Als reactie op het nieuws rond het opheffen van het Bestuur regio Utrecht (BRU) per 2013 heeft het dagelijks bestuur in een persbericht laten weten, dat de regionale slagkracht onverminderd noodzakelijk blijft. De gemeentebestuurders binnen het BRU zijn dan ook voornemens samen te blijven optrekken. De onderlinge verwevenheid tussen de negen gemeenten in de regio is te groot.

Het dagelijks bestuur van BRU, bestaande uit burgemeesters en wethouders van de samenwerkende gemeenten, geeft aan verrast te zijn over het besluit van het kabinet over het opheffen van de stadsregio Utrecht per 1 januari 2013. Het kabinet wil de belangrijkste geldstromen (voor verkeer en openbaar vervoer) van de stadsregio overhevelen naar de provincie. Het dagelijks bestuur van BRU benadrukt dat de regionale slagkracht in elk geval op niveau moet blijven. De Utrechtse stadsregio heeft immers veel deskundigheid opgebouwd om complexe regionale vraagstukken aan te pakken. De negen deelnemende gemeenten noemen het een verlies dat zij straks niet meer zelf over de inzet van het geld voor verkeer en openbaar vervoer kunnen beschikken. De gemeentebestuurders zijn voornemens om gezamenlijk te blijven optrekken. De onderlinge verwevenheid tussen de gemeenten in de regio is groot. Tachtig procent van de vervoersbewegingen in de provincie vinden in de stadsregio plaats. Er is sprake van herkenbare regionale economie met één arbeidsmarkt, één woningmarkt en een gezamenlijke opgave op het gebied van bereikbaarheid.

Het BRU meldt in haar persbericht de huidige samenwerking ook belangrijk te vinden voor de economische ontwikkeling van de Noordvleugel (driehoek Amsterdam-Almere-Utrecht). De regio Utrecht is op dit moment de meest concurrerende regio van Europa en levert daarmee een belangrijke bijdrage aan de internationale concurrentiekracht van de Noordvleugel. Hoewel dit in het kabinetsbesluit wordt erkend, kiest het kabinet er toch voor om Utrecht buiten een infrastructuurautoriteit voor de Noordvleugel te houden. Dat spoort niet met elkaar: regionale bereikbaarheid is immers een belangrijke randvoorwaarde voor economische ontwikkeling”, aldus burgemeester Aleid Wolfsen.