Rob van Veenendaal interviewt zijn vader Joop (82 jaar) die geboren is in Wijk C, als zoon van Kees (Giel) van Veenendaal en Fietje Pijpeman. Hij is trots op de volkswijk van vroeger en vertelt over het leven in de jaren 30/40/50 van de vorige eeuw.
Wijk C: De markt en het Vredenburg
“Op de plek waar in de 16e eeuw ooit kasteel “De Vredenburg” had gestaan is later de centrale marktplaats in Utrecht gekomen. Tot op de dag van vandaag. Toen ik nog een knulletje was kon ik aan het Vredenburg merken dat er voor mijn geboorte de Utrechtse veemarkt was geweest. Je had er toen nog steeds winkels waar van alles te koop was voor om en op de boerderij: hoofdstellen, tuigen, manden, touwen, klemmen, emmers, melkkrukken, etc. Er was ook een winkel voor beroepsvissers met o.a. fuiken en netten. De spullen waren uitgestald voor de winkel. Er was ook een grote paardenstal. Later is daar de bioscoop Vredenburg gekomen.
Rondom het plein Vredenburg waren hotels, restaurants, cafe’s. Ik vond het wel wat hebben, die sjieke zaken. Vrijwel alle bedrijven en huizen die er in de jaren 1930/40/50 waren zijn nu verdwenen: Hotel Riche, Hotel Noord-Brabant, Het Haagse koffiehuis van Ritcher, Drogist Albino, Banketbakkerij Keers Klasse. In Bioscoop Vredenburg draaide de hele dag door een doorlopende voorstelling. Dezelfde film de hele dag achter elkaar. De enige zaak die er toen ook al was en nu nog steeds is Van Dillen Huishoudartikelen. Ik herinner me ook een juwelier en een kruidenier die zijn eigen koffiebonen en pinda’s brandde. Ik ruik het nog. Of eigenlijk weer.
De zaterdagmarkt op het Vredenburg vond ik heel gezellig. Vooral ’s avonds als het donker was. Er was geen electriciteit, dus er waren geen gloeilampen zoals nu om de boel te verlichten. Maar lampen die op petroleum brandden met een kousje, en soms een reflector er achter. Als iemand er tegenaan stootte dan was het licht uit. De markt was zo leuk door alle verschillende handel die er was. En iedere koopman prees zijn waar op zijn eigen manier aan. Er was hilariteit en er werd veel gelachen en gekletst. De vele echte standwerkers vond ik geweldig. Ze konden zo in de revue. Bij iedere standwerker bleven de mensen staan luisteren en kijken. Op de markt waren veel joodse kooplieden en standwerkers, en met alles werd gewerkt: bloemen, planten, bananen, druiven, scheermesjes, hoeden en petten. Zulke mensen bestaan eigenlijk niet meer. Als ik bijvoorbeeld denk aan het Zaanse boertje met zijn zalfjes en drankjes. Het was gewoon een theater act, zo goed.
Voor sommige kooplieden was de marktdag een dagje uit. Zij zaten een groot gedeelte van de dag in de kroeg. Vooral de visboeren uit Spakenburg. Na de middag vond ik ze altijd een stuk actiever als zij dan bij hun kraam hun handel zoveel mogelijk wegwerkten. Het publiek wachtte vaak tot de middag om te kopen, want ze wisten natuurlijk dat de vis verkocht moest worden. Stel je voor, 6 of 7 kramen naast elkaar en ieder prees het aan voor zijn prijs. Ik vond het altijd een spektakel. De manier van standwerken van vroeger zie je haast niet meer en de visboeren uit Spakenburg veelal ook niet meer. De markt was tot 22.00 uur en op het laatst van de dag was de prijs van de vis soms meer dan gehalveerd. De prijzen en de namen van de vissoorten waren toen natuurlijk anders, bijvoorbeeld: 10 spekbokkingen of monnickendammers voor 50 cent, een heel kistje met 50 bakverse bokking voor 1 gulden, of een pondje gerookte paling voor 50 cent. Heerlijke herinneringen.”
Rob van Veenendaal
Loopbanen en Levenslopen
3 Reacties
ReagerenHallo Rob, wat een leuk verhaal. Herinner jij je ook nog de markt op het Paardenveld ? En het ” echte ” kerststalletje” op de hoek van het Vredenburg tegenover het hotel? En op het Vredenburg zelf, waar nu Douglas’ zit, Hotel Noord-Brabant met zijn terras ! Grappig toch al die herinneringen. Groeten Ria van Deijl-van der Weert.
Wat leuk om te lezen die verhalen over hoe het vroeger was in Utrecht!
Iedere 2 weken zijn er overigens verhalen te lezen en foto’s te zien in ‘De Oud Utrechter’, de krant over het Utrecht van toen, gratis af te halen op diverse punten in Utrecht e.o.
Hoi Rob,
Ik ben Gerard van Veenendaal, kleinzoon van Gerrit (de Kont) van Veenendaal die in vroeger jaren met mijn oma een logement had aan de Varken markt in Wijk C.
Mijn oma’s ouders, Dirksen, hadden vroeger een cafè in de Willemstraat, waar mijn opa in zijn jonge jaren achter de bar werkte. Het is mij tot op heden niet gelukt te achterhalen waar die bedrijven hebben gezeten.
Mogelijk kun jij/u me daar iets over vertellen.