren. Op een foto werken zij aan gitaren (!), lampen en bijzettafels.

Het handenarbeidlokaal, 1959 (Het Utrechts Archief)

VGLO, LEAO, MSPO…

Na enkele jaren raakte de aanduiding VGLO uit de mode. In 1961 besloot men op een congres in Utrecht ‘dat het vaststaat dat de VGLO-school, wil zij werkelijk toekomst hebben, zich dient te ontwikkelen in de richting van het lager economisch, administratief en commercieel onderwijs’. Vanaf 1963 noemde de school aan de Onyxweg zich simpelweg Prot. Chr. School voor Voortgezet Onderwijs en vier jaar later School voor Handel en Bedrijf. Het schoolhoofd was nog steeds Hendrik Kroon (1907-1991), net als aan het begin, en hij had ook nog spreekuur op vrijdagavond. Inhoudelijk was er ook niet veel veranderd: ‘De specifieke vakken als koken, huishoudkunde, vr. handwerken, handenarbeid en esthetische vorming worden gegeven door bevoegde leerkrachten.’

Kroon was nog altijd directeur toen de school omstreeks 1970 LEAO De Doorslag werd (lager economisch en administratief onderwijs). Maar in 1977 begon er een nieuwe opleiding tot gezins- en bejaardenverzorgende in het pand: MSPO De Vaart (middelbaar sociaal-pedagogisch onderwijs). Deze maakte deel uit van de Stichtse Scholengemeenschap. Op het plein moesten noodlokalen worden bijgeplaatst. Later viel de opleiding onder ROC Utrecht, dat er nog het Service-centrum Studie en Beroep vestigde. In 2005 kwam het schoolgebouw samen met de voormalige Sint-Lebuïnus MAVO leeg te staan. Sloop van beide panden volgde twee jaar later. Rond 2010 zijn er appartementengebouwen verrezen aan de Onyxweg.

Arjan den Boer

Arjan den Boer

Arjan den Boer is publicist over geschiedenis, design, monumenten en architectuur. Voor DUIC schrijft hij dit jaar over verdwenen villa's in Utrecht.

Profiel

4 Reacties

Reageren
  1. Katja

    Graag ook over de Lebuines MAVO op de Onyxweg waar ik op zat, zat er vlakbij.

  2. Atilla Vigh

    En over de Dr. de Vissermavo aan de Jutphaseweg.

  3. José

    De MSPO werd later nog de MDGO-VZ, ver voordat het ROC in beeld kwam, nl 2e helft jaren 80.

  4. RonOvervecht

    Heerlijk stuk weer om te lezen, niet eens zolang geleden maar toch een andere wereld toen. Volgens mij in de jaren 80 een brandtrap aan de zijkant, of was dat een andere school?

Plaats een reactie

Lees voor u reageert onze algemene voorwaarden. Alle reacties worden vooraf gemodereerd. Uw IP adres is geregistreerd (wordt niet gepubliceerd).