Het was De Nieuwe Reporter die op 8 december 2009 verslag deed van de officiële lancering van de onafhankelijke nieuwssite DNU.nu, een avond eerder in mediacafé Willem Slok. ‘De Nieuwe Utrechter wil onderwerpen oppakken die de andere media laten liggen’, verklaarde René Verhulst, voorzitter van de Stichting DNU en voormalig CDA-wethouder in Utrecht, destijds op De Nieuwe Reporter. Maar hij gaf toe, dat vooral het AD/UN volgens hem steeds minder berichtte over wat er in de stad écht toe doet: politieke verslaggeving.’ DNU zou in dat gat duiken en de verwachtingen waren torenhoog.
Gisteren kwam het bericht naar buiten dat DNU.nu geen nieuwsberichten meer zal plaatsen. Dat een gebrek aan financiële middelen de nieuwssite de das omdoet zal menigeen niet verbazen. Al bij de start in 2009 bleek er voor het initiatief maar een gering budget beschikbaar, bij elkaar gebracht door Verhulst en Broos Schnetz, in 1997 mede-oprichter van Leefbaar Utrecht. Het mag dus gerust als bijzonder worden gezien, dat de nieuwssite het bijna drie jaar heeft volgehouden. Daar is ongetwijfeld een hoop enthousiasme en gedrevenheid voor nodig geweest. En wees eerlijk, DNU.nu heeft zich in die jaren toch een geheel eigen positie in het lokale medialandschap verworven.
Al vanaf de eerste nieuwsberichten was duidelijk dat DNU het Utrechtse nieuws kritisch zou volgen. Direct al werd een beroep gedaan op de Wet Openbaarheid van bestuur (WOB) om inzicht te krijgen in de huiskostenvergoeding van burgemeester Aleid Wolfsen, waaraan de gemeente Utrecht fors had meebetaald. Kort daarna werd bericht over het feit dat Wolfsen een hem niet welgevallig bericht uit de huis-aan-huiskrant ‘Ons Utrecht’ had weten te houden. En ook de declaraties van het Utrechtse college kwamen aan de beurt. De toon leek daarmee dus al direct gezet, DNU was een medium om rekening mee te houden.
Ik zou de initiatiefnemers van DNU te kort doen als ik beweerde, dat er alleen kritisch werd geschreven over het Utrechtse stadsbestuur, hoewel het met name de politieke verslaggeving was waarop vanaf de start werd ingezet. Het nieuws verbreedde zich snel. Van nog slechts één artikel in februari 2009 groeide dat aantal naar 176 in februari 2010. Utrecht was een kwalitatief hoogwaardig nieuwsmedium rijker, dat zich snel naam verwierf onder kritische inwoners. De bij de lancering door Harry van Dam, van Communicatiebureau Paapstvandam, gebezigde term ‘pamflet-journalistiek’ is wellicht nog de beste typering geweest voor wat DNU deed. ‘Gewoon opschrijven waar je verontwaardigd over bent!’
In zijn aankondiging dat DNU géén nieuwsberichten meer zal plaatsen laat hoofdredacteur Jos van Sambeek weten, dat diverse inspanningen om geld bijeen te schrapen waarmee één, of bij voorkeur meer journalisten kunnen worden betaald voor hun werk, op niets zijn uitgelopen. Een teleurstellend gegeven, dat wellicht tekenend is voor de heersende visie op kwaliteitsjournalistiek. Niet alleen lokaal, maar ook landelijk en zelfs wereldwijd ligt verschraling op de loer. En dát was nou juist de reden dat DNU in 2009 werd gelanceerd. De pluriformiteit van het nieuws in Utrecht loopt met de teloorgang van DNU dan ook zeker een flinke deuk op en ik heb niet de indruk dat het in oktober te lanceren Utrecht katern in de Telegraaf dat weer gaat rechttrekken. De vraag is wanneer Utrechters dat ook gaan vinden en wat het hen waard is om het lokale nieuws in stand te houden!
2 Reacties
ReagerenDa’s zonde zeg! Journalistiek gezien is het een prima website, maar ik denk dat de inkomsten minimaal waren. Blijkbaar te weinig aandacht besteed aan de commerciële kant van het verhaal. Had ook veel meer aandacht moeten worden besteed aan de eigen naamsbekendheid. Ik denk dat er, naast de kleine groep trouwe lezers, weinig Utrechters weten dat deze website bestaat. Hopelijk staat er nog iemand op die het initiatief een kans wil geven en er wat centen in wil steken.
Laat maar welgemeend ; een duidelijk verlies voor de berichtgeving over Utrecht. Als ambtenaar al klikte ik elke dag eerst even de DNU site aan. Hulde voor Schnetz en Verhulst dat het in ieder geval geprobeerd is.