Afgelopen donderdag is de motie ‘Optimalisering cultureel ondernemerschap moet gemeten kunnen worden in prestaties’ van CDA-raadslid Chantal Hakbijl met brede steun van de raad door wethouder cultuur Frits Lintmeijer overgenomen. De motie had betrekking op het krediet dat beschikbaar wordt gesteld voor de eerste fase van de herinrichting van het Centraal Museum. Hier kan het CDA zich in vinden. Winst van dit plan is dat het breed wordt gedragen door verschillende partijen in en rondom het museumkwartier. ‘Een goed resultaat, maar naar optiek van het CDA kan het beter.’

’De herinrichting wordt namelijk onlosmakelijk gekoppeld aan het optimaliseren van het cultureel ondernemerschap, maar specifieke en meetbare prestatieafspraken ontbreken’, aldus Hakbijl. Zij pleit daarom voor heldere afspraken. ‘Juist in economisch moeilijke tijden is concurrentie van soortgelijke culturele ondernemingen moordend. Bovendien moet worden voorkomen dat we deze instellingen in het vaarwater van commerciële bedrijven duwen. Daarom dienen goede afspraken gemaakt te worden over wat van het Centraal museum wordt verwacht. Van belang is dat de publieksfunctie van het museum niet ondersneeuwt in het verkrijgen van inkomsten door activiteiten uit commerciële verhuur.’

Hakbijl beschouwt de overgenomen motie voor het Centraal museum als een stap in de goede richting. Voor alle gebouwen met een culturele en/of maatschappelijke bestemming in Utrecht geldt dat gezocht moet worden naar een goede balans tussen hun kernactiviteiten en de wijze waarop zij dit financieren. Daarbij zijn heldere afspraken vooraf noodzakelijk.