Zeven Grieken besloten vorige week vrijdag een geveldoek aan het Theater De Kikker te vernielen. Toch was een bezoek aan het plaats van delict niet de reden dat ik tijdens de culturele zondag de fiets naar de Ganzenmarkt nam. Sterker, ik was niet eens op de hoogte van de vernieling. Het was de aankondiging van een middagvoorstelling in De Kikker die me aansprak: Als liefhebber van klassiekers gaat dramaturg Jannet van Lange samen met twee acteurs de strijd aan met scènes uit het klassieke toneelrepertoire. Kom proeven van een moeilijk leesbare tekst tot een herkenbare, ontroerende of humoristische scène. Klonk spannend.
Laat ik het maar direct vertellen. Spannend was het niet. Omdat er geen sprake was van de aangekondigde voorstelling. En ook omdat het alternatief slaapverwekkend was. Een verkouden acteur las het begin van de Oresteia van Aeschylus voor, de dramaturg deed een poging om de tekst te analyseren en vervolgens de zaal tot een discussie te verleiden. Omdat dat allemaal het niveau van een MAVO-les maatschappijleer niet te boven ging, wilde de discussie maar niet op gang komen. Toch zat er een boodschap in deze voorstelling. De basis van de beschaving ligt in Griekenland. Hoewel zelf geen classicus kon ik me daar wel in vinden. Maar waarom deze conclusie op zondagmiddag in dit zaaltje? Omdat, ik had er niet bij stil gestaan, ik me in de NUTtige winkel bevond. Een fenomeen waarvan ik had vernomen, maar de relevantie niet helemaal had begrepen.
De NUTige winkel bleek een popup-winkel die de crisis in Europa wilde behandelen en, niet zo heel gek, Griekenland als meest aansprekend voorbeeld van die crisis zag. Het verklaarde de Griekse vlag als geveldoek. Het verklaarde alle Griekse producten die te koop werden aangeboden. En het verklaarde waarom aansluitend op de discussie een lezing over olijfolie plaatsvond. Overigens was deze ook niet aangekondigd, maar wél leuk. Opmerkelijke conclusie van de spreker: olijfolie kan het Griekse probleem oplossen. Het land heeft geweldige olie maar weet het niet aan het buitenland te slijten. Lukt dat wel, dan hebben ze een goudmijn in handen. Ik had niet het idee dat op deze winterdag in Utrecht de Europese crisis werd opgelost, maar het idee was sympathiek. Zoals ook de eerdere discussie naar aanleiding van de Oresteia weliswaar simpel maar sympathiek was. Zonder meer een subsidie van het Grieks Bureau voor Toerisme waard. Ik stapte de vrieskou in, draaide me om en zag het vernielde geveldoek. Dat er een vlag wordt vernield, doet mij niet zo veel. De motieven achter deze daad zijn interessanter.
Achter die gevel hadden ze me bijna zo ver gekregen dat ik een zomervakantie in Griekenland wilde boeken. Helaas, zeven verdwaalde Grieken koelden hun woede op een stuk plastic en verklaarden de volgende dag daar geen spijt van te hebben. Geen van hen kwam op het idee om eens binnen te wandelen en te vragen wat er aan de hand was. Triest.Hadden ze dat wel gedaan, dan was namelijk ongetwijfeld een fles ouzo opengegaan om te proosten op gezamenlijke sympathieën. Het debat is uitgevonden in Griekenland, maar deze types zijn dat kennelijk vergeten.
Dat is pas een Grieks drama. Het gaat me niet om een stuk zeil. Het gaat me erom dat de humor, de provocatie en de verwondering bij de beschaafde wereld en dus bij onze stad horen. Deze Grieken waren wat mij betreft verdwaald in Utrecht. Van die vakantie in Griekenland zie ik verder af.
Het biertje op het prettige terras van Delphi op de Neude blijf ik natuurlijk nog steeds drinken. Er zijn grenzen aan mijn principes.
geen Reacties
ReagerenEr zijn nog geen reacties geplaatst.