Het college van B&W wil het welzijnswerk in Utrecht met ingang van 2013 anders organiseren en subsidiëren en heeft de gemeenteraad gevraagd daarmee in te stemmen. De nieuwe organisatie van het welzijnswerk is de volgende logische stap in het traject ‘Vernieuwend Welzijn’. De gemeenteraad behandelt het besluit in november.
Het Utrechtse welzijnswerk stelt de kracht en de eigenwaarde van het individu centraal. Niet meer uit handen nemen, maar het initiatief aan de bewoners laten. De afgelopen jaren heeft het welzijnswerk grote stappen gezet om deze omslag te maken. Vanaf 2013 bestaat het nieuwe welzijnswerk uit drie onderdelen: individuele ondersteuning, de sociaal makelaar en het flexibele budget. Er komt één aanbieder voor individuele ondersteuning en één aanbieder voor de voorscholen en peuterspeelzalen. Het sociaal makelaarschap wordt buurtgericht aangeboden. De subsidiestructuur wordt hierop aangepast en vernieuwd. Voor het basisaanbod van welzijnswerk komt een programma van eisen waaraan subsidieaanvragers moeten voldoen. Deze subsidies worden voor maximaal vier jaar verstrekt. En er komt een flexibel budget waaruit vernieuwende projecten worden ondersteund. In 2012 zijn er binnen dit budget nog een aantal verplichtingen, maar vanaf 2013 wordt de flexibele ruimte binnen dit budget steeds groter.
Per 1 januari 2012 worden de subsidierelaties met de huidige wijkwelzijnsorganisaties beëindigd. Voor het flexibele budget kunnen bewoners en kleine organisaties al in 2012 subsidies aanvragen. De wijzigingen hebben gevolgen voor de werkwijze en de werkgelegenheid van de wijkwelzijnsorganisaties en hun partners. De gemeente vraagt toekomstige aanbieders om bij de samenstelling van hun personeel gebruik te maken van de aanwezige kennis en kwaliteiten. Voor de gemeentelijke organisatie houdt dat in dat zij meer sturing geeft, meer controleert op de uitvoering en resultaten zichtbaar maakt. Voor de bewoners van Utrecht betekent het dat het welzijnswerk niet langer ongevraagd aanbod van activiteiten doet, maar hen ondersteunt bij bewonersinitiatieven en als ‘sociaal makelaar’ de bewoners en organisaties bij elkaar brengt. Mensen die zijn aangewezen op individuele ondersteuning (bijvoorbeeld van een maatschappelijk werker of ouderenadviseur) omdat hun netwerk deze hulp niet kan leveren, moeten die hulp professioneel en snel krijgen. Deze hulp wordt efficiënter -en met inschakeling van de directe omgeving- georganiseerd.
In goed overleg brengen de wijkwelzijnsorganisaties en de gemeente de veranderingen tot stand. Ook organiseert de gemeente informatieavonden en een informatiemarkt voor welzijnsorganisaties en bewoners. Komend voorjaar publiceert de gemeente het programma van eisen voor welzijnswerk.
geen Reacties
ReagerenEr zijn nog geen reacties geplaatst.